Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry Sorry
Dat ik gisteren geen nieuw hoofdstuk heb geschreven!
Ik beloof er voor morgen 3!
Niet voor vandaag, want ik heb tot 1 uur om een hoofdstuk te schrijven en voor 3 toetsen te leren omdat ik vanmiddag in overijssel ga bbqen.

PS Ik heb 60 abo's!(yeah)(hoera)

Justins pov:

Ik had gewacht. Ik kon niet anders. Ze lieten me niet binnen in de school. Ze hadden het hek voor mijn neus dichtgedaan en me vertelt dat ik zaterdag terug kon komen. Dan was het bezoek welkom. Ik had een kamer in een hotel geboekt en daar al die dagen gezeten. Af en toe was ik naar buiten gekomen om wat te eten. De dagen hadden weken geleden. Ik telde de uren af. Want als ze om waren, zou ik bij haar zijn. En vandaag was het zover. Ik zou haar zien. Ik zou haar ruiken. Ik zou haar vast mogen houden. Ik zou haar prachtige stem horen. Ik zou haar nooit meer laten gaan, na vandaag. Nu zat ik in de auto. In de verte doemde het gigantische landgoed waarop de school stond op. De hekken stonden wijd open. Verscheidene auto's reden een voor een naar binnen, waarvan de meeste grote en dure voertuigen waren. De mensen parkeerden hun auto's en liepen door naar het hoofdgebouw. Sommige meisjes waren al naar buiten gelopen. Zodra ze mensen herkenden, renden ze gillend op ze af. Ik zette mijn pet op mijn hoofd en een zonnebril op mijn neus. Als ik herkend zou worden, zou de kans klein zijn dat ik haar nog zou vinden. Het hoofdgebouw bleek van binnen nog indrukwekkender te zijn dan van buiten. Je liep binnen in een gigantische grote hal. Om het plafond te kunnen bewonderen, moest je helemaal omhoog kijken. Prachtige schilderingen stonden erop. Mijn blik gleed langs de meisjes die aan weerskanten van de hal op de bankjes zaten. De meesten keken zenuwachtig om zich heen. Elke keer als de deur open ging, draaiden de hoofden in die richting. Een of twee sprongen dan vrolijk op, terwijl de rest haar hoofd afwendde. Maar nergens zag ik haar. Uiteindelijk was ik al aan het einde van de gang gekomen. Nog steeds had ik haar nog nergens gezien. Had ze zich verstopt voor mij? Ik schrok op door een hand die op mijn schouder werd gelegd. 'Kan ik u ergens mee helpen?' Een paar vriendelijke ogen keken mij aan. 'Ik zoek iemand,' antwoordde ik. 'Oké, wat is haar naam?' Ik slikte even. 'Raven.' 'Ah, de nieuwe. Die is in haar kamer gebleven. Ze verwachtte geen bezoek.' Dacht ze echt dat we haar in de steek hadden gelaten? 'Kan ik naar haar toe?' vroeg ik. 'Maar natuurlijk! Volgt u mij maar.' De vrouw liep voor me uit naar buiten. We liepen naar een ander gebouw, volgens mij het wooncomplex. Vanaf de plek waar ik stond, kon ik haar al zien. Het silhouet van haar tengere lichaam in het raamkozijn. Ze keek naar buiten. Dat deed ze vaker. Naar buiten kijken en het landschap in zich opnemen. Proberen om kleine, doch mooie momenten te vinden. Een kleine vogel die voor het eerst zijn vleugels uitsloeg. Een bloem die zich liet opwarmen door de stralen van de zon. Als ze dat zag, verscheen er een kleine glimlach op haar gezicht. Omdat ze zelf het geluk niet kon vinden, haalde ze het uit de mooie moment van anderen, hoe klein deze ook waren. Maar nu was haar mond in een dunne streep getrokken. Haar ogen keken wazig naar buiten. De zon brak door de dikke laag wolken en scheen op haar gezicht. Ik schrok. Onder haar ogen zaten wallen, ze was lijkbleek en haar haar glansde niet, zelfs niet in het sterke licht van de zon. Ze was compleet gebroken. Ik versnelde mijn pas. Ik moest haar laten weten dat ik er voor haar was. Ik rende bijna langs de vrouw het gebouw in. 'Welke kamer?' siste ik. 'Kamer 26,' antwoordde de vrouw, ietwat verbaasd. Ik liet haar alleen achter en rende de trappen op. Mijn ogen gleden langs de bordjes met nummers. Eindelijk vond ik haar kamer. Met een klap smeet ik de deur open. Ik rende naar haar toe en sloeg mijn armen om haar magere lijf. Ik voelde haar hart tegen mijn borst aan bonken. Ik voelde hoe haar de warmte van haar lichaam zich door mijn shirt heen drong en mijn hele lichaam verwarmde. Geen van ons zei iets. Ik vond het niet nodig en zij leek te verward te zijn om ook maar iets uit te brengen. Toen voelde ik hoe warme druppels op mijn shirt drupten. Ze huilde. Steeds harder begon ze te snikken. Steeds meer tranen vielen op mijn shirt. Haar gezicht drukte ze tegen mijn borst. Ik trok haar op haar knieën op de grond. Met mijn handen ondersteunde ik haar lijf, dat leek te bezwijken. Mijn gezicht verborg ik in haar lange, donkere haren. Ik snoof haar heerlijke geur op. Ik wist het zeker. Ik hield van haar. Van alles in deze hele wereld, hield ik het meest van haar. Ze was mijn alles. Mijn zuurstof, mijn bloed, mijn gedachten, mijn liefde en mijn leven. Ze hoorde bij mij en ik hoorde bij haar.
Ik zou haar nooit meer laten gaan.

Reageer (10)

  • xSurprise

    (flower)

    1 decennium geleden
  • Rembrandt

    sorry dat ik het zeg maar hij spreekt in het verleden
    en ze is nog niet dood (houd ik het meest van haar)
    sorry als je dat haat maar verder <3

    1 decennium geleden
  • Petrova

    Zo mooi geschreven ;o

    1 decennium geleden
  • Iheartcalum

    <3

    1 decennium geleden
  • Cieltje

    Super mooi geschreven jij moet in top!!!!!! En meer abo's!!!!

    1 decennium geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen