Foto bij ~099~

Mary Brooks
Bij de Ziekenzaal aangekomen, zie ik dat Perkamentus net de deur weer dicht doet. Als hij opkijkt en mij ziet, glimlacht hij even en knikt als teken dat het gelukt is. Hij opent de deur voor me en als ik de witte zaal binnen ben gestapt, doet hij de deur weer achter me dicht en draait hem op slot. Madame Plijster kijkt me streng aan en ik ga snel weer in het bed liggen, waar ik net ook lag. Ze komt op me afgelopen en doet een paar testjes, waarna ze tevreden knikt. ‘Ik denk dat je morgen wel weer weg kan.’ Ze glimlacht nog even naar me en draait zich dan weer om en loopt naar haar kamertje. Ik kijk haar na en als ze de deur achter zich gesloten heeft, spreek ik snel een spreuk uit waardoor het niet mogelijk is voor iemand buiten de zaal om ons gesprek te horen.
‘Is het gelukt?’ Vraag ik aan Harry, die tevreden naar me glimlacht en dan knikt.
‘Hij is weg, ontsnapt met Scheurbek.’ Zegt hij met glinsterende ogen.
Ineens hoor ik een woedende schreeuw, die van verderop in het kasteel lijkt te komen. Ik kijk Harry grijnzend aan. ‘Volgens mij hebben ze het door.'
Plijster komt geschrokken uit haar kantoortje gelopen en kijkt me met grote ogen aan. ‘Wat was dat?’ Ik haal mijn schouders op en vraag me af hoe het kan dat ze dat gehoord heeft. Werkte mijn spreuk soms niet goed? Dat kan niet, ik heb die spreuk al zo vaak gebruikt dat hij gewoon niet meer mis kan gaan. Ik kijk even richting het kamertje van Plijster en merk dat tot mijn opluchting dat deze tot buiten de Ziekenzaal loopt, waar de spreuk niet meer werkt. Het is natuurlijk niet de bedoeling dat ze weet wat we hebben gedaan.
Niet veel later knalt de deur van de Ziekenzaal open en Droebel, Sneep en Perkamentus komen binnen. Droebel kijkt niet blij, maar Sneep lijkt echt woedend. Hij kijkt even de Ziekenzaal rond en vestigt zijn woedende blik dan op mij. ‘WAT HEB JE GEDAAN?’
‘Professor Sneep, mag het iets rustiger voor mijn patiënten!’ Krijst Plijster richting Sneep, die haar negeert en richting mijn bed loopt.
‘Kom op, Sneep. Ze kan hem onmogelijk hebben geholpen, hij was er nog toen ze vertrok en ze had geen spullen bij zich om hem te helpen.’ Droebel pakt Sneep bij zijn arm en trekt hem iets naar achter.
Sneep kijkt hem woedend aan en kijkt dan naar Harry. ‘Jij! JIJ HEBT HEM GEHOLPEN! IK WEET HET ZEKER!’ Hij wijst naar Harry en Droebel trekt zijn wenkbrauwen op.
‘Sneep-’
‘HIJ HEEFT HET GEDAAN! IK WEET HET ZEKER!’
‘Severus, genoeg.’ Perkamentus kijkt hem kalm aan. ‘De deur is op slot geweest sinds ik uit de Ziekenzaal ben weggegaan.’
‘En daarna ben ik de hele tijd bij deze leerlingen geweest.’ Zegt Plijster bezorgd. Ondanks dat ze liegt, ben ik haar toch dankbaar. Het is onmogelijk dat Plijster in de Ziekenzaal was, toen Perkamentus wegging, want dan had ze wel gemerkt dat Harry en Hermelien toch écht een tijdje zijn weggeweest.
Sneep kijkt woedend van Droebel naar Perkamentus en stormt dan de Ziekenzaal uit. Droebel en Perkamentus lopen ook de Ziekenzaal uit terwijl ze bespreken of Sneep wel helemaal goed bij zijn hoofd is. Plijster kijkt ze verontwaardigt na en loopt dan terug naar haar kamertje terwijl ze iets mompelt over Sneep.
‘Hoe kan het dat Plijster niet heeft gemerkt dat jullie weg waren?’ Vraag ik verbaasd.
‘We hebben er een beetje te lang over gedaan, maar we zijn vlak voor jou teruggekomen. We lagen net in bed toen Plijster weer binnenkwam.’ Zegt Hermelien trots.
‘Maar hoe kwam het dan dat ze niks doorhad?’
‘Ik heb net gedaan alsof ik nog met Perkamentus aan het praten was.’ Zegt Ron en haalt zijn schouders even op. ‘Hij had haar immers weggestuurd om nog even met ons te kunnen praten. Toen ze weer terugkwamen, hoorde ze de deur en dacht ze dat Perkamentus net vertrok.’
‘Dat is echt briljant!’ Zegt ik en lach even bij het idee dat Ron tegen zichzelf aan het praten is in een lege Ziekenzaal.

De volgende dag mogen we weer weg uit de Ziekenzaal en Fred, George en Anne komen me ophalen. Het is prachtig weer, dus besluiten we buiten bij het meer te gaan zitten. Aangezien er de meeste leerlingen naar Zweinsveld zijn, komen Harry, Ron en Hermelien ook bij ons zitten en samen vertellen we het hele verhaal. Fred, George en Anne schrikken in het begin wel van alles wat we hebben meegemaakt afgelopen nacht, maar dan grijnzen ze naar me.
‘Het is waar!’ Roept Anne enthousiast en geeft me een knuffel.
George lijk ook blij voor me te zijn, maar Fred blijft verdacht stil. Ik kijk hem even bezorgd aan. ‘Wat is er?’
‘Nou… Je had beloofd dat je niet alleen zou gaan… Niet zonder mij.’ Hij plukt wat aan het gras.
Ik sla mijn hand voor mijn mond. ‘O! Sorry! Ik was zo… Het was gewoon het moment en…’
Fred grijnst. ‘Het was maar een grapje! Natuurlijk ben ik hartstikke blij voor je!’
Ik kijk hem even verontwaardigt aan, maar lach dan toch. ‘Fred!’ Ik zucht overdreven.
‘Ja?’ Hij kijkt me schattig aan.
Ik doe mijn mond open om iets te zeggen, maar Anne onderbreekt me. ‘Jennifer.’ Mompelt ze.
‘George?’ Vraagt Fred.
‘Wat?’ George kijkt hem verbaasd aan.
‘O, ik dacht dat we gewoon namen op gingen noemen.’ Hij lacht even, maar wordt stil als hij ziet dat Jennifer in onze richting komt lopen.
Als ze bij ons staat, kijkt ze me even ongemakkelijk aan. ‘Zou… ik even met je kunnen praten?’ Vraagt ze zacht.
Ik glimlach even geruststellend naar Fred, die me bezorgd aankijkt en sta dan op. Een tijdje lopen we zwijgend langs het meer, als ze ineens stopt en op een bankje gaat zitten. Ik ga naast haar zitten en wacht op wat ze me wil vertellen. ‘Het spijt me. Ik had niet zo dom moeten doen. Ik bedoel, het is je vader en die kies je niet zelf. Als jij zegt dat hij onschuldig is, dan geloof ik je! En dat had ik al de hele tijd moeten doen.’ Ze kijkt naar haar handen en veegt snel een traan van haar wang. ‘Ik ben echt een hele slechte vriendin geweest. Maar na wat er met Angela gebeurd is… Ik denk dat ik mensen gewoon minder snel vertrouw. Ik wil niet nog meer vrienden zo verliezen en ik dacht dat als ik…’
‘Ik snap het.’ Ik kijk haar begrijpend aan en leg mijn hand even op haar hand waardoor ze me met betraande ogen aankijkt. ‘Het is moeilijk.’
Ze knikt. ‘Maar ik had gewoon niet zo stom moeten doen.’
‘Dat ben ik met je eens.’
Ze glimlacht. ‘Waarom lag je nou eigenlijk in de Ziekenzaal?’
‘Dat… vertel ik wel een andere keer, oke?’
Ze glimlacht en knikt even. ‘Is hij echt onschuldig?’
‘Ja, ik weet het zeker.’
‘Oke, dan is het maar goed dat hij ontsnapt is.’
‘Jup.’
We kijken elkaar even aan en beginnen dan te lachen.


OMG weer zo lang xD
BELANGRIJK! Ik heb samen met Mylintis een nieuwe story ^^ Ga maar lezen:Y)

Reageer (25)

  • DieEneSaar

    Jaaaaaa

    6 jaar geleden
  • DieEneSaar

    Jij ook zo met je reclame XD

    6 jaar geleden
  • DieEneSaar

    Ahw

    6 jaar geleden
  • Mylintis

    Ohw, wat mooi! Ik vindt het altijd zo leuk om te lezen hoe alles op het laatste moment goed komt! Ik ga vlugjes verder lezen!

    1 decennium geleden
  • SuperrrLouis

    YAY!
    alles komt weer goed
    behalve met alle lezertjes van dit verhaal!
    want er komt nog maar ÉÉN hoofdstuk!
    ik weet niet of het ook zow met de rest van de wereld is, maar ik ga heirna dood hoor...
    tenzij je heel erg snel verdergaat met just a fairytaile...
    X

    1 decennium geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen