“Allemaal in de poort gaan staan, tijd voor een groepsfoto.” Zei Leopold. Pim zorgde dat hij bij Sterre stond. Die zorgde ervoor dat ze bij Raphael stond en omgekeerd. Anastacia zorgde ook dat ze bij Raf stond en Marcel wilde natuurlijk bij Anastacia staan. Ze legden hun armen om elkaars schouders. De rest van de klas stond rond hun. “Ok, het staat er op.” Zei Leopold. Iedereen liep weer uit elkaar. “Hé! Ik zit vast!” riep Anastacia hysterisch. “Ik ook!” riep Pim. “Help! Iemand? Leopold!” riep Raphael. Leopold liep naar hen toe, maar toen hij bij de 5 aankwam, losten ze in de lucht op. “Wat gebeurt er?” vroeg Leopold meer aan zich zelf dan aan de anderen.

“Aaah!” ze vielen allemaal tegelijkertijd op een strozak. Raphael bloosde zachtjes toen hij zag dat Sterre bovenop hem lag. “Waar zijn we?” vroeg Marcel terwijl hij Anastacia rechttrok. Sterre stond op. “Ik weet het niet.” Zei ze. “Oh nee, wat heb ik nu aan!” riep Anastacia. Ze had een lang, bruin kleed aan. “Hoe zien wij er uit?” zei Pim die keek naar zijn bruine broek, zwarte laarzen en een lichtbruin hemd die in zijn broek zat. “Is dit de Middeleeuwen? Zijn we teruggeflitst in de tijd?” vroeg hij zich af. Sterre keek naar haar beige kleed die mooi om haar middel sloot. Haar haar zat nog steeds in 2 vlechtjes, ze had nog steeds haar bril op, ze had nog altijd haar handschoenen aan, Raphael had nog altijd zijn koptelefoon, Anastacia haar zonnebril,… Maar voor de rest waren ze allemaal Middeleeuws gekleed. “Alsof we niet opvallen met onze eigentijdse spullen!” zei Raphael die zijn koptelefoon nog even goed op zijn hoofd schikte. “Als het goed is, komen de 5 vandaag om Victorix te redden. Dat mag niet gebeuren!” riep er een enge man. Pim had het gehoord en hij riep iedereen dicht bij hem. Voor hij begon keek hij de andere 4 1 voor 1 aan. Toen hij bij Sterre passeerde, verscheen er een verdachte rode blos op zijn wangen. “Euhm… Jah” Pim stuurde zijn hersens even naar de werkelijkheid. Hij moest nu echt niet aan Sterre gaan denken! “We moeten hier weg. Ze zijn op zoek naar ons. Raphael, misschien kun jij een hoedje ofzo kopen, Sterre, handschoenen kun je hier misschien in een andere kleur krijgen. Anastacia kan jammer genoeg niets doen en Marcel en ik kunnen een zak kopen waar mijn deo en zijn sambal in passen. Anders valt het te veel op.

Ze liepen zo onopvallend mogelijk richting een open plek waar er, tot hun grote geluk, juist markt was. Ze kochten wat ze nodig hadden (blijkbaar waren hun euro’s veranderd in Middeleeuwse munten) en ze zochten een plekje waar ze konden schuilen. Opeens kwamen ze voorbij het Gravensteen. Ze waren het kasteel blijkbaar nog aan het opbouwen. “wow.” Kon Sterre alleen maar uitbrengen. “Zeg dat wel.” Zei Raphael. ‘Ga naar binnen.’ Zei een stemmetje in Sterres hoofd. “We moeten naar binnen, kom mee.” Zei Sterre. Tot haar verbazing luisterde iedereen meteen en ze liepen naar het kasteel. Opeens hoorden ze geschreeuw. “Laat me los!” hoorden ze “Laat me los! Ik heb niets met jullie te maken!” Raphael wilde er meteen naar toe lopen, maar Pim hield hem tegen. “Het is misschien gevaarlijker dan je denkt!” zei hij wijs. Sterre legde een hand op Raphaels schouder en ze voelde dat hij zo al wat rustiger werd. “Almachtige goden, aanvaard dit offer en geef de boeren een goede oogst!” riep een man. “Het is de man die naar ons op zoek is.” Fluisterde Pim die zijn stem herkende. Sterre en Anastacia begonnen bang te worden en ze kropen dicht tegen de jongens aan. Ze hoorden nog 1 schreeuw en toen was het stil. Op de enge lach van de man na. Zijn voetstappen stierven weg in de bouwwerken van het kasteel.

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen