Chapter 46. Goodbye
Dus, nu ga ik schrijven
Ik heb vannacht 3 uur geslapen, dus verwacht er niet te veel van.
PS heel veel mensen haten mij nu
PPSS Ik had t toch gezegd ^^
PPPSSS Deze word echt slecht >.<
Ravens pov:
Ergens had ik gehoopt op een gezellige plek, zonder kliekjes en zonder mensen met vooroordelen. Maar zodra ik het grote gebouw op zag doemen uit het groene gras zakte me de moed in de schoenen. Ik kon dit niet. Ik wilde terug naar het huis. Daar had ik mijn eigen plekjes, kon ik alleen zijn als ik wilde en had ik familie. De auto stopte voor het hoofdgebouw. 'Ik blijf wel in de auto zitten,' zei ik zachtjes toen Jeremy uit de auto stapte. Hij keek even verbaasd, maar herstelde zich. 'Is goed. Ik moet je toch nog even registreren.' Met die woorden liep hij het gebouw in. Ik trok mijn knieën op en keek naar buiten. Verschillende meisjes liepen er rond, terwijl ze vrolijk met elkaar praatten. Sommigen wezen even naar de auto, haalden hun schouders op en liepen daarna gewoon weer verder. Een paar meisjes kwamen heel dicht langs de auto. Ze wierpen nieuwsgierig een blik naar binnen. Ik probeerde te doen alsof ik iets zocht in de auto. Ze hadden Destiny ook gezien, want ik hoorde ze praten op een verbaasde toon. Ze bleven naast de auto staan. Ik wenste dat ze weggingen. Ze staarden naar mij en Destiny. Ik voelde hun ogen brandden, als de zon op een warme dag. Het gevoel dat je van binnenuit werd gekookt. Het enige wat je kon doen was uit de zon gaan. Een vrouw redde me van de verbranding. Met een kort handgebaar joeg ze de meisjes weg. Met een gelijk soort handgebaar vroeg ze me uit de auto te komen. Aarzelend hopende ik de deur en stapte uit. 'Ik ben mevrouw Branford, je nieuwe directrice,' zei de vrouw. Wat stijfjes stak ze haar hand uit. Ik schudde hem twijfelend. Na een paar seconden trok ze haar hand terug en veegde hem af aan haar mantelpakje, alsof ik iets vies was dat op de straat had gelegen. 'Je kan je spullen in dat gebouw neerleggen, in kamer 26. Je boeken liggen daar op een bureau, samen met je rooster. Morgenochtend ontbijt van acht uur tot half negen. Ben je er niet, dan heb je geen eten. Geen uitzonderingen, tenzij brief van de groepsleidster.' Ze knikte even naar Jeremy. Toen draaide ze zich om en liep zonder iets te zeggen het gebouw weer in. Ik pakte Destiny uit de auto. Haar oogjes namen de nieuwe omgeving in zich op. Jeremy hielp me met de spullen naar het gebouw sleuren. In mijn ene hand hield ik mijn koffer, in de andere hand de maxicosi. Bij het wooncomplex stond een vrouw aan de voorkant. Ze was wat mollig en leek gewoon het eerste dat uit haar kast viel aan te hebben getrokken. Compleet het tegenovergestelde van de directrice. 'Ow gut, ik help je wel even,' riep ze uit toen ze ons zag. Ze nam direct alle koffers van Jeremy over. 'Ga maar naar huis hoor. Wij redden het wel,' zei ze knipogend. Ik liep wat verbaasd achter haar aan naar binnen. Nog een keer keek ik achterom naar Jeremy. Hij stond er wat verloren bij en stak even zijn hand op, als vaarwel. Ik glimlachte terug. Vanaf nu stond ik er alleen voor.
Reageer (7)
Geweldig zoals altijd.
1 decennium geledenMooi geschreven! <33
1 decennium geledenVerder!
je vergeet Destany
1 decennium geledenverder <3
geweldig geschreven,zoals altijd.
1 decennium geledensnel verder <3
<3
1 decennium geleden