Foto bij 5. Potter & Zwarts

De volgende ochtend liep Severus slaperig de kerkers uit. Diep in gedachten verzonken over zijn Zwadderich-bestaan. Hij knalde hard tegen iemand op. Severus viel door de klap op de grond en keek kwaad ophoog. Voor hem stond een jongen van Griffoendor. In zijn grijze ogen lag een minachtende blik, die Severus vreemde genoeg aan Narcissa deed denken. De jongen haalde zijn hand door zijn zwarte haren en schudde zachtjes zijn hoofd. ‘James, ik snap dus niet dat ze dat soort mensen op school binnen laten.’ Achter de jongen verscheen een andere, die dus James bleek te heten. ‘Tsja, ze hadden hem op zen minst kunnen uitleggen hoe hij zijn haar kon wassen.’ Zei de tweede spijtig. Door zijn ronde brillende keek hij Severus misprijzend aan met zijn bruine ogen. ‘En dan noemen ze dreuzeltelgen uitschot.’ Ging de eerste jongen melodramatisch verder. Severus voelde hoe de woede in hem steeds meer groeide. Net op het moment dat hij zijn staf wilde pakken werden ze onderbroken. ‘Severus,’ het was de stem van Lilly. Ze kwam bezorgt aan rennen. ‘Wat is hier aan de hand?’ vroeg ze aan hem, terwijl zij hem overeind hielp. ‘Ken jij dit stuk verdriet?’ vroeg James lichtelijk verbaast. ‘Ja, Potter. Problemen mee?’ antwoordde ze fel. De andere jongen schoot in de lach. ‘Kun jij je vriendje dan misschien uitleggen. Dat hij niet meer tegen me moet opbotsen. En zijn hare-.’ ‘O Sirius hou je kop toch. Ga lekker ruzie maken met je familie.’ ‘Effe dimmen rooie!’ begon James. ‘Ga je bril toch poetsen!’ antwoordde ze kwaad. En ze pakte Severus bij zijn arm. ‘Kom we gaan.’ En met grote stappen liep ze richting de Grote Zaal. ‘Al vrienden gemaakt?’ vroeg Severus grinnikend toen ze buiten gehoor afstand waren. Lilly haalden haar schouders op. ‘Ja hoor. Joanne Rowling, ze slaapt bij mij op de zaal en is echt een schrijfwonder. Wat die allemaal kan verzinnen. En Remus, de jongen van het bootje is echt oké. Maar die twee,’ en ze knikte naar Sirius en James. ‘Denken echt dat alles zijn.’ Brieste ze. ‘En jij?’ vroeg ze nog plots weer kalm. Hij haalde zijn schouders op. ‘Uhm… Zwadderich is nogal apart volk. Erg op hun status zeg maar.’ Lilly knikte begrijpelijk. Severus legde zijn hand op de klink van de deur. ‘Wacht,’ onderbrak Lilly hem. Severus keek haar vragend aan. ‘Misschien handiger voor jou als we niet samen binnen komen?’ stelde ze rustig voor. ‘Hoe bedoel je?’ ‘Dreuzeltelg gedoe.’ Antwoordde Lilly met een waterige glimlach op haar gezicht. ‘Hoe…’ begon Severus. ‘Ik hoorde James en Sirius praten.’ Antwoorde ze voor hij was uitgesproken. Severus keek haar verdrietig aan maar knikte. ‘Je hebt gelijk.’ Antwoorde hij zachtjes. Lilly liep ietsje terug. En Severus ging de Grote Zaal binnen waar hij even later naast Kasper plaats nam. ‘Je bent laat.’ Was zijn begroeting. Severus knikte en begon snel aan een droge cracker, voor Kasper echt een gesprek kon beginnen. Tegenover Kasper zat een jongen die Severus sterk aan een havik deed denken. Zijn spierwitte gezicht werd oplijst door zwarte lange haren die samen waren gebonden in een staart. Zijn zwarte ogen gunde hem een korte blik voor hij weer verder praten met een 2e jaars Zwadderich. Puur uit verveling besloot hij het gesprek te volgen. ‘- minimaal drie nieuwe.’ Mompelde de 2e jaars. ‘Ik weet het Edwin. Maar Rodolf zei dat Malfidus het een en ander moest regelen. Van de oudste Zwarts kunnen we in ieder geval niets verwachten.’ Fluisterde Rabas zachtjes. De 2e jaars knikte. ‘Bloedverrader eersteklas. Sirius word hopelijk uit de familie geschopt.’ Mompelde de 2e jaars kwaad. ‘De familie Zwarts kennende zal dat ook heus wel gebeuren. Maar het ergste is nog wel dat het hem niet eens iets uit zal maken.’ Antwoordde Rabas walgend. De twee hielden plots op met het gesprek en keken zonder waarschuwing plots beiden Severus aan. ‘Zit jij ons af te luisteren?’ vroeg de jongen met het havik-gezicht scherp. Severus schudde rustig zijn hoofd. ‘Ik hoorde jullie gesprek. Meer niet.’ Antwoordde hij met zijn aangeboren kalme stem. Rabas keek hem onderzoekend aan. ‘Sneep was het toch?’ vroeg hij. Severus knikte. Rabas wende zijn gezicht af en keek de 2e jaars veelbetekenend aan. Je hoefde geen genie te zijn om te begrijpen wat ze dachten. Waar die Sirius ook in gehaalt had, Severus zou hem moeten gaan vervangen…

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen