3. Als wegen zich beginnen te scheiden.
De bootjes gleden langzaam naar het kasteel. Vanaf daar konden ze het gebouw goed zien. Het stond daar in al zijn enorme indrukwekkendheid. Het leek als magische verlicht. De lucht werd verlicht door de duizenden sterren en de halve maan die stalend aan de hemel stonden. In verte kon je nog vaag de omtrekken van enkele uilen zien die door de lucht zweefde. Lilly liet voorzichtig haar hand over het oppervlak van het water glijden. Het water leek werklijn zwart, ook al wist ze niet of dat nou kwam door het gebrek aan licht of iets anders. Na enkele adembenemende minuten stopte de bootjes bij de school. Toen alle leerlingen waren uitgestapt verscheen een vrouw van rond de vijftig boven aan de trap. Haar zwarte haar zat in een strak knotje vastgebonden. En op haar neus stond een rechthoekig montuur. Haar gezicht stond streng, terwijl ze haar blik over de kinderen liet gaan. ‘Ik ben professor Anderling. Het hoofd van Griffoendor. Jullie zullen straks worden in gedeeld bij een van de vierafdelingen. Huffelpuf, Ravenklauw, Griffoendor en Zwadderich. Dit zal gebeuren door middel van de sorteerhoed. Die jullie persoonlijk kwaliteiten zal lezen. Wel nu volg me.’ Was haar duidelijke instructie. Haar verhaal over de sortering was een opluchting voor iedereen. Na deze openbaring liep professor Anderling een enorme trap op die leiden naar een hal. Daar vertelde ze wat er nu precies van hen verwacht werd. Ze opende een enorme deur. Toen de jonge magiërs naar binnen liepen zagen ze de 4 grote afdelingstafels waar Anderling zojuist over verteld had. Anderling leiden de leerlingen naar de zijkant van de zaal waar ze hen vertelde daar te wachten. Ze liep het altaar op waar een krukje met daarop een oude hoed stond, de sorteerhoed. Anderling toverde ergens een lijst vandaan en begon met oplessen. ‘Lilly Evans’ las Anderling voor.
Lilly nog half in shock liep voorzichtig het altaar op. Anderling glimlachte haar bemoedigend toe. Zenuwachtig nam Lilly plaats op het krukje en voelde hoe de oude hoed op het hoofd werd neergezet. ‘Lilly Evans, een zeer sympathiek meisje,’ werd er in haar oor gefluisterd. ‘Zeer dapper ook. Dat zondermeer.’ ‘GRIFFOENDOR!’ galmde het door de zaal. Vrolijk sprong ze op en liep naar de rood met goud versierde tafel. Waarvan alle leerlingen haar enthousiast tegemoet klapte. Een paar leerlingen verder werd de jongen uit het bootje naar voren geroepen. ‘Remus Lupos.’ Die jongen liep naar voren terwijl hij schuchter om zich heen bleef kijken. Ook bij hem werd de hoed opgezet. Tot Lilly’s opluchting werd de jongen ook bij Griffoendor ingedeeld. Zodra Anderling de hoed weer van zijn hoofd had verwijderd liep hij vlug naar haar toe. ‘Leuk dat je bij me zit.’ Glimlachte ze vrolijk. Remus keek haar dankbaar aan. ‘Ik ben er ook blij mee.’ Zij hij zachtjes.
Zo ging het sorteren maar door. De één na de andere leerling voegde zich bij zijn of haar afdeling. Waaronder ook verschillende Griffoendors. Als ene Peter Pippeling, Sirius Zwarts en James Potter. De laatste vond Lilly overigens nogal verwaant doen. Het was alsof hij indruk probeerde te maken met al zijn tovergedoe.
Nu was het Severus zijn beurt. Na het oplezen van zijn naam was hij kalm als altijd het altaar opgelopen. Om ook zijn sortering te laten voorsteken. De hoed werd op zijn hoofdgezet. ‘Trots, sterke ambitie en ook een zekere aanwezigheid voor interesse in zwarte magie.’ Fluisterde de hoed in zijn oren. Severus voelde al waar dit heen ging. Maar voor hij er nog iets aan kon doen kwam de uitkomst. ‘ZWADDERICH!’ galmde er door de zaal.
De ogen van Lilly zochten geschrokken oogcontact. Severus keek haar emotieloos aan. Hij liep naar de afdelingstafel van Zwadderich en werd daar met gepast gejuich ontvangen.
Er zijn nog geen reacties.