Nia Fabregas

‘Rijd nou door.’ Zuchtte ik toen ik de snelheid op de kilometerteller zag. ‘Nia ik rijd al sneller dan dat hier is toegestaan’ zei Cesc geïrriteerd. ‘Nou en.’ Mompelde ik en ik staarde naar buiten. Als een verkeerd persoon het schriftje heeft gevonden, dan, dan.. Ach ik wil er niet eens aan denken, dan ben ik echt zo de pineut. We kwamen aan op het parkeerterrein en voordat de auto stil stond, stond ik al buiten. ‘Doe de volgende keer voorzichtiger!’ gilde Cesc. ‘Ja ja.’ Riep ik terug. Overbezorgde sukkel. Ik rende naar binnen en keek om me heen. Eerst naar de keuken! Op weg naar de keuken kwam ik Anne en Aaron tegen.’Hoi Anne, hoi Aaron.’ Zei ik en ik rende verder. ‘Hee Nia, heb je…’ begon Anne. ‘Geen tijd!’ gilde ik en ik sprintte de keuken in. Ik keek overal maar kon het schriftje nergens vinden. ‘Fuck, fuck, fuck!’ riep ik paniekerig. ‘Waar is dat verdomde ding nou?’ riep ik en ik sloeg met mijn vuist op het aanrecht. ‘Au!’ mompelde ik en ik wapperde met mijn hand. ‘Oke wat is hier allemaal aan de hand?’ vroeg Anne en ze kwam naast me staan. ‘Hebjijmijnschriftjegezienikbenhemnamelijkkwijtenikkanhemechtnergensvinden.’ Zei ik snel. ‘En nu graag rustig aan, ik versta er geen zak van.’ Zei Anne en ze kreeg een glimlach op haar gezicht. ‘Lach niet.’ Mompelde ik. ‘Oke sorry, maar vertel.’ Zei Anne en ze probeerde haar lach in te houden. ‘Heb jij mijn schriftje gezien? Ik ben hem namelijk kwijt en ik kan hem echt nergens vinden.’ Zei ik en ik keek Anne hoopvol aan. ‘Volgens mij heb ik hem gister in de kantine zien liggen.’ Zei Anne. Ik liep de keuken uit en keek de kantine rond. Geen schriftje te vinden. ‘Anne waar lag hij dan?’ vroeg ik en ik ging elke tafel langs. ‘Hij lag hier, met de nadruk op lag.’ Zei Anne en ze keek me spijtig aan. ‘Fuck!’ mompelde ik. ‘Is het een belangrijk schriftje? Want nou ja.. Een schriftje is niet echt iets met veel waarde.’ Zei Anne zacht. ‘Mijn gevoelens, mijn leven, gewoon weg alles staat er in. Vindt de verkeerde persoon het dan ben ik echt de klos.’ Zei ik en ik liet me moedeloos op de stoel vallen. ‘Wat staat er precies in?’ vroeg Anne nieuwsgierig. ‘Hoe ik over Nicklas denk.’ Mompelde ik en ik speelde met het touwtje van mijn vest. ‘vandaar dat je de klos bent, het zijn zeker alleen maar hatelijke opmerkingen en gedachten.’ Zei Anne lachend. ‘Nee! Dat is juist het probleem! Er staat in dat ik van hem houd! Iets wat niemand mag weten en zeker Nicklas niet.’ Snikte ik. ‘JE DOET WAT?!’ gilde Anne. ‘Ik houd van hem, het gevoel is zo overweldigend. Zo geweldig. Maar hij moet me toch niet.’ Mompelde ik en ik veegde de tranen weg. ‘Maar ik dacht dat… Jij en Nicklas… Jullie haten elkaar!’ zei Anne verbaasd. ‘Ik houd van hem en Nicklas haat mij.’ Mompelde ik. ‘Moet je zien wat Nicklas gister vond!’ riep Jack en hij hield een schriftje omhoog. Mijn schriftje. ‘ik zal het eens gaan lezen.’ Zei Jack en hij keek me met een gemene grijns aan. De jongens begonnen allemaal te lachen, behalve Nicklas. Hij stond versteend achter de rest. Ik rende naar Jack toe en trok het schriftje uit zijn handen. ‘Eikel! Kleuter! Baby!’ gilde ik en ik sloeg hem in zijn gezicht. Ik liep naar Nicklas toe en keek hem met een gebroken blik aan. ‘En jij.. Jij.. Ach laat ook maar, klootzak! Ik haat je!’ Riep ik en ik duwde hem aan de kant. Ik zag de pijn in zijn ogen maar ik negeerde het. Er zit maar één ding op, ik ga het gene afmaken wat ik vijf jaar geleden al had moeten doen. Ik ga naar het station. Ik ga een einde aan deze eindeloze pijn maken. Voorgoed…

Reageer (12)

  • Queensbury

    Noooooooooooooooooooooooooooooo
    Stomme Nia, Nicklas is niet eens leuk
    Zie je Samir niet staan? (joehoe)

    1 decennium geleden
  • Heretics

    NEEEEEEEE GODVERDOMME ZE MAG NIET DOOD GAAN REINA WAT DOE JE VERDOMMMMEEEEE! :'(

    1 decennium geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen