Foto bij Prologue.

Ik houd van reacties! <3

Met een snelheid die me bijna onzichtbaar maakte, rende ik tussen de vele bomen door. Ik hoefde geen moeite te doen om ze te ontwijken, mijn benen deden dit vanzelf. Dat was een goed gegeven, want de minste fout zou wellicht mijn einde betekenen, ik mocht niet vergeten waarvoor ik op de vlucht was.
Zonder vaart te verminderen, spitste ik mijn oren en ik hoorde al snel de krakende bladeren onder de voeten van mijn achtervolgers. Ik had geen supersonisch gehoor nodig om te weten dat ze op me inliepen en ik wist dat ik ze nooit voor zou kunnen blijven. Als ik wilde overleven, moest ik een manier vinden om ze af te schudden.
Nog enkele kilometers rende ik door, mezelf de tijd gevend om met een goed plan te komen, of op zijn minst met een plan dat kans van slagen had. Voor een goed plan was het al te laat, mijn vrienden hadden me een goed plan gegeven waar ik niet naar had geluisterd. Ik had alles op het spel gezet door hun advies in de wind te slaan en door mijn eigen plan te trekken, maar ik had gewoon niet nog meer levens op het spel willen zetten.
Met alle kracht die ik in mijn benen had, zette ik af en greep ik een boomtak. Ik slingerde mezelf omhoog en hoopte – als ik legendes mocht geloven, had ik het recht niet om te bidden – dat mijn achtervolger me niet zou zien, horen of ruiken. Het was een grote gok, maar het was tevens mijn enige kans.
Uren leken voorbij te gaan en ik kreeg kramp van het aanhoudend in dezelfde positie zitten. Er was geen teken van mijn achtervolgers, de enige geluiden in de wijde omtrek waren van dieren. Op enkele kilometers afstand hoorde ik een ree schuifelen door de bladeren en iets dichterbij rook ik een konijn. Omdat ik niets kon plaatsen dat hier niet thuis zou horen, besloot ik dat het welletjes was geweest. Ik kon moeilijk de rest van mijn leven uit angst daar blijven zitten, vooral niet omdat de rest van mijn leven best nog wel eens erg lang zou kunnen duren.
Met een zachte plof belandde ik op de grond, waarna ik schichtig om me heen keek. Bovenin de boom had ik het gevoel gehad dat de kust veilig was, maar nu was ik daar niet meer zo zeker van. Alles in mij waarschuwde voor gevaar en ik voelde hoe al mijn spieren zich aanspanden om te vechten, mocht dat nodig zijn.
Plotseling klonk achter me een geluid dat ik niet direct kon thuisbrengen en nog voor ik me om kon draaien, werd ik ruw vastgepakt en tegen een boom gedrukt. Een hand omsloot mijn keel, zorgde ervoor dat ik geen lucht meer kreeg. Twee rode ogen keken me doordringend aan en mijn belager grijnsde dreigend.
“Hallo Caroline…”

Reageer (2)

  • Tatia

    jeetje wat spannend! en dacht al over wie heb je het? haha caroline (L) dus verder!

    1 decennium geleden
  • xBlackSwan

    Jeetje, dit is echt ontzettend spannend !
    Schrijf maar snel verder hoor, want ik wil echt weten hoe het verder gaat lopen.

    (H)(H)

    1 decennium geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen