11- op weg naar Denali- Elisabeth POV
Ik was stil sinds we de gronden van de Cullens en de wolven hadden verlaten. Ik wist dat Felix me om de zoveel tijd aankeek om te zien of hij niets kon doen, maar dat kon hij zeker niet. Ik zuchtte. Ik wist niet zeker wat ik had verwacht van de cullens, maar dit was het niet. Ik had toch iets meer gastvrijheid verwacht, zeker van Carlisle. Na al de verhalen van Aro wist ik niet echt wat echt was, en wat er alleen was omdat zij wilden dat het zo was. Ik vertrouwde niet meer op hun oordeel. Het deed me verschrikkelijk veel pijn om te moeten beseffen dat een groot deel van mijn leven gebaseerd was op leugens. en dat de Volturi, mijn grote helden en voorbeeld waar ik altijd deel van uit wilde maken, eigenlijk niet altijd zo goed waren als ik had gedacht. Ik zuchtte weer, en heel zacht liep een traan over mijn wangen. Natuurlijk had Felix dat opgemerkt. Hij veegde de traan van mijn gezicht weg, zachtjes, want hij wist hoe breekbaar ik was in zijn armen. Ik hield zijn hand vast en ik voelde hoe koud die was, maar toch voelde het goed aan. ik was er aan gewend om altijd koude om me te voelen, ik was er mee opgegroeid. Zonder ouders, maar met drie vaders die er altijd voor me waren. Met om de zoveel tijd een groep met bewakers rond me, voor mijn veiligheid. Felix stopte de auto bruusk aan de zijkant van de weg, het was nog steeds erg bebost hier. hij stapte uit en opende mijn deur. Hij draaide mijn benen deels uit de auto zodat ik hem aan kon kijken. Daarna ging hij op zijn knieën voor me zitten. 'Zeg me alsjeblieft wat er is. Je zit al de hele tijd de zuchten en half te wenen, en je weet dat ik er niet tegen kan om je te zien huilen. jij hoeft niet te huilen.' zei hij zacht terwijl hij mijn handen streelde. Ik kon niet in zijn ogen kijken. 'Misschien had ik meer verwacht van de Cullens, had ik toch gehoopt om iemand van hen gesproken te hebben, op zijn minst hun kant van het verhaal horen. Ik had er niet aan gedacht dat we opgewacht werden door een wolf die ons het liefste aan stukken zou rijten.' zei ik zacht. Natuurlijk verstond hij me wel, zijn zintuigen waren altijd gespannen, luisterend naar het minste geluidje. hij hielp me met uitstappen, sloot de auto omdat mijn tassen erin lagen. Anders zou hij die moeite zeker niet genomen hebben. Rustig wandelden we door de bossen, ik was blij dat ik mijn benen kon strekken. Felix keek me de hele tijd aan, maar ik kon niet naar zijn gezicht kijken. Hij zuchtte dit keer. 'Er is nog iets, niet alleen de Cullens. er is meer...' zei hij. het verbaasde me niet dat hij dat opmerkte. Felix kon soms gewoon door mijn ziel kijken, hij merkte het altijd op als er iets mis was met mij. 'Eigenlijk wel.' zei ik zacht en zo rustig mogelijk. Hij ging zitten op een omgevallen boomstronk, al was ik niet helemaal zeker dat die daar voordien al lag. Het zou best kunnen dat die boom omgevallen was omdat Felix dat het beste plekje vond om te zitten. Hij trok me mee naar de boom en wiegde me in zijn armen. 'Vertel.' zei hij op een bevelend toontje. Ik lachte zachtjes, heel kort, maar ik was zeker dat dat de bedoeling was geweest. 'Ik realiseerde me net hoeveel doden er eigenlijk door mij zijn gevallen.' zei ik, Felix keek me niet-begrijpend aan. 'Vroeger lette ik er niet op, maar als een Vampier van buiten de Volturi me zag, denk ik niet dat diegene ooit nog buiten volterra kwam, zelf als Aro een goeie dag had. 'Aro had nooit een goeie bui als iemand van jou bestaan te weten kwam die het eigenlijk niet moest weten. En jij moet weten, begrijpen en er mee leren omgaan dat jij nu eenmaal goed beschermd wordt. er zal altijd wel iemand zijn die een hand boven je hoofd zal houden, desnoods ik alleen en halfdood.' zei hij. Ik legde mijn hoofd neer tegen zijn borst die bewoog door zijn ademhaling. geen hartslag, maar ook daaraan was ik gewend. hij gaf me zacht een kus op mijn hoofd en op mijn voorhoofd. gelukkig had ik Felix nog, en ik wist dat hij er altijd voor mij zou zijn. Niemand zou ons uit elkaar kunnen krijgen.
Reageer (1)
Oeh! Koppeltje in spe ?
1 decennium geleden