Two Weeks For Fun or Not Tom Kaulitz 2.4
Mijn lieve trouwe lezertjes
Het spijt me zo erg dat het al zoo lang geleden is dat ik een deeltje van deze story (en andere storys) heb opgezet. Maar zoals jullie wisten zat ik een soort van vast, en nu nog hoor, maar ik heb toch nog deeltjes kunnen schrijven
Ook heb ik het druk met school en binnen 2 weken beginnen de examens . Waar ik totaal geen zin in heb .
Maar toch zet ik er nu speciaal voor jullie een deeltje op en misschien in het weekend ook nog als ik niet teveel huiswerk heb.
Hopelijk vinden jullie het verhaaltje nog leuk en misschien zouden jullie ook mijn andere story’s willen lezen *kijkt met grote puppyogen*
Alvast bedankt voor het lezen en wachten, reacties zijn altijd welkom, of een kudo is ook goed
Groetjes
Gabriëlle pov
Toen hij zich voorover boog, boven de spoelbak, valt mijn blik op zijn rug en kan ik nog net een kreet inhouden. Bleke dikke striemen steken kriskras af op zijn gladde bruine huid van zijn schouderbladen. Ik slik krampachtig. Wie hij ook is, in ieder geval niet de rijke, verwende, playboy die ik had verwacht.
Zijn getekende hals en de littekens op zijn rug zijn duidelijk een bewijs van een hard leven, getekend door geweld. Ik bijt op mijn onderlip, klem mijn handen in elkaar om het trillen tegen te gaan en negeer een opwelling van medelijden toen ik dacht aan hoeveel pijn die wonden ooit hebben moeten gedaan.
Maak hem niet opnieuw boos, Gabriëlle. Je weet niet waartoe hij in staat is.
Hij neemt een glas kraanwater en draait zich om. Tegen het aanrecht geleund kijkt hij me aan.
Ik huiver, ondanks de warme zomernacht. Hij drinkt het glas in 3 snelle slokken leeg en zet het neer op het aanrecht. Ik schrik op van het geluid. Hij hoest, rochelde rauw en wrijft over zijn voorhoofd met zijn arm. Daarna leunt hij met zijn handen tegen het aanrecht en zucht diept met zijn kin op zijn borst.
Ik laat mijn adem ontsnappen. Met die hangende brede schouders ziet hij er wat minder dreigend uit. Nu hij een tijdje nog niets had gezegd en opgekeken, dacht ik dat hij me was vergeten. Ik sta voorzichtig op uit de zetel, maar het verraderlijke leer kraakte, waardoor zijn hoofd omhoog schiet.
‘Blijf godverdomme zitten. We zijn nog niet klaar.’
Hij snauwt het.
Met een plof ga ik terug in de zetel zitten. Ik zie de wallen onder zijn ogen van vermoeidheid. Weer onderdruk ik een opwelling van medelijden. Wat hem ook scheelde, hij had me dood laten schrikken, bedreigd en hoogwaarschijnlijk de arme Mr. Pootles een langzame pijnlijke dood bezorgt. Mijn medelijden kon ik beter bewaren voor de Grote Boze Wolf.
‘Wat wil je nu precies?’
Ik was tevreden dat mijn stem niet haperde.
Toen hij zich voorover boog, boven de spoelbak, valt mijn blik op zijn rug en kan ik nog net een kreet inhouden. Bleke dikke striemen steken kriskras af op zijn gladde bruine huid van zijn schouderbladen. Ik slik krampachtig. Wie hij ook is, in ieder geval niet de rijke, verwende, playboy die ik had verwacht.
Zijn getekende hals en de littekens op zijn rug zijn duidelijk een bewijs van een hard leven, getekend door geweld. Ik bijt op mijn onderlip, klem mijn handen in elkaar om het trillen tegen te gaan en negeer een opwelling van medelijden toen ik dacht aan hoeveel pijn die wonden ooit hebben moeten gedaan.
Maak hem niet opnieuw boos, Gabriëlle. Je weet niet waartoe hij in staat is.
Hij neemt een glas kraanwater en draait zich om. Tegen het aanrecht geleund kijkt hij me aan.
Ik huiver, ondanks de warme zomernacht. Hij drinkt het glas in 3 snelle slokken leeg en zet het neer op het aanrecht. Ik schrik op van het geluid. Hij hoest, rochelde rauw en wrijft over zijn voorhoofd met zijn arm. Daarna leunt hij met zijn handen tegen het aanrecht en zucht diept met zijn kin op zijn borst.
Ik laat mijn adem ontsnappen. Met die hangende brede schouders ziet hij er wat minder dreigend uit. Nu hij een tijdje nog niets had gezegd en opgekeken, dacht ik dat hij me was vergeten. Ik sta voorzichtig op uit de zetel, maar het verraderlijke leer kraakte, waardoor zijn hoofd omhoog schiet.
‘Blijf godverdomme zitten. We zijn nog niet klaar.’
Hij snauwt het.
Met een plof ga ik terug in de zetel zitten. Ik zie de wallen onder zijn ogen van vermoeidheid. Weer onderdruk ik een opwelling van medelijden. Wat hem ook scheelde, hij had me dood laten schrikken, bedreigd en hoogwaarschijnlijk de arme Mr. Pootles een langzame pijnlijke dood bezorgt. Mijn medelijden kon ik beter bewaren voor de Grote Boze Wolf.
‘Wat wil je nu precies?’
Ik was tevreden dat mijn stem niet haperde.
Reageer (3)
1 decennium geledensnel verder
xx
HAHAHA -ligt dubbel- DE GROTE BOZE WOLF!!! HOE KOM JE EROP HAHA
1 decennium geledenTOMMIE IS MIJN GROTE BOZE WOLF :'D