Foto bij Hoofdstuk 2: Opgesloten

Ik weet dat het idee was dat er vanuit iedereen iets geschreven zou worden, maar dat vond ik toch een beetje raar. Het is niet echt nodig, aangezien we gewoon bij elkaar blijven... Alleen Ivar krijgt zijn eigen stukje, om bekende redenen. Ik hoop dat jullie het niet erg vinden. :$

Het was een koude windvlaag, die tot diep in mijn botten doordrong, me deed rillen. Maar erger dan de kou was het besef dat er íéts was… Iets dat ons vijandig gezind was. Op dat moment wist ik heel zeker dat we hier niet zouden moeten zijn.
Even snel als de Tocht gekomen was, was hij ook weer verdwenen. Alsof iemand het raam had dichtgedaan. Op dat moment begon ik weer helder te denken: natuurlijk was het een raam. Iemand had een raam open gedaan, en dat was nu weer dicht. Er was geen andere verklaring mogelijk.
Ik keek naar de gezichten van de anderen en zag mijn eigen gedachten en conclusie weerspiegeld. Toen keek ik weer naar de kist.
Dat was vreemd.
Er klopte iets niet aan het skelet dat daar lag. Ik zou zweren dat daarnet haar hoofd naar links gedraaid was geweest, maar nu lag het naar rechts. Dat kon toch niet?
Ik keek weer naar de anderen. Die leken niets gemerkt te hebben. Mo filmde een eindje verderop. Marin keek weer dromerig in Joran’s ogen. Ivar keek verveeld naar het bordje met informatie over de vrouw in de kist. Ik richtte me tot hem. “Ivar…?”
Hij keek op. “Ja?”
“Dat skelet…” ik slikte even. Het hele verhaal klonk me ineens belachelijk in de oren. Doden bewegen niet. Ik herinnerde het me vast verkeerd. “Het is… Interessant, hé?” zei ik dus maar.
“Zeg, moeten we niet eens gaan, of zo?” Mo was naast ons komen staan en keek ons bezorgd aan. “Moet je zien, het word al donker buiten…” We keken door het raam en met een schok zag ik dat het inderdaad begon te schemeren.
“Kom op!” zei ik. “Straks gaan ze zonder ons weg!” En ik begon te lopen, weg van de loden kist.
De anderen kwamen achter me aan. “Ze zouden toch niet al weggegaan zijn, hé?” vroeg Marin ongerust. Ivar lachte spottend.
“Ze laten ons heus niet achter, hoor” antwoordde hij.
Desondanks begonnen we te rennen. Hierlangs… Daarlangs…
Wat waren er veel gangen! Met mijn belabberde richtingsgevoel raakte ik al gauw de draad kwijt, en liet Ivar voorop gaan, aangezien hij leek te weten waar we heen moesten. Ik liep tussen Mo en Marin, die Joran’s hand stevig vasthield. Ondanks de situatie glimlachte ik. Ze waren zo lief samen…
Mo mompelde iets tegen zijn camera. “We moeten rennen… Het museum lijkt verlaten… Waar is die stomme rotuitgang?”
Toen, op het moment dat ik dacht dat ik echt niet meer kon, hoorden we stemmen.
“Heb jij de sleutels?”
“Ja… wacht even. Ik moet ze hier ergens hebben…”
Ik negeerde de steken in mijn zij en begon weer te rennen.
Dat waren stemmen van de beveiligers, en zo te horen gingen ze zo het museum op slot doen!

“Ik ben blij dat onze dienst is afgelopen. Het is zo griezelig, een verlaten museum, vind je ook niet?”
“Nou en of. ’t Is net of die schilderijen je aanstaren, hé?”
“Ja. Zullen we de boel nu maar op slot doen?”
“Mijn idee.”
Ik vloog bijna door de gangen, hevig hyperventilerend. Zwarte vlekken leken voor mijn ogen te dansen, maar ik ging door. We mochten niet te laat zijn... Dat kon niet... Dat mocht niet...
Daar was de deur. Ik begon te schreeuwen. “Stop! We zijn nog... In het museum... Stop!”
Ze hoorden me niet. We waren nu bij de deur, en wierpen ons er tegenaan. Op slot!
In paniek bonkten we met z’n vijfen tegen de deur. Ik had het idee dat ze ons wel móésten horen, met al het lawaai dat we maakten, maar er kwam geen reactie. Een auto die ronkend startte. En toen een klik.
Iemand had blijkbaar een afstandsbediening voor de lampen, want alle lichten gingen tegelijk uit.

Reageer (2)

  • LeaFlammae

    @Marin:
    Wat is er tegen korte verhalen? Ik vind dat je het niet onnodig lang moet rekken. Ik vind jouw stukje wel leuk, maar het is raar als mensen middenin het verhaal zitten en ineens gaan we een stukje terug in de tijd. Ik denk dat het wel iets is wat ik had moeten doen, aangezien ik niet zoveel uit heb gelegd over de excursie, maar ik kan het denk ik niet meer inpassen. Kben al bij hoofdstuk 5, dusja ^^
    Maar fijn dat je meedenkt ;)

    1 decennium geleden
  • OnTheLine

    Misschien voor Mo ook?
    En ik dacht: mss kun je eerst ook nog een hoofdstuk of 2 schrijven waar nog niet echt iets in voorkomt? Anders wordt het zo'n kort verhaal:$
    Enneh... Misschien kun je iets vanuit mij doen, dat ik iets zeg als dit:
    'Ik keek door één van de weinige ramen van het museum. Het schemerde, want dit was het laatste onderdeel van deze dag. De stadswandeling hadden we al achter de rug. Ik glimlachte toen ik er aan terug dacht. Het was heerlijk om Ivar te irriteren door bij elk kleding winkeltje een paar seconden stil te blijven staan en te zeggen 'O!! Wat zijn die kleren leuk!!!', ook als ik ze niet eens zo leuk vond. Dat is echt grappig.'
    Niet dat ik nou zo'n pestkind ben hoor, het is gwn plagen;)(Ik weet dat jij dit weet Lianne, het is gwn aan de mensen die dit lezen en het niet wetenxD)

    1 decennium geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen