De wind schreeuwde verwijten naar me en iedereen keek me walgend na, angst duidelijk geschreven in hun verdwaasde ogen. Ik grijnsde enkel, verborg de pijn in mijn hart. Soms, op momenten als deze, wilde ik niet zo zijn. Niet zijn wie ik nu was, wie ik geworden was door de faam van de Malfidus naam. Ik wilde gewoon even gewoon zijn. Onzichtbaar. “Kijk uit,” gromde ik naar een meisje dat bijna tegen me aanliep. Ik moest mijn houden. Onopgemerkt perste ik mijn lippen op elkaar. Ik moest op mijn tongen leren bijten, leren zwijgen wanneer ik weer naar iemand wou snauwen. Erger dan een wilde kater, net geen tijger. Ik liet mijn slachtoffers heel, maar gekwetst achter. Kruipend door de aarden en getekend met mijn teken. Zuchtend viel ik op een van de banken van de trein neer. Mensen gleden voorbij mijn coupé maar niemand het lef om naar binnen te komen. Waarschijnlijk zou ik het ook niet toegelaten hebben, maar dan had ik in ieder geval iets te doen. Mijn gedachten raakten verwikkeld wanneer toch een meisje naar binnen kwam.
Het was alsof de wereld voor een tel van een seconde stil stond. Haar bruine haren toonde een rode glans die ik nooit bij iemand anders gezien had. Haar groene ogen staarde me aan en een perfecte glimlach krulde haar volle lippen op. Ik klemde voor de zekerheid mijn tanden op elkaar, bang dat woorden me zouden ontsnappen. “Het spijt me. Ik was mijn tas hier vergeten daarnet….”
Haar blik gleed gewoon langs me heen en eindigde bij een oude sjofele zak onder de overstaande bank. Mijn ogen schoten naar mijn peperdure handgemaakte tas en dan terug naar die van haar. Ze keerde zich van me weg en griste hem van de vloer weg. Ik hield mijn adem in, wanneer opeens Jay en Cass binnen kwamen, gevolgd door Emily. Ik slikte, zorgen brandend door mijn mantel heen, onzichtbaar voor de anderen. Hun ogen schoten van haar naar mij en terug. “Ik ging net weg,” was het enige wat ze zei. Ze gooide haar lange haren over haar schouder en brak door ze heen. Ik moest mijn best doen om haar niet stomverbaasd na te kijken, maar ze had dat effect duidelijk wel bij de andere 3 opgewekt. Ze volgden haar gedaante tot ze de wagon uit was. “Zag je dat?” ketste Emily. Ik knikte enkel, probeerde mijn gezond verstand terug te krijgen. Ze gingen allemaal tegenover me zitten, hun ogen zacht verward en aangeslagen. “Ze weet gewoon niet tegen wie ze het heeft,” vervolgde Emily. Ze klaagde verder, hoe iemand van haar stand het meisje als dienst zou moeten hebben. Emily Cave, hét populairste meisje van Zwadderich. Iedere jongen wou haar en ieder meisje wou haar zijn. Ze was één van de laatste afstammelingen van de oude Koninklijke families van onze wereld. Enkel was het aanzien van haar familie zo gezakt dat niemand noch echt haar als “Royal” zag. Ze was gewoon Emily. Ze had van dat lang goud haar en diamant blauwe ogen, die ijzig weg kleurde als ze kwaad werd; zoals nu. De jongens naast haar deden alsof ze luisterden maar dat deden ze absoluut niet. Ze knikte enkel op momenten dat ze dachten dat het moest. Casstiel ‘Cass’ Minster, hoogst aangeschreven jongen als je zocht naar een weg uit of een plan. Zijn intelligentie sloeg alles wat je ooit gezien had, gedacht had. Meisjes vielen als een blok voor hem. Hij had van dat licht zwart haar en een nerd bril die zijn ogen 2 keer zo groot lieten lijken dan ze waren. Zijn bruine ogen staarde je dan bedachtzaam aan, hypnotiserend. Hoewel hij zo’n populariteit had, leek hij een van de weinige die zich bezighield met leerlingen van Griffoendor. Jay was gewoon een eerste klas klootzak die je bij je hield om sterker en gemener te lijken. Knap en viervoudig winnaar van de player-van-het-jaar award. Ik wende mijn blik af en staarde naar het landschap dat eindelijk begon voorbij te schuiven. En dan had je mij. Ik bestudeerde m’n spiegelbeeld in het raam. Mijn lichte blonde haar verschool mijn voorhoofd en een stel grijze ogen keken naar me terug. Mijn bleke huid was net één tint donkerder geworden. Van lijk bleek naar weggetrokken wit als je net uit een achtbaan komt. Ik grinnikte om de onuitgesproken grap en trok per ongeluk de aandacht weer naar me toe. Hun ogen brandden op mijn huid. “Hoe was jullie vakantie?” vroeg ik snel. Woorden liepen weer als watervallen over hun lippen, allemaal door elkaar en zonder controle. Ik concentreerde me weer op de jongen in het raam en knikte wanneer het nodig was.

Reageer (2)

  • Sietske99

    Heel erg leuk verhaal!
    Ben benieuwd hoe het verder gaat. (flower)

    1 decennium geleden
  • Fidem

    dit verhaal is echt geweldig en heel erg goed geschreven.
    Ik houd nu al van alle personages.
    Snel verder alsjeblieft?
    xxxx

    1 decennium geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen