12. You don't have the right to say that

Stomme Patty, nu kon ze niet bij Draco en Blaise zitten. Ze stond al als eerste voor de deur en wachtte op de rest. 'Olette,' Ze draaide zich om en zag dat Hermelien haar had geroepen. 'Hey Hermelien. Hoe gaat het?' Ron en Harry kwamen erbij staan. 'Ja goed hoor, met jou?' Ze stak haar duim op. 'Hoe is het met jullie?' Vroeg ze aan Ron en Harry. 'Ik kan er maar niet aan wennen, maar het gaat wel goed.' Zei Ron. 'Met mij is ook alles goed. Waar is Malfidus?' Ze hield haar schouders op, 'Waarschijnlijk onderweg hier naartoe met Patty en Blaise.' Hij knikte. 'En jij bent bevriend met hun?' Vroeg Ron. 'Yup, behalve met Patty. Ze mag mij niet echt, en om eerlijk te zijn, ik haar ook niet.' Ze knikten begrijpelijk. 'Hey Olette! Waarom praat je met dat modderbloedje en die bloedverrader?' Draco kwam met Patty die haast over hem zat te kwijlen. 'Draco noem hun niet zo. Omdat jij een volbloed bent betekend niet dat je het recht heb om zoiets te zeggen.' Patty kwam ertussen, 'Jij bent toch ook een volbloed?' Ze knikte. 'Maar dat betekend toch niet dat ik ook het recht heb om dat te zeggen. We zijn allemaal tovenaars en heksen. Dan maakt het toch niet uit of je een volbloed, halfbloed, modderbloed, bloedverrader of snul bent.' Ze draaide zich om en de hoorde allemaal mensen fluisteren, ze deden maar. Het was toch gewoon krankzinnig om te denken dat omdat je een volbloed bent dat je het recht heb om mensen zo te beledigen. 'Naar binnen allemaal.' Omber was verschenen en ze liep als eerste de kerker binnen. 'Hermelien kan ik naast jou zitten? Ik heb geen zin om naast de andere te zitten.' Ze knikte en ze gingen achteraan zitten. 'Nog bedankt.' Fluisterde Hermelien. Olette keek haar verbaasd aan, 'Waarvoor?' 'Dat je het opnam voor me.' Olette pakte haar spullen, 'Het is toch niet normaal dat je mensen beledigt vanwege je afkomst!' Fluisterde ze terug. Hermelien knikte. De les verliep goed, soort van dan. De meeste praatten nog over wat ze had gedaan maar ze negeerde het.

De dag ging snel voorbij maar het was al snel verspreid door de school dat zij, een Zwadderaar, het opnam voor iedereen die niet een volbloed was. Ze keken haar raar aan maar sommigen groette haar wel in de gang. Tijdens het eten ging Blaise naast haar zitten. 'Ik heb gehoord wat je hebt gedaan.' Ze knikte maar en prikte met haar vork in de kip. 'Waarom deed je dat?' Ze keek Blaise vuil aan. 'We zijn allemaal tovenaars en heksen, we moeten samenwerken. Niet elkaar beledigen.' Ze stond op en liep de zaal uit.
Boos plofte ze op haar bed neer en gaf een hele harde zucht. Veel mensen zeiden dat ze totaal niet in Zwadderich paste, en daar was ze mee deels mee eens. Als ze niet gedwongen was dan zou ze zo in een andere afdeling zitten. Misschien moest ze met Perkamentus over dit alles praten. Ze ging liggen en keek naar het plafond, wat je niet echt een plafond kon noemen. Het was van glas en je kon ik het meer kijken. Ze was dol op aparte dingen en dit was best apart. Ze pakte haar dagboek en ging schrijven.