Foto bij Hoofdstuk.1

Siara Zwadderich

Ik zat als enige oudere leerling in een boot op weg naar het kasteel, ik zat alleen in een bootje omdat alle eerstejaars me blijkbaar nogal intimiderend vonden. Tijdens de treinreis had ik alleen gezeten en had ik rustig wat van de stof voor dit jaar doorgenomen, ik had Harry Potter gezien en hij mij, hij herkende me niet en was daar duidelijk verward door omdat ik er niet uit zag als een eerste jaars en dus wel nieuw was. Hij zou er snel genoeg achter komen naar mijn mening en toen de bootjes aankwamen aan de oever stapte ik soepel uit. niemand keek me aan behalve Hagrid, hij glimlachte naar ons en nam ons mee naar binnen Zweinstein in hij leidde ons naar een kamertje toe waar we moesten wachten tot professor Anderling kwam. Hagrid vertrok de Grotez Zaal in en na enkele minuten kwam professor Anderling binnen. Ze zag er streng uit maar haar mondhoeken krulden des ondanks verwelkomend omhoog, toen ze sprak werd iedereen stil "Als jullie zometeen de zaal in gaan moeten jullie naar de kruk toe lopen, jullie zullen op alfabetische volgorde worden ingedeeld" ze stopte even met praten
"Juffrouw Zwaderich u zal als allereerste worden ingedeeld omdat u ouder bent dan de rest." sprak ze daarna me toe waarop ik knikte. Ze opende het deurtje van de kamer waarna we de gang op liepen, de eerste jaars schuifelde nerveus pratend de gang op, ik zelf daar in tegen liep zelfverzekerd achter Professor Anderling aan. Ze opende de deuren van de Grote Zaal en werd het opeens een stuk stiller in de zaal. Ik glimlachte en voelde verscheide ogen op me branden terwijl ik achter professor Anderling aan naar voren liep. Toen alle nerveuze eerste jaars eindelijk ook voor in de zaal aankwamen begon de indeling. "Siara Zwaderich!" werd er geroepen, een paar seconden was het doodstil in de zaal, na enkele seconden begon het geroezemoes. Ik snoof even en ging op het krukje zitten waarna de soorteerhoed op mijn hoofd werd gezet, hij zakten over mijn ogen heen en ik sloot mijn opvallend groene ogen. De sorteerhoed begon te mompelen en ik luisterde naar wat hij zei: "Volbloed, aardig, moedig, ridderlijk, maar rechtstreekse bloedverwant van de oprichter van Zwaderich.." zo ging het nog een tijdje door tot hij een besluit had genomen: "Je hoort de bloedlijn door te zetten dus......" hij zweeg een seconde voor hij met zijn bulderende stem, "ZWADDERICH!" riep. Ik schrok een beetje toen hij schreeuwde en zetten snel de hoed af waarna ik snelle sierlijke passen richting de afdelingstafel liep die joelde, floot en klapten. Ik grijnsde en ging aan de tafel zitten, enkele felicitaties en bewonderende blikken kwamen me tegemoet en ik glimlachte tevreden.

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen