reacties = verder
hoe meer reacties, hoe sneller

Twee uur later hadden we allemaal gegeten. Het was best meegevallen, dat jagen op dieren. Ik riep Alice weer bij me en greep haar opnieuw stevig beet. Met z’n allen renden we naar Volterra.
“Jullie blijven nog even hier”, zei ik tegen Carlisle en de anderen. “Alice, Jasper en Theresa komen met me mee.” We stonden in een steegje in Volterra waar de zon nooit kwam. Jasper sprong eerst door het gat, gevolgd door Theresa. Alice en ik sprongen samen, en kwamen veilig tussen Jasper en Theresa terecht. Met z’n vieren wandelden we kalm naar Aro’s troonzaal.
“Vincenza, prinses, wat ben ik blij je terug te zien”, glimlachte Aro. “En met een goede buit.” Ik glimlachte even, maar de blikken van Jasper en Theresa verstrakten. Die van Alice vermoedelijk ook, maar dat kon ik niet zien.
“Dag Aro”, zei ik kalm.
“Even je buit bekijken”, glimlachte Aro. “Wauw, je hebt de Cullens mee gekregen. Hoe heb je dat gedaan?”
“Theresa is Jaspers zus”, zei ik schouderophalend.
“Maar zo te zien heb je Alice gevangen, en niet Theresa”, merkte Aro op.
“Ik had oorspronkelijk Theresa gevangen, maar Alice wilde ruilen”, antwoordde ik.
“Mooi van je, Alice”, lachte Aro. “Laat haar maar los, prinses, hier kunnen ze niet meer ontsnappen.” Ik liet Alice rustig los. Aro kwam naar ons toe.
“Zozo, dus dit is Theresa, die ene achter wie je altijd hebt gejaagd”, zei Aro, en stopte vlak voor Theresa. Hij stak zijn hand uit. Theresa deinsde doodsbang achteruit. Alice ving haar op.
“Geef hem je hand, Theresa”, fluisterde ze. Aro stond vlak voor haar, Alice en ik achter haar, ze kon geen kant op. Aarzelend gaf ze Aro haar hand.
“Interessant”, zei Aro, en er klonk verbazing in zijn stem. “Jane, lieverd, er wachten blijkbaar nog een aantal Cullens buiten. Haal jij hen even?” Jane gromde iets onverstaanbaars en liep de zaal uit.

Aro liet Theresa los, en stak zijn hand uit naar Jasper. Met een zucht nam die Aro’s hand vast. Aro liet hem al snel los, om zijn hand naar Alice uit te steken. Ook die nam Aro’s hand met een zucht aan. Aro kon een glimlach niet onderdrukken. Wat hij zag was blijkbaar amusant, maar ik durfde er niet naar te vragen.

Jane en de andere Cullens kwamen binnen.
“Carlisle, beste vriend”, lachte Aro.
“Dag Aro”, knikte Carlisle beleefd.
“Laat me raden, jij komt deze drie hier vrijpleiten?”
“Inderdaad”, zei Carlisle kalm. “Ik zie niet in waarom je zou straffen. Jasper en Theresa wisten niet beter toen ze in die legers zaten. En Alice heeft er niets mee te maken.”
“Maar Jasper en Theresa hebben wel dingen gedaan die niet konden”, zei Aro. “En Alice en Jasper wilden Theresa bevrijden.”
“Aro, is het niet logisch dat Jasper zijn zus wilde redden?”, vroeg Carlisle redelijk. “Uiteindelijk zijn ze toch met Vincenza meegekomen, en ik geloof dat ze niet echt moeilijk gedaan hebben onderweg.”
“Ik moet inderdaad toegeven dat ze me niet echt moeilijke gevangenen leken”, knikte Aro. “Ze leken me zelfs een tikkeltje behulpzaam.” Ik knikte instemmend.
“Laat hen gaan, Aro”, zei Carlisle zacht.
“Mijn broeders en ik moeten hierover beraadslagen”, zei Aro kalm. “Jane en Alec, breng Theresa, Alice en Jasper weg. De andere Cullens kunnen gaan, maar zorg dat niemand jullie ziet.”

Reageer (1)


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen