Kiss me
'Wat doe jij nou weer hier, Demon?' vroeg hij. 'Ik kom even kijken wat voor een mooi meisje mijn broertje nou weer aan de haak geslagen heeft,' zei Demon. Hoezo aan de haak geslagen? Ik ken hem niet eens, ik weet zijn naam niet eens. 'Demon, ga toch weg,' zegt de jongen. 'Waarom, Stefan? Waarom?' Oké, hij heet dus Stefan. Wat boeit mij die naam, geen idee. Ik doe mijn boek in mijn tas en sta op. 'Waar ga jij heen, schoonheid?' vraagt Demon. 'Naar huis,' mompel ik. Hij pakte mijn arm beet. 'Oh nee, dat dacht ik niet, jij blijft hier,' zegt hij. 'Laat me los,' mompel ik en ik probeer mijn arm los te trekken, maar het lukt niet. 'Demon, laat haar los,' zegt Stefan. 'Waarom? Ik vind haar wel leuk.' Oké ik begin het echt een beetje eng te vinden. Stefan kwam naar ons toe gelopen. 'Wat wou je doen, broertje? Jij en ik weten allebei dat jij geen partij bent voor mij,' zegt Demon. 'Weet ik,' zegt Stefan een beetje teleurgesteld. 'Mag ik alsjeblieft naar huis?' piep ik. Demon begint heel hard te lagen. Hij knijpt heel hard in mijn arm, ik gil het uit van de pijn. Ik zak door mijn knieën en ik val op de grond. Demon laat mijn arm los. Ik spring op en zet het op een rennen. Ik kom bij mijn fiets aan en ik voel in mijn zakken om mijn fietssleutel te zoeken, maar ik kan hem niet vinden. 'Kut,' scheld ik. Ik hoor voetstappen achter me, dus kijk ik om. Demon komt op een heel rustig tempo deze kant op, het is nog net geen slenteren. Ik zoek in paniek nog een keer naar mijn sleutel, maar ik geef het op, hij moet daar uit mijn jaszak zijn gevallen. Demon staat nu achter mij. 'Ben je iets kwijt?' vraagt hij spottend.Iik draai me om en zie Demon staan met mijn sleutel in zijn hand. 'Mag ik mijn sleutel terug alsjeblieft?' vraag ik wanhopig. Waarom, Waarom ik, denk ik bij mezelf. 'Als ik een kusje krijg,' zegt hij nog steeds spottend. 'Nee,' zeg ik, 'ik wil jou niet zoenen.' 'Dan loop je maar naar huis,' zegt hij. Wat een zak, zeg. 'Is goed,' mompel ik. Ik draai me om en wil weg lopen, maar ik struikel over een boomstronk. Bonk, daar lig ik dan op de grond in het bos voor de neus van een hele lekkere jongen. Zijn ogen zijn niet groen, zoals die van Stefan, maar ze zijn zwart, wat wel heel erg past bij zijn persoonlijkheid. En hij heeft zwarten haren die op een Justin Bieberi-achtige manier voor zijn ogen hangen. Maar Justin is niks vergeleken met Demon. Ik lig nog sleets op de grond. Demon komt naar me toe lopen en steekt een hand uit om me overeind te helpen. Ik pak zijn hand niet aan, straks knijpt hij me weer. Dat vond ik echt niet leuk. Dus sta ik recht zonder Demons hulp. 'Mag ik mijn sleutel alsjeblieft terug?' vraag ik weer. 'Je weet de voorwaarden,' zegt hij. 'Ik ga jou echt niet kussen,' zeg ik met mijn stem vol walging. 'Dan zul je toch echt moeten lopen,' zegt hij naar mijn schoenen kijkend. Kut, als ik op mijn slippers naar huis moet, dan heb ik al blaren voor ik deze straat uit ben. Hoe ga ik dit nou weer oplossen?
Er zijn nog geen reacties.