007.
Abigail Swanepoel
‘Ze heeft met iets gegooid.’ Mompel ik als Jack de kamer weer binnen komt. Ik wist niet wat zeggen, ik had geen zin om te vragen wat er was dus zei ik maar dat ze met iets gegooid heeft, ik klonk als een idioot. ‘Een glas, niets ergs. Vanwaar ken je Candice?’ Ik slikte even en Jack kwam naast mij zitten. Hij sloeg zijn arm om me heen en ik legde mijn hoofd op zijn borstkas. ‘Ze is de “vriendin” van Oliver. Is ze je.. ex?’ Ik mompelde het zachtjes omdat ik bang was dat het zo was, Jack was niet iemand voor Candice. ‘We waren twee weken samen, nu is ze zwanger en wilt ze mij als vader hebben, terwijl het onmogelijk mijn kind is.’ Ik tekende afwezig rondjes op zijn buik. ‘Arm kind, ik bedoel dat ongeboren kind. Wie weet wie de vader is, heel Londen is al met dat kind in bed gedoken, niet beledigd bedoeld.’ Hij zuchtte. ‘Ze was een grote fout, grotendeels Azza’s fout, hij vond, naja. Genoeg over haar.’ Hij duwde met zijn vinger mijn kin wat omhoog zodat ik recht in zijn ogen kon kijken. ‘Er is iets.’ Mompelde hij zachtjes. ‘Waarom kwam je niet?’ Ik zette me wat rechter zodat ik mijn hoofd op zijn schouder kon leggen. ‘Ik dacht’, je hoorde hoe hij het moeilijk kon verwoorden, ‘Dat ik niet goed voor je was, ik bedoel niet goed genoeg.’ Ik grijnsde. Waarom zou hij niet goed genoeg zijn voor me? Hij was geweldig, hij was degene waarvoor ik alles zou laten. Ik wist gewoon dat er niets slechts in Jack was. ‘Wat grijns je nou?’ Hij wreef een lok achter mijn oor. ‘Ik heb het foutje nog niet ontdekt, Jack. Je lijkt zo perfect.’ Nu grijnsde hij ook, hij was zo mooi als hij lachte. Het was stil, maar de stilte voelde gemakkelijk aan. Het was alsof Jack en ik al jaren elkaar kenden en alle woorden rolden er iedere keer zo gemakkelijk uit. Het was alsof het “probleem Candice” volledig weg was gewassen door mijn aanwezigheid bij hem. ‘Dus vertel, Je slaapt nog met een teddybeer?’ Hij schudde zijn hoofd. ‘Je kan niet koken? Je bent fan van Justin Bieber? Oh, wacht, je wast je maar één keer in de week?’ Hij grijnsde vanwege mijn drukte. ‘Ik kan koken, ik heb geen teddybeer, geen fan geen hater, ik douch me elke dag.’ Ik zuchtte even. ‘Het is zo niet eerlijk.’
‘Ik wil je meenemen ergens naar toe.’ Mompelde hij vrolijk. Zonder dat ik een woord kon zeggen had Jack me al opgenomen en in de auto geplaatst. ‘Je gaat me ontvoeren, hé? Ik wist het gewoon, Jack.’ Hij zuchtte, maar bleef lachen.
Reageer (2)
HAD IK NOG GEEN REACTIE GEPLAATST?! omg faal!
1 decennium geledenZo lieeef.
1 decennium geledenSnel verder.