003.
‘Heb je ehh.. Wil je eens eh.. Je weet wel.’ Ik vond het schattig hoe hij zenuwachtig van me werd, hoe hij moeite had om een volledige zin deftig op te bouwen. Ik besliste hem uit zijn lijden te verlossen. ‘Heel graag zelfs, Vanavond, acht uur, hier.’ Ik glimlachte zwakjes, ‘Maar neem me niet kwalijk, mijn moeder moet haar medicatie dringend nemen. Ik moet gaan dus, met andere woorden.’ Hij lachte en stak zijn hand uit. Ik besliste hem een beetje te pesten, door zijn hand niet aan te nemen en onmiddellijk hem een kus op zijn wang te geven. Ik nam mijn sporttas en verdween uit zijn zicht.
‘Abigail, daar ben je! Klaar om te oefenen?’ Mijn vader opent de deur van ons appartement. Ik ben blij dat ik amper thuis ben, want je zou claustrofobisch kunnen worden van deze ruimtes. Ze waren klein, stonden vol meubels en rommel en waren bovendien nog heel erg vuil ook. ‘Mam, moet haar medicijnen hebben, nu. Ik kan niet dansen want ik heb men enkel verzwikt en vanavond ben ik niet thuis.’ Hij keek me strak aan. ‘ Waar ga je heen?’ ‘Naar Oliver, we hebben wat te bespreken voor school. Eindwerk enzo.’ Loog ik snel en liep door naar de kamer waar mijn moeder in haar ziekenhuis bed lag. We hadden dezelfde blauwe ogen, blonde haren, het zelfde dromerige karakter. ‘Gaat het, mam?’ Ze had donkere kringen rond haar ogen, haar huid was lang niet meer zo gaaf en ze had het moeilijk haar ogen open te houden. Ik hoopte ooit geld genoeg te hebben om haar naar een ziekenhuis te brengen en ze daar dag en nacht te laten controleren, maar met het weinige wat we hadden konden we één keer per week een dokter laten komen. We wisten dat ze ongeneselijk ziek is, ze zal nooit meer de vrolijke mama worden die ik ken, die vrolijk mijn hand vastpakte en altijd naar de schoolopvoeringen kwam kijken. Ik deed de pilletjes in een glas water en gaf ze aan haar. ‘Ik ga douchen.’ Melde ik en liep naar boven. Ik kwam er gemakkelijk vanaf, mijn vader had niet staan zeuren dat ik moest dansen. Het was eigenlijk niet normaal, zou hij iets achterhouden?
In mijn simpele bleke skinny, tshirtje met streepjes en mijn allstars met tijgerprint zit ik te wachten op het bankje. Ik kon mijzelf geen überdure designer jurk kopen samen met toren hoge hakken, en dat is toch niet Abigail. Ik hield er wel van mij op te maken, maar ik wou niet als Barbie, lees: Candice, rondlopen. Ik keek even op mijn oude mobiel naar het uur, kwart na acht en nog steeds geen hem. ‘Rotzak.’ Mompelde ik stilletjes en wou weer rechtstaan, maar werd tegen gehouden. ‘Sorry, ik moest trainen en ik kwam thuis en moest eten maken en de hond.. en Aaron kwam toen en die deed moeilijk en dan belde m’n moeder en en en..’ Ik grijnsde, hij was zenuwachtig. ‘Rustig, ehh..’ ‘Jack.’ Ik knikte even. ‘Abigail.’ Hij schoof naast me op het oude, versleten bankje. ‘Dus jij studeert aan het AMC?’ Ik schrok even, van zijn directheid, maar ik hield ervan. ‘Laatstejaars. Jij bent een voetballer? Als het niet zo is, sorry, maar ik zie je hier altijd voetballen en je bent eigenlijk gewoon té goed om een straatvoetballertje te zijn, niet dat ik iets van voetbal ken.’ Ratel ik aan een stuk door, maar stop abrupt door het denken dat ik hem afschrik. ‘Arsenal Fc.’ Ik knikte en sloeg mijn ene been over de andere. ‘Hoe is het met je enkel?’ Het gesprek verliep niet zo gemakkelijk, we waren beiden gespannen en we gingen niet verder dan de gewone, cliché vragen. ‘Nou moesten we een zalf hebben thuis zou het geweldig zijn, maar die hebben we niet dus doet hij nog steeds pijn.’ Hij hief mijn been op en legde hem op zijn schoot. Ik verschoot even door een pijnscheut als hij zijn hand rond mijn enkel sloot. ‘Hij staat dik.’,Mompeld hij, ‘Ik heb thuis wel iets tegen de pijn. Kom.’ Hij nam me op als een baby en liep zo door de straten van Londen.
Reageer (1)
Ohmygod. Jack is gewoon zo lief man!
1 decennium geleden