Horror
maar hoe dan ook, hier weer een hoofdstukje.
Bij het park aangekomen gooide ik mijn fiets, samen met mijn school tas tegen een boom. Iedereen in het park keek me raar aan. Maar wat wil je ook als je erbij loopt alsof het vriest, terwijl het bijna twintig graden is.
Sacherijnig liep ik de bosjes in. Het was op school net zo vreselijk geweest als ik had gevreesd, misschien erger. Op de fiets naar school was ik Stacy tegen gekomen. Ze gaf geen commentaar op mijn aparte kleding keuze. In plaats daarvan keek ze me heel even koud aan, waarna ze doorfietste. Ik had me door haar laten passeren, hoewel ik haar makkelijk had kunnen bijhouden. Die koude blik was erger dan wanneer ze tegen me was gaan schreeuwen, wat zou betekenen dat iedereen mee kon genieten.
Maar dat deed er nu niet toe. Ik was moest nu ver genoeg het bosje in zijn. Bovendien had ik honger en geen zin om langer te wachten. ik gooide de zonnebril, sjaal, muts en handschoenen naast me op de grond en sloot net zo als de vorige keer mijn ogen en concentreerde me op mijn dorst, honger, ik kon het nog steeds niet goed omschrijven. Al heel snel rook ik iets waardoor ik al mijn persoonlijke drama vergat. Het rook beter dan het konijn of het hert en voor ik het wist had ik het te pakken en had ik mijn tanden erin gezet. Het smaakt geweldig. Het dier stribbelde nauwelijks tegen en ik probeerde te voelen wat het was. Het voelde vreemd en ik dacht niet dat ik het herkende. Dit, samen met de goede smaak maakte me erg nieuwsgierig naar wat het was. Hierdoor was ik in staat te stoppen met drinken voor het dier leeg was. Toen ik keek wat voor dier het was kreeg ik de schrik van mijn leven. In mijn handen had ik geen hond of hert, het was een klein roodharig jongentje. Ik liet het lijk uit mijn handen vallen terwijl de tranen in mijn ogen sprongen. Dit kon niet, dit mocht niet! Schuddend met mijn hoofd en trillend over mij hele lichaam liep ik naar achteren tot ik tegen een boom botste en huilend in elkaar stortte.
Er zijn nog geen reacties.