Happily Never After 3

Laatste deel
TOM
Ik zat alleen in onze hotelkamer wat tv te kijken. Gustav en Georg waren al aan het maffen en Bill was weer uit met Yati. Hij wilde het niet toegeven, maar volgens mij was hij tot over zijn oren verliefd op haar. Uit wat hij allemaal over haar vertelde (en geloof me, dat was heel wat) kon ik opmaken dat ze het perfecte meisje voor hem was. Al had ik haar eerst toch is graag gezien voor ik mijn broertje aan haar toevertrouwde. Tja, broederliefde zeker? Het was nu al zeker de 5de keer dat ze samen op pad waren. Ik vroeg me toch af wat die 2 altijd deden… Ik grinnikte bij de gedachte. Nee, Bill zou zoiets nooit doen. Ik veranderde even van zender, want dat programma boeide me niet meer. Dan maar even fanatiek zappen. Niets, noppes, rien. Ik wou net opstaan om te gaan pitten, wanneer ik hoorde hoe de deur openging en er iemand naar binnen kwam. Klakkende cowboybotten, dat was Bill. Maar er waren ook nog een paar lichtere klakjes bij… Ik zwierde de deur van de hal open en ging nochalant in de deuropening staan. “Betrapt,” zei ik, terwijl ik een grijns niet kon onderdrukken. Het meisje draaide zich om. “Scheiße,” zei ze en ze deed alsof het hele plan mislukt was. Eigenlijk zag ze er best leuk uit. Ahum, héél leuk zelfs. Volgens mij stond ik zo seconden lang haar aan te gapen, en toen vond Billmans het nodig om ertussen te komen. “Tom hou je in, bitte. Dit is nu trouwens Yati.” Die lach op zijn gezicht. Hij was verliefd. Ik slikte even. Hij heeft ook altijd geluk. Even wist ik niet goed wat ik moest doen. Ik wilde indruk maken op haar, maar misschien hadden ze wel iets. Voorzichtig polste ik naar de situatie. “Ah, dus jij bent het die mijn broers hart sneller doet slaan.” Ze glimlachtte lief en schudde haar hoofd heen en weer waardoor haar bruine krulletjes wiegelden. Die glimlach had het gedaan denk ik: ik was verkocht. Gelukkig kon ik nog net op tijd mijn mond dicht doen, anders droop de kwijl eruit denk ik. “Nee hoor, we euh, we hebben niets met elkaar.” Mijn hart maakte een sprongetje. Supertom kon tot actie overgaan want ze was nog vrij! Natuurlijk had ik toen met mijn verliefde kop niet door dat ze al vanaf het eerste moment voor elkaar vielen. En dat werd er niet beter op…
YATI
Ik hoor gestommel, gefluister. Het is geen Nederlands, dat hoor ik. Maar welke taal dan wel? Ik weet het niet. Het komt me bekend voor, maar ik kan het niet plaatsen. Alles is zo verwarrend, zó...I don't know...Het voelt raar en...verwarrend. Maar ik val in herhaling. Soms versta ik wat er gezegd wordt, soms niet. Wie is het eigenlijk? Ik weet het niet, maar ik weet wel dat ik deze persoon nooit of nooit of nooit wil kwetsen. Plots voel ik dat iemand zijn lippen op de mijne drukt. Hmmm...smaakt naar..naar Bill. BILL!! Dat is het! Natuurlijk, het is Bill. En hij sprak natuurlijk Duits. Hoe kon ik dat vergeten. “Dag mooi meisje”, zegt hij. “Niet vergeten dat ik van je hou, hé” Hoe kan ik dat nu vergeten. “We missen je. Tom ook. Ik heb liever de altijd lachende Yati, hoor. Hopelijk is die snel terug.” Hij heeft een huilerige ondertoon in zijn stem. Wat heb ik hem toch aangedaan? Ik wil hem niet kwetsen. Níemand. Ik wil niemand kwetsen. “Weet je, ik voel mij soms schuldig. Als ik niet had gevraagd om naar mij te komen, had je nooit op die trein gezeten en dan was er niets gebeurd.” Heb ik een treinongeluk gehad? “Ik had meteen door dat er iets met jou was toen ik Tom's betraande gezicht zag.” Tom die huilt? Ik heb Tom nog nooit zien huilen. Het is wel lief... Plots hoor ik nog een andere stem. “Hey, krullebolletje”, zegt de stem, waarna er een hand door mijn haar gaat. Dat kan niemand anders dan Andreas zijn... “Ik mis mijn kussengevechtpartner wel.” Haha. Ja, dat was wel leuk... Ik mis het ook enorm hard. Ik mis alles. Zelfs school. Had je dát ooit kunnen denken?
Iemand pakt mijn hand vast. Wééral. Dat is hier precies een running gag aan het worden. Maar ik vind het niet erg hoor. Zo weet ik tenminste dat ik niet alleen ben. Het voelt vetrouwd aan. “Hey zusje” hoor ik. Dorien??! Is ze in België? Is ze helemaal uit New York gekomen speciaal voor mij? Hoe lief!! Een zacht gesnik verstoort de stilte. Nee, niet huilen! Ik zou graag glimlachen naar haar, zeggen dat alles goedkomt, haar knuffelen. Maar helaas pindakaas. Dat gaat niet... Waarom kan ik niets zeggen? Waarom doet alles zoveel pijn? Waarom Waarom Waarom? Alles is een groot vraagteken. Ik zou echt een graag willen weten wat er allemaal gaande is. En vooral: wát ik hier eigenlijk doe. Gaat iemand mij hier nog vertellen WAAROM ik hier lig? “Wordt maar snel wakker”, zegt mijn grote zus plots met haar liefdevolle stem. “We missen je. Iedereen.” Ik mis jullie ook. “Het is stil zonder jou, hoor. Geen aanstekelijk lachje in huis, geen flauwe humor. Niks. Weet je, Bill heeft zelfs al zijn concerten geannuleerd. Is dat niet lief? Je hebt echt geluk met hem. Hij heeft zelfs speciaal voor jou een liedje geschreven. Het heet “Ich kann nicht ohne dich”. Ik heb moeten wene toen hij het zong. Práchtig is het, echt waar.” Hij is de liefste van de hele wereld, maar dat wist ik al langer dan vandaag.
BILL
Ik verstrengel mijn vingers met de hare. Haar hand voelt koud aan. “Yati...” is het enige woord dat uit mijn mond komt. Ik hoef niet meer te zeggen. Gewoon bij haar zijn is genoeg. En hopen dat alles weer wodt zoals vroeger. Het is een ritueel geworden. Naast haar bed zitten, haar hand vastnemen, iets zeggen.. Ik denk er zelfs niet meer bij na. Het is zo vanzelfsprekend als ademen. Of toch bijna. Je doet het gewoon vanzelf. Je denkt er zelfs eerder bij na als je het níet doet. Ik knijp zachtjes in haar hand en... voel iets. Een kneepje. Ik voel een kneep terug. Wacht eens even.. Hoort dat er wel bij? Ze kneep in mijn hand... ZE KNEEP IN MIJN HAND!! Ik spring recht, druk een kus op haar voorhoofd en roep, terwijl ik naar de deur sprint, “Yati, ik ben zo terug.” Het is officieel: op dit moment ben ik de gelukkigste persoon op de hele wereld. Ze word wakker! Ze wordt wakker! Lalalalala!!! Je wil echt niet weten hoe belachelijk ik hier sta te dansen, maar soit.. Omdat ik zo onnozel in het rond aan het huppelen ben, bots ik tegen iemand op. Oeps... Hey, dat is de dokter!! Die heb ik nodig! “Ze is wakker!!”, roep ik overenhtousiast “Ze is terug!” De dokter kijkt mij verbaasd aan. “Wie?” “Yati!! Ze kneep in mijn hand!” “Rustig, Meneer Kaulitz. Op welke kamer ligt ze?” “Kamer 231.” “Ik kom meteen.” Ja, liefst! Ik ren -wat zeg ik- vlieg naar de kamer waar Yati ligt. De dokter volgt mij, op een iets rustigere manier, dat wel. Maar hij is er tenminste. Meteen neem ik haar hand vast. “Alles komt goed, Yati, alles komt goed. Ik beloof het je.” De dokter zegt dat ik uit de kamer moet gaan, omdat er een paar onderzoeken moeten gebeuren. Eigenlijk zou ik het liefst heel de tijd bij haar blijven. Ik weet wel dat dat niet gaat. Zolang ze maar terug wakker wordt. Ik had nooit gedacht dat ik mij nog ooit zo gelukkig zou voelen. Eigenlijk had ik de moed al opgegeven, Yati zou niet meer terugkomen. Dat is toch wat ik dacht. Ik weet niet wat ik moet doen. Ik voel zoveel tegelijk. Ik voel me opgelucht, omdat die lange dagen eindelijk voorbij gaan zijn. Ik voel me zenuwachtig, omdat ik niet weet wat er nu precies gaat gebeuren. Ik voel me blij, omdat ze eindelijk terugkomt. Ik voel me verdrietig, omdat ik haar zo lang heb moeten missen. Ik voel liefde voor het mooiste en vooral líefste meisje van de hele wereld. Ik voel haat voor die stomme boomstronk die voor de trein viel waar Yati inzat. Ik voel ALLES wat je maar kan voelen. Plots schiet mij er nog een naam tebinnen. Tom! Ik moet hem bellen. Hij moet weten dat Yati wakker is of wordt of wathever. In ieder geval, dat alles goed komt. Vliegensvlug laat ik mijn vingers over de toetsen van mijn Sidekick glijden. Belt Tom staat er op het scherm. “Hey, Bill”, hoor ik mijn identieke wederhelft zeggen als hij op neemt. “Ze wordt wakker!! Ze wordt echt wakker!! Ik voelde een kneep in mijn hand en toen ben ik de dokter gaan halen en en...” “ Dat is megagoed nieuws!! Ik kom zo snel ik kan!” “Oké. Je ziet me wel staan. Gewoon op de gang, want ze zijn nog een paar onderzoeken aan het doen met haar.” “Ja, dat is goed. By!” “By.” Een diepe zucht ontsnapt aan mijn lippen. Misschien zal ik deze avond voor het eerst rustig kunnen slapen. Zonder de trein en de vallende boomstam op mijn netvlies te zijn verschijnen, zonder Yati angstig mijn naam te horen roepen, zonder het schuldgevoel, zonder bedroefdheid en angst. Ja, vooral zonder angst. Het zou heel veel deugd doen om nog eens gewoon te kunnen slápen. Want ik weet dat de laatste dagen heel vermoeiend zijn geweest voor mij. Je kan niet geloven wat voor een energie het van je opslorpt. Ik zit bijna heel de dag gewoon naast haar bed, en toch voel ik mij 's avonds altijd doodmoe als ik thuiskom. Alsof ik een hele marathon heb gelopen. Maar dat is nu allemaal voorbij. Het werd tijd. Ik weet niet hoe lang ik dit nog zou volgehouden hebben... Misschien.. Misschien moet ik Yati haar ouders ook maar bellen. Zij hebben tenslotte ook recht om dit te weten. Ik weet wel dat we niet de beste vrienden zijn, maar ik hoop dat ze het toch appreciëren dat ik hen bel om dit te vertellen. Ik pak mijn GSM en bel naar het thuisnummer van Yati. “Bij De Spiegeleer”, hoor ik aan de andere kant van de lijn. “Euhm, u spreekt met, met Bill. Ik wou...euhm, iets vertellen.” Dat ging ook niet erg vlot. “Ja?? Wat wil je vertellen?” “Yati kneep in mijn hand.” “Is ze uit haar coma?” “Ik weet het niet. Ik denk niet dat ze al wakker is. De dokters zijn nog een aantal onderzoeken aan het doen. Maar ze kneep in mijn hand, dus dat is toch een goed teken.” “Ja, dat is waar, dat is fantastisch nieuws!! We komen er direct aan. Dakjewel om ons te verwittigen.” “Jullie zijn haar ouders, ik vond dat jullie het recht hadden om dat te weten.” “Bedankt, tot zo dadelijk.” “Ja, tot zo dadelijk.” En we leggen allebei af. Gelukkig was het haar moeder. Die is toch tenminste nog wat vriendelijk. Op het einde van de gang zie ik Tom verschijnen. Hij rent naar me toe. “En?” vraagt hij als hij aankomt. “Ik weet het niet. Ze zijn haar nog altijd aan het onderzoeken. Ik heb haar ouders trouwens ook gebeld.” “Die komen ook?” vraagt mijn kleine broertje. “Ja, natuurlijk komen ze.” Er valt een stilte. “Ik wordt echt gek van het niets doen”, zeg ik, “is er nu niks dat ik kan doen?” “Alleen wachten, vrees ik.” antwoordt Tom. Ik zucht, deze keer niet van opluchting. Haar ouders komen nu ook aangehold en haar zus is er ook bij. “Is er al nieuws?” vraagt Dorien (haar zus). “Nee, nog niks. Ze zijn nog altijd met de onderzoeken bezig.” Haar zus is wel altijd vriendelijk geweest tegen mij. Daar kan ik goed mee overweg. Ze begrijpt mijn gevoelens. Haar ouders denken dat ik mijn relatie met Yati niet serieus neem. Maar daar vergissen ze zich grandioos in. Daar komt de dokter. Eindelijk nieuws. “Kan ik de familie even spreken?” Ik mag er weer niet bij zijn. Maar ik begrijp het ergens wel. Yati's ouders en Dorien gaan met de dokter mee. Waarom vertelt de dokter niet gewoon ineens het nieuws? Of is het misschien geen goed nieuws? Nee, dat kan toch niet? Ze kneep in mijn hand. Ik heb het zelf gevoeld. Plots wordt ik overvallen door twijfels. Misschien heb ik het me allemaal maar ingebeeld, kneep ze helemaal niet in mijn hand. Tom ziet dat ik mij zorgen maak. “Wass ist los?” vraagt hij. “Als het goed nieuws was, zou de dokter het toch meteen gezegd hebben, niet?” “Nee” zegt Tom, “ze vertellen het altijd eerst aan de familie, denk ik.” En hij geeft mij een schouderklopje. Volgens mij doet hij zich sterker voor dan hij is.Voor mij kan hij zoiets niet verbergen. Maar Tom zal wel gelijk hebben, hoop ik. Het was geen inbeelding, ze kneep wel degelijk in mijn hand. Zenuwachtig loop ik heen en weer te ijsberen. Dan zie ik Dorien en haar ouders. Ze huilen. Nee, nee, dat mag niet. Dat kan niet. Ze werd wakker, toch? Dorien komt naar me toe. “Is ze...?” vraag ik met bibberende stem. Ze veegt haar tranen weg. “Nee, ze leeft nog gelukkig. Maar ze is niet wakker, Bill. Volgens de dokter is het een automatische reactie, maar deed ze het niet bewust. In je hand knijpen, bedoel ik.” Ze begint terug te huilen. BAM!! Dat ben ik die met mijn beide voeten terug op de grond valt. Ik zit terug met mijn twee voeten in de realiteit. Stomme realiteit!! Ik barst in huilen uit. Dorien legt haar troostende hand tegen mijn schouder. “Ik dacht echt dat ze wakker werd”, zeg ik wenend, “Had die dokter niet op voorhand kunnen zeggen dat er een kans is dat het gewoon een automatische reactie was. Hij heeft ons hoop gegeven, helemaal voor NIETS!!” Dat laatste komt er redelijk gefrusteerd en boos uit. Tom probeert mij te troosten, ookal is hij zelf mee aan het huilen. Het is zo allemaal zó oneerlijk. De wereld is één grote vergissing, dat kan niet anders.. Ik zie haar graag, is daar iets mis mee?? Als God bestaat, móet hij wel een sadist zijn.
TOM
Hier zit ik dan. Alléén, met haar. Het is nu of nooit. Ik heb het gevoel dat ik dit gewoon moet doen. In gedachten ging dit zoveel vlotter en sneller. Komaan, Tom. Al wat je moet doen is je mond openen en het haar vertellen. Misschien hoort ze je geeneens. Waar is dé Tom Kaulitz gebleven? “Ho-Hoi Yati.” Dat is toch al een begin. “Ikeuhm...Ik moet je iets vertellen. Ik zit hier al heel lang mee en ik kan het niet langer opkroppen. Je zal er waarschijnlijk wel niet zo blij mee zijn. Met wat ik je ga vertellen, bedoel ik. Euhm..Ik..ik ben er ook helemaal niet blij mee. Helemáál niet. En Bill zal ook zeker geen gat in de lucht springen. Maar hij hoeft het niet te weten. Nee, dat wil ik hem niet aandoen. Weet je, euhm...Ik..” Zeg het dan, Tom. Zeg het dan. “Ik zie jou graag. Al van het eerste moment dat ik jou zag, was ik stapelverliefd. En jullie maar zeggen dat jullie niets voor elkaar voelden. Ik geloofde het, omdat ik te verliefd was om te zien dat jullie smoor op elkaar waren. En nog altijd smoor op elkaar zijn. Stom hé? Ik weet het...” Ik had niet verwacht dat ze zou reageren, maar toch blijft het raar om op zoiets serieus geen reactie te krijgen. Zelfs niet het kleinste krimpje. Alhoewel, langs de andere kant wil ik eigenlijk helemaal niet dat ze het gehoord heeft. Ik heb nu het gevoel dat ik het verteld heb –en dat voelt goed- maar toch wil ik dat niemand het weet. Stel je voor, wat zou er gebeuren als ze het wist? Opeens voel ik haar lichaam schokken. Zou ze…? Ik loop achteruit, mijn ogen blijven gericht op haar, om een dokter te zoeken, als ik ineens tegen iets opbots. Is er iemand binnengekomen, dan? Half verstijfd draai ik me om. Ik kijk recht ik het betraande gezicht van mijn tweelingbroer…
Het Nieuwsblad (19/12/09)
Vriendin Bill Kaulitz gestorven
Gisteren namiddag is Yati De Spiegeleer, vriendin van Tokio Hotelzanger Bill Kaulitz, overleden in het St. Elizabeth ziekenhuis in Turnhout. Ze lag al 4 weken in coma, na een treinongeluk. De jonge zanger wil niet veel woorden kwijt over het zware verlies. Hij verontschuldigt zich voor het cancelen van de concerten en hoopt dat de fans begrip hebben voor deze pijnlijke situatie. Bill gaat momenteel door een zeer zware periode en krijgt hierbij alle steun van de andere bandleden. Vooral zijn tweelingbroer Tom wijkt geen seconde van zijde. Ook hij heeft een goede vriendin verloren. Zaterdag wordt haar begrafenis gehouden in de St. Pieterskerk in Turnhout. Bill heeft al laten weten dat hij tijdens de mis een tekst in het Nederlands zal voorlezen. Meer nieuws volgt zeker nog.
Ik zat alleen in onze hotelkamer wat tv te kijken. Gustav en Georg waren al aan het maffen en Bill was weer uit met Yati. Hij wilde het niet toegeven, maar volgens mij was hij tot over zijn oren verliefd op haar. Uit wat hij allemaal over haar vertelde (en geloof me, dat was heel wat) kon ik opmaken dat ze het perfecte meisje voor hem was. Al had ik haar eerst toch is graag gezien voor ik mijn broertje aan haar toevertrouwde. Tja, broederliefde zeker? Het was nu al zeker de 5de keer dat ze samen op pad waren. Ik vroeg me toch af wat die 2 altijd deden… Ik grinnikte bij de gedachte. Nee, Bill zou zoiets nooit doen. Ik veranderde even van zender, want dat programma boeide me niet meer. Dan maar even fanatiek zappen. Niets, noppes, rien. Ik wou net opstaan om te gaan pitten, wanneer ik hoorde hoe de deur openging en er iemand naar binnen kwam. Klakkende cowboybotten, dat was Bill. Maar er waren ook nog een paar lichtere klakjes bij… Ik zwierde de deur van de hal open en ging nochalant in de deuropening staan. “Betrapt,” zei ik, terwijl ik een grijns niet kon onderdrukken. Het meisje draaide zich om. “Scheiße,” zei ze en ze deed alsof het hele plan mislukt was. Eigenlijk zag ze er best leuk uit. Ahum, héél leuk zelfs. Volgens mij stond ik zo seconden lang haar aan te gapen, en toen vond Billmans het nodig om ertussen te komen. “Tom hou je in, bitte. Dit is nu trouwens Yati.” Die lach op zijn gezicht. Hij was verliefd. Ik slikte even. Hij heeft ook altijd geluk. Even wist ik niet goed wat ik moest doen. Ik wilde indruk maken op haar, maar misschien hadden ze wel iets. Voorzichtig polste ik naar de situatie. “Ah, dus jij bent het die mijn broers hart sneller doet slaan.” Ze glimlachtte lief en schudde haar hoofd heen en weer waardoor haar bruine krulletjes wiegelden. Die glimlach had het gedaan denk ik: ik was verkocht. Gelukkig kon ik nog net op tijd mijn mond dicht doen, anders droop de kwijl eruit denk ik. “Nee hoor, we euh, we hebben niets met elkaar.” Mijn hart maakte een sprongetje. Supertom kon tot actie overgaan want ze was nog vrij! Natuurlijk had ik toen met mijn verliefde kop niet door dat ze al vanaf het eerste moment voor elkaar vielen. En dat werd er niet beter op…
YATI
Ik hoor gestommel, gefluister. Het is geen Nederlands, dat hoor ik. Maar welke taal dan wel? Ik weet het niet. Het komt me bekend voor, maar ik kan het niet plaatsen. Alles is zo verwarrend, zó...I don't know...Het voelt raar en...verwarrend. Maar ik val in herhaling. Soms versta ik wat er gezegd wordt, soms niet. Wie is het eigenlijk? Ik weet het niet, maar ik weet wel dat ik deze persoon nooit of nooit of nooit wil kwetsen. Plots voel ik dat iemand zijn lippen op de mijne drukt. Hmmm...smaakt naar..naar Bill. BILL!! Dat is het! Natuurlijk, het is Bill. En hij sprak natuurlijk Duits. Hoe kon ik dat vergeten. “Dag mooi meisje”, zegt hij. “Niet vergeten dat ik van je hou, hé” Hoe kan ik dat nu vergeten. “We missen je. Tom ook. Ik heb liever de altijd lachende Yati, hoor. Hopelijk is die snel terug.” Hij heeft een huilerige ondertoon in zijn stem. Wat heb ik hem toch aangedaan? Ik wil hem niet kwetsen. Níemand. Ik wil niemand kwetsen. “Weet je, ik voel mij soms schuldig. Als ik niet had gevraagd om naar mij te komen, had je nooit op die trein gezeten en dan was er niets gebeurd.” Heb ik een treinongeluk gehad? “Ik had meteen door dat er iets met jou was toen ik Tom's betraande gezicht zag.” Tom die huilt? Ik heb Tom nog nooit zien huilen. Het is wel lief... Plots hoor ik nog een andere stem. “Hey, krullebolletje”, zegt de stem, waarna er een hand door mijn haar gaat. Dat kan niemand anders dan Andreas zijn... “Ik mis mijn kussengevechtpartner wel.” Haha. Ja, dat was wel leuk... Ik mis het ook enorm hard. Ik mis alles. Zelfs school. Had je dát ooit kunnen denken?
Iemand pakt mijn hand vast. Wééral. Dat is hier precies een running gag aan het worden. Maar ik vind het niet erg hoor. Zo weet ik tenminste dat ik niet alleen ben. Het voelt vetrouwd aan. “Hey zusje” hoor ik. Dorien??! Is ze in België? Is ze helemaal uit New York gekomen speciaal voor mij? Hoe lief!! Een zacht gesnik verstoort de stilte. Nee, niet huilen! Ik zou graag glimlachen naar haar, zeggen dat alles goedkomt, haar knuffelen. Maar helaas pindakaas. Dat gaat niet... Waarom kan ik niets zeggen? Waarom doet alles zoveel pijn? Waarom Waarom Waarom? Alles is een groot vraagteken. Ik zou echt een graag willen weten wat er allemaal gaande is. En vooral: wát ik hier eigenlijk doe. Gaat iemand mij hier nog vertellen WAAROM ik hier lig? “Wordt maar snel wakker”, zegt mijn grote zus plots met haar liefdevolle stem. “We missen je. Iedereen.” Ik mis jullie ook. “Het is stil zonder jou, hoor. Geen aanstekelijk lachje in huis, geen flauwe humor. Niks. Weet je, Bill heeft zelfs al zijn concerten geannuleerd. Is dat niet lief? Je hebt echt geluk met hem. Hij heeft zelfs speciaal voor jou een liedje geschreven. Het heet “Ich kann nicht ohne dich”. Ik heb moeten wene toen hij het zong. Práchtig is het, echt waar.” Hij is de liefste van de hele wereld, maar dat wist ik al langer dan vandaag.
BILL
Ik verstrengel mijn vingers met de hare. Haar hand voelt koud aan. “Yati...” is het enige woord dat uit mijn mond komt. Ik hoef niet meer te zeggen. Gewoon bij haar zijn is genoeg. En hopen dat alles weer wodt zoals vroeger. Het is een ritueel geworden. Naast haar bed zitten, haar hand vastnemen, iets zeggen.. Ik denk er zelfs niet meer bij na. Het is zo vanzelfsprekend als ademen. Of toch bijna. Je doet het gewoon vanzelf. Je denkt er zelfs eerder bij na als je het níet doet. Ik knijp zachtjes in haar hand en... voel iets. Een kneepje. Ik voel een kneep terug. Wacht eens even.. Hoort dat er wel bij? Ze kneep in mijn hand... ZE KNEEP IN MIJN HAND!! Ik spring recht, druk een kus op haar voorhoofd en roep, terwijl ik naar de deur sprint, “Yati, ik ben zo terug.” Het is officieel: op dit moment ben ik de gelukkigste persoon op de hele wereld. Ze word wakker! Ze wordt wakker! Lalalalala!!! Je wil echt niet weten hoe belachelijk ik hier sta te dansen, maar soit.. Omdat ik zo onnozel in het rond aan het huppelen ben, bots ik tegen iemand op. Oeps... Hey, dat is de dokter!! Die heb ik nodig! “Ze is wakker!!”, roep ik overenhtousiast “Ze is terug!” De dokter kijkt mij verbaasd aan. “Wie?” “Yati!! Ze kneep in mijn hand!” “Rustig, Meneer Kaulitz. Op welke kamer ligt ze?” “Kamer 231.” “Ik kom meteen.” Ja, liefst! Ik ren -wat zeg ik- vlieg naar de kamer waar Yati ligt. De dokter volgt mij, op een iets rustigere manier, dat wel. Maar hij is er tenminste. Meteen neem ik haar hand vast. “Alles komt goed, Yati, alles komt goed. Ik beloof het je.” De dokter zegt dat ik uit de kamer moet gaan, omdat er een paar onderzoeken moeten gebeuren. Eigenlijk zou ik het liefst heel de tijd bij haar blijven. Ik weet wel dat dat niet gaat. Zolang ze maar terug wakker wordt. Ik had nooit gedacht dat ik mij nog ooit zo gelukkig zou voelen. Eigenlijk had ik de moed al opgegeven, Yati zou niet meer terugkomen. Dat is toch wat ik dacht. Ik weet niet wat ik moet doen. Ik voel zoveel tegelijk. Ik voel me opgelucht, omdat die lange dagen eindelijk voorbij gaan zijn. Ik voel me zenuwachtig, omdat ik niet weet wat er nu precies gaat gebeuren. Ik voel me blij, omdat ze eindelijk terugkomt. Ik voel me verdrietig, omdat ik haar zo lang heb moeten missen. Ik voel liefde voor het mooiste en vooral líefste meisje van de hele wereld. Ik voel haat voor die stomme boomstronk die voor de trein viel waar Yati inzat. Ik voel ALLES wat je maar kan voelen. Plots schiet mij er nog een naam tebinnen. Tom! Ik moet hem bellen. Hij moet weten dat Yati wakker is of wordt of wathever. In ieder geval, dat alles goed komt. Vliegensvlug laat ik mijn vingers over de toetsen van mijn Sidekick glijden. Belt Tom staat er op het scherm. “Hey, Bill”, hoor ik mijn identieke wederhelft zeggen als hij op neemt. “Ze wordt wakker!! Ze wordt echt wakker!! Ik voelde een kneep in mijn hand en toen ben ik de dokter gaan halen en en...” “ Dat is megagoed nieuws!! Ik kom zo snel ik kan!” “Oké. Je ziet me wel staan. Gewoon op de gang, want ze zijn nog een paar onderzoeken aan het doen met haar.” “Ja, dat is goed. By!” “By.” Een diepe zucht ontsnapt aan mijn lippen. Misschien zal ik deze avond voor het eerst rustig kunnen slapen. Zonder de trein en de vallende boomstam op mijn netvlies te zijn verschijnen, zonder Yati angstig mijn naam te horen roepen, zonder het schuldgevoel, zonder bedroefdheid en angst. Ja, vooral zonder angst. Het zou heel veel deugd doen om nog eens gewoon te kunnen slápen. Want ik weet dat de laatste dagen heel vermoeiend zijn geweest voor mij. Je kan niet geloven wat voor een energie het van je opslorpt. Ik zit bijna heel de dag gewoon naast haar bed, en toch voel ik mij 's avonds altijd doodmoe als ik thuiskom. Alsof ik een hele marathon heb gelopen. Maar dat is nu allemaal voorbij. Het werd tijd. Ik weet niet hoe lang ik dit nog zou volgehouden hebben... Misschien.. Misschien moet ik Yati haar ouders ook maar bellen. Zij hebben tenslotte ook recht om dit te weten. Ik weet wel dat we niet de beste vrienden zijn, maar ik hoop dat ze het toch appreciëren dat ik hen bel om dit te vertellen. Ik pak mijn GSM en bel naar het thuisnummer van Yati. “Bij De Spiegeleer”, hoor ik aan de andere kant van de lijn. “Euhm, u spreekt met, met Bill. Ik wou...euhm, iets vertellen.” Dat ging ook niet erg vlot. “Ja?? Wat wil je vertellen?” “Yati kneep in mijn hand.” “Is ze uit haar coma?” “Ik weet het niet. Ik denk niet dat ze al wakker is. De dokters zijn nog een aantal onderzoeken aan het doen. Maar ze kneep in mijn hand, dus dat is toch een goed teken.” “Ja, dat is waar, dat is fantastisch nieuws!! We komen er direct aan. Dakjewel om ons te verwittigen.” “Jullie zijn haar ouders, ik vond dat jullie het recht hadden om dat te weten.” “Bedankt, tot zo dadelijk.” “Ja, tot zo dadelijk.” En we leggen allebei af. Gelukkig was het haar moeder. Die is toch tenminste nog wat vriendelijk. Op het einde van de gang zie ik Tom verschijnen. Hij rent naar me toe. “En?” vraagt hij als hij aankomt. “Ik weet het niet. Ze zijn haar nog altijd aan het onderzoeken. Ik heb haar ouders trouwens ook gebeld.” “Die komen ook?” vraagt mijn kleine broertje. “Ja, natuurlijk komen ze.” Er valt een stilte. “Ik wordt echt gek van het niets doen”, zeg ik, “is er nu niks dat ik kan doen?” “Alleen wachten, vrees ik.” antwoordt Tom. Ik zucht, deze keer niet van opluchting. Haar ouders komen nu ook aangehold en haar zus is er ook bij. “Is er al nieuws?” vraagt Dorien (haar zus). “Nee, nog niks. Ze zijn nog altijd met de onderzoeken bezig.” Haar zus is wel altijd vriendelijk geweest tegen mij. Daar kan ik goed mee overweg. Ze begrijpt mijn gevoelens. Haar ouders denken dat ik mijn relatie met Yati niet serieus neem. Maar daar vergissen ze zich grandioos in. Daar komt de dokter. Eindelijk nieuws. “Kan ik de familie even spreken?” Ik mag er weer niet bij zijn. Maar ik begrijp het ergens wel. Yati's ouders en Dorien gaan met de dokter mee. Waarom vertelt de dokter niet gewoon ineens het nieuws? Of is het misschien geen goed nieuws? Nee, dat kan toch niet? Ze kneep in mijn hand. Ik heb het zelf gevoeld. Plots wordt ik overvallen door twijfels. Misschien heb ik het me allemaal maar ingebeeld, kneep ze helemaal niet in mijn hand. Tom ziet dat ik mij zorgen maak. “Wass ist los?” vraagt hij. “Als het goed nieuws was, zou de dokter het toch meteen gezegd hebben, niet?” “Nee” zegt Tom, “ze vertellen het altijd eerst aan de familie, denk ik.” En hij geeft mij een schouderklopje. Volgens mij doet hij zich sterker voor dan hij is.Voor mij kan hij zoiets niet verbergen. Maar Tom zal wel gelijk hebben, hoop ik. Het was geen inbeelding, ze kneep wel degelijk in mijn hand. Zenuwachtig loop ik heen en weer te ijsberen. Dan zie ik Dorien en haar ouders. Ze huilen. Nee, nee, dat mag niet. Dat kan niet. Ze werd wakker, toch? Dorien komt naar me toe. “Is ze...?” vraag ik met bibberende stem. Ze veegt haar tranen weg. “Nee, ze leeft nog gelukkig. Maar ze is niet wakker, Bill. Volgens de dokter is het een automatische reactie, maar deed ze het niet bewust. In je hand knijpen, bedoel ik.” Ze begint terug te huilen. BAM!! Dat ben ik die met mijn beide voeten terug op de grond valt. Ik zit terug met mijn twee voeten in de realiteit. Stomme realiteit!! Ik barst in huilen uit. Dorien legt haar troostende hand tegen mijn schouder. “Ik dacht echt dat ze wakker werd”, zeg ik wenend, “Had die dokter niet op voorhand kunnen zeggen dat er een kans is dat het gewoon een automatische reactie was. Hij heeft ons hoop gegeven, helemaal voor NIETS!!” Dat laatste komt er redelijk gefrusteerd en boos uit. Tom probeert mij te troosten, ookal is hij zelf mee aan het huilen. Het is zo allemaal zó oneerlijk. De wereld is één grote vergissing, dat kan niet anders.. Ik zie haar graag, is daar iets mis mee?? Als God bestaat, móet hij wel een sadist zijn.
TOM
Hier zit ik dan. Alléén, met haar. Het is nu of nooit. Ik heb het gevoel dat ik dit gewoon moet doen. In gedachten ging dit zoveel vlotter en sneller. Komaan, Tom. Al wat je moet doen is je mond openen en het haar vertellen. Misschien hoort ze je geeneens. Waar is dé Tom Kaulitz gebleven? “Ho-Hoi Yati.” Dat is toch al een begin. “Ikeuhm...Ik moet je iets vertellen. Ik zit hier al heel lang mee en ik kan het niet langer opkroppen. Je zal er waarschijnlijk wel niet zo blij mee zijn. Met wat ik je ga vertellen, bedoel ik. Euhm..Ik..ik ben er ook helemaal niet blij mee. Helemáál niet. En Bill zal ook zeker geen gat in de lucht springen. Maar hij hoeft het niet te weten. Nee, dat wil ik hem niet aandoen. Weet je, euhm...Ik..” Zeg het dan, Tom. Zeg het dan. “Ik zie jou graag. Al van het eerste moment dat ik jou zag, was ik stapelverliefd. En jullie maar zeggen dat jullie niets voor elkaar voelden. Ik geloofde het, omdat ik te verliefd was om te zien dat jullie smoor op elkaar waren. En nog altijd smoor op elkaar zijn. Stom hé? Ik weet het...” Ik had niet verwacht dat ze zou reageren, maar toch blijft het raar om op zoiets serieus geen reactie te krijgen. Zelfs niet het kleinste krimpje. Alhoewel, langs de andere kant wil ik eigenlijk helemaal niet dat ze het gehoord heeft. Ik heb nu het gevoel dat ik het verteld heb –en dat voelt goed- maar toch wil ik dat niemand het weet. Stel je voor, wat zou er gebeuren als ze het wist? Opeens voel ik haar lichaam schokken. Zou ze…? Ik loop achteruit, mijn ogen blijven gericht op haar, om een dokter te zoeken, als ik ineens tegen iets opbots. Is er iemand binnengekomen, dan? Half verstijfd draai ik me om. Ik kijk recht ik het betraande gezicht van mijn tweelingbroer…
Het Nieuwsblad (19/12/09)
Vriendin Bill Kaulitz gestorven
Gisteren namiddag is Yati De Spiegeleer, vriendin van Tokio Hotelzanger Bill Kaulitz, overleden in het St. Elizabeth ziekenhuis in Turnhout. Ze lag al 4 weken in coma, na een treinongeluk. De jonge zanger wil niet veel woorden kwijt over het zware verlies. Hij verontschuldigt zich voor het cancelen van de concerten en hoopt dat de fans begrip hebben voor deze pijnlijke situatie. Bill gaat momenteel door een zeer zware periode en krijgt hierbij alle steun van de andere bandleden. Vooral zijn tweelingbroer Tom wijkt geen seconde van zijde. Ook hij heeft een goede vriendin verloren. Zaterdag wordt haar begrafenis gehouden in de St. Pieterskerk in Turnhout. Bill heeft al laten weten dat hij tijdens de mis een tekst in het Nederlands zal voorlezen. Meer nieuws volgt zeker nog.
D.Vinckx
Reageer (2)
Mooi verhaal
1 decennium geledenIk woon dichtbij Turnhout. ^^
&
Het verhaal is super mooi.
x