Chapter 6.
Ik hou van schrijven voor deze story (:
Reacties & Kudo's zijn geliefd! (net als al mijn lezers trouwens)
Zuchtend liep ik naar de verlaten slaapkamer die ik lang geleden met Lilly had gedeeld. Haar bed was netjes opgemaakt. Het mijne niet. Lilly had toen ik gestorven was het meerdere malen willen opmaken, maar dat wilde ik niet. Ik vond het fijn dat het nog zo was. Het was slordig, net als mij. Op haar nachtkastje stonden 3 foto's. Een met de hele groep en gelukkig zonder Peter Pippeling, anders stond die hier al lang niet meer. Dan nog een van haar met James en een van Lilly en mij. De foto was gemaakt op de avond voor ik stierf. We stonden lachend en zwaaiend op de foto. De foto was gemaakt door Remus. Remus was sinds de eerste dag mijn beste vriend geweest. Misschien nog wel beter dan Lilly. Hij wist alles van mij en ik wist alles van hem. Later kwamen ook James en Sirius achter zij niet zo fijne geheim. Nog later kwam ook Lilly erachter. Helaas was Snape er ook achtergekomen, maar daar had hij gelukkig niks mee gedaan. Ik wist dat Snape er niet blij mee was geweest toen ik terug was gekomen op Zweinstein. Hij was er waarschijnlijk nog minder blij mee dat Remus teruggekomen was op Zweinstein. Wij waren samen zijn ultieme nachtmerrie. Of nee, eigenlijk waren dat James en Sirius, maar wij stonden met stip op twee. Je zou kunnen zeggen dat ik een slechte invloed had op Remus, omdat als hij niet bij mij in de buurt was heel rustig was. Zodra hij bij mij in de buurt kwam daarentegen, leefde hij helemaal op. Ik hoopte dat onze vriendschap weer zo kon worden. Op mijn nachtkastje stonden ook 2 foto's. Een van mij en Sirius in een knuffel waar we kusjes op elkaars wang gaven. De andere was dezelfde als die op Lilly's nachtkastje.
Ik schrok op uit mijn gedachten toen ik een klop op de deur hoorde. Niemand was ooit op deze kamer geweest en dat wilde ik eigenlijk zo houden. "Wie is daar?" vroeg ik met een licht geïrriteerde toon. "Ik.." zei een meisje met een stem die ik meteen herkende als Hermelien. "Mag ik binnen komen?" Ik dacht even na, als ze binnenkwam wist ze wie ik was. Als ze niet binnenkwam was ze waarschijnlijk beledigd. "Ja.. kom maar binnen." zei ik terwijl ik op mijn bed ging zitten. Verlegen opende ze de deur. Ze liep naar binnen en wilde op Lilly's bed gaan zitten. "Nee! Niet daar zitten! Ga maar hier zitten." zei ik terwijl ik opstond en naar mijn bed wuifde. Ze schrok van mijn kleine woede uitbarsting en liep snel naar mijn bed. Toen ze daar zat keek ze pas om haar heen. Al snel viel haar oog op de foto's op Lilly's nachtkastje. Ze stond op en liep ernaar toe. Ik liet haar maar gaan. Ze keek naar de foto's en haar mond viel open. "Jij.. Wat? Waarom heb je niks gezegd?" vroeg ze terwijl ze weer naar mij keek. "Ik zou het aan Harry vertellen als hij er klaar voor was. Ik weet meer van zijn ouders dan hem lief is op dit moment." antwoordde ik. Ze fronste. "Hmm. Oké." Toen zag ze de twee foto's op mijn nachtkastje. Ze liep ernaartoe en pakte die van mij en Sirius op. Ze staarde er even naar en zei toen; "Ik ken hem ergens van. Wie is het?" Ik twijfelde of ik de waarheid zou zeggen. Ik kon niet echt inschatten hoe ze zou reageren. "Mijn vriendje van dat moment." antwoordde ik. Ze zuchtte. "Ja dat snap ik, maar ik denk dat ik hem ken. Wat is zijn naam?" Nu was het mijn beurt om te zuchten. "Sirius Zwarts." fluisterde ik en ze liet bijna de foto vallen. Ze keek er even walgend naar en zette hem toen snel terug op het nachtkastje. "De Sirius Zwarts die uit Azkaban is ontsnapt?" vroeg ze lichtelijk hysterisch. Ik knikte. "Daarom vloog je meteen op professor Lupos af." zei ze. Ik volgde haar even niet. We hadden het toch over Sirius? "He? Wat?" vroeg ik. "Jullie zitten samen in een complot om hem de school binnen te krijgen." zei ze beschuldigend, maar twijfelend. Ik was geschokt, hoe kon ze me daar van verwachten. En zelfs als Sirius de school binnenkwam, dan was er nog geen gevaar voor iemand hier. "Párdon!" schreeuwde ik boos. "Professor Lupos en ik zouden zoiets nooit doen! Ga mijn kamer uit!" Nu keek ze beschaamd. Ik wees met m'n vinger naar de deur. "Ga weg!" zei ik met een monotone stem. Ze liep naar de deur en ik hoorde haar nog "Sorry.." fluisteren. Gefrustreerd zweefde ik naar het raam. Hoe kon ze zoiets wel niet denken.
Reageer (5)
Aww......
1 decennium geledenIk kan maar klein reactie'tje want ik moet aan mijn klote huiswerk.. en aangezien ik zaterdag finals heb moet ik heel veeeeeeeelll maken!
Xly
Meer?
Leukk
SIRIUS(H)
wajo,,
1 decennium geledenbest gemeen:O
ik was zo even aan het denken,,
in welk jaar was het ook alweer
mr toen Hermelien zo boos werd wist ik het weer:)
snel verder(H)
xxx(K)
aaaaaaaaaah
1 decennium geledenOh lullig! Zomaar van zoiets beschuldigen! Da's echt lullig!
1 decennium geledenSnelverder:Y)
Dat is gemeen van Hermelien!
1 decennium geledenMaar ook wel weer te begrijpen!
Dat lijkt me eigenlijk best wel moeilijk om al die herinneringen te hebben... Maar misschien ook wel weer fijn!
Ik hoop ook dat Remus en zij weer hele goede vrienden worden! (:
Nu ik er over nadenk is dit echt een super verhaal! Nee dat wist ik wel al maar het is gewoon heel erg origineel! Volgens mij is er echt geen een verhaal hier op Q dat je leest vanuit de ogen van een geest! Veel meer mensen zouden dit moeten lezen!
Oke nou ik ga maar slapen,
heel snel verder gaan!!