33- school --'

Afgeleid zat ik Lyra wat te strelen. Lyra was een hellehond, wat betekende dat ze gigantisch was en wel wat angstaanjagend. Net goed dus. En ze leek mij, Hades, heel goed te gehoorzamen. Zou ze Jo kunnen vermoorden? Ik kreeg een gevaarlijk lachje om mijn lippen. En als je van de duivel sprak...
'Caitlin! Caitlii-in!!!' Hij kwam de hoek omgelopen op zijn manier. Wààrom kon ik hem niet de pijp uit slaan? Oh, ja, omdat Hades en Persephone getrouwd waren volgens die geesten hier en we waren onsterfelijk.
'Deze hier moet iets zeggen.' Jo wees naar een donkerblonde jongen, die zich duidelijk niet op zijn gemak voelde. 'Eeeuuh...' zei hij, 'Ben jij Hades?' Ik knikte. 'Jij bent een meisje.' 'Goed opgemerkt!' En ik begon al geïrriteerd te raken. 'Ik dacht dat Hades een jongen was.' 'Zie ik er uit als een jongen?' vroeg ik. De jongen schudde geschrokken zijn hoofd. 'Natuurlijk niet, maar ik kreeg wel de schoolkleren voor een jongen.' Hij keek naar Jo. 'En jij voor een meisje.' Mijn gezicht betrok. 'School?' Hij richtte zijn aandacht weer op mij. 'Ja, we moeten naar de een of andere vage school.' zuchtte hij boos, 'Dionysus besloot on te gaan pesten.' 'Dionysus?' vroeg Jo, met zijn interessante stemmetje. Ik draaide geïrriteerd met mijn ogen en zei: 'Die gast die je gisteren bijna een blauw oog sloeg.' 'Ow...' zei hij zacht. Een grijns verscheen op mijn gezicht als ik terugdacht aan de dronkenlap die giseren op Jo's kamer terecht was gekomen en hem in een dronken bui bijna een blauw oog had geslagen.
'Dus...' De jongen keek in het rond. 'Heb je de mensen van wie die doodshoofden zijn zelf vermoord?' Wauw, een grapjas... 'Ja en pas maar op, of binnenkort staat de jouwe er ook bij.' Ik keek hem gevaarlijk aan en hij deinsde achteruit. 'Ik... ik... ik moest... gewoon iets zeggen.' 'Wat? En wie ben je?' Ik keek hem wantrouwig aan. 'William.' 'God?' 'Ja.' 'Wie? En niet liegen!' 'Hermes.' 'Ooooh!' Jo keek hem met een glimlach aan. 'Daarvan komt dus Herpés!' 'Zwijg Jo!' snauwde ik hem toe, 'Wat moest je zeggen?' Hij keek me even aan en dan verscheen er een briefje in zijn handen, dat hij voorlas. 'Ik, Hermes, god van de dieven, handel en reizigers en boodschapper van de goden, moest jullie van Dionysus, god van de wijn, zeggen dat jullie vandaag om twaaf uur 's middags verwacht worden op de school voor halfbloeden, om jullie net als de andere goden te trainen. Doe de kleren aan, dat is het schooluniform. Je vindt de school wel als je er aan denkt. ps. Halfbloeden zijn halfgoden; half god en half mens dus, jullie kinderen. Doe je voor als een kind van jezelf.'
William keek ons nog even raar aan en zette dan wat stapjes achteruit. 'Wel tot dan zeker? Daag!' En hij was weg.