Foto bij 2. The Sorting hat.

Hogwarts isn't what I dreamed about
It is even better that I will shout
With lots of magic and potions
This place is good, better then billions
With friendly users and really nice friends
This place should never end
This place is so much fun
This place is perfect for the wizards and witches, for each one.

Het kleine stationnetje was schattig en straalde magie uit, ook al was er bijna niks te zien. Het kleine stationnetje werd omringd door bossen. Er waren twee paden: een ging een bos in en de andere liep naar een meer. Ik stond stil naast een lantaarn die door een kaars werd verlicht. Iedereen was met elkaar aan het praten, ze kenden elkaar al of hadden elkaar ontmoet in de trein. Fred en George waren naar een paar vrienden gegaan, ik was alleen. Ik zag een grote man met versleten, vieze kleren. De kleren waren oud, niemand droeg ze in de stad. De man had een grote bos, zwart haar. Er hing een grote, zwarte baard aan zijn kin. Zijn gezicht was vriendelijk met glanzende zwarte ogen. Bij de man stonden twee jongens. De een had vuurrood haar, ik nam aan dat dat het broertje van George en Fred was, en de andere had zwart haar en had een rond brilletje op. Een paar liepen naar het pad naar het bos toe, ook Fred en George. Ik wilde bijna meegaan, maar toen begon de man te schreeuwen.
'Eerstejaars met mij mee!' riep hij. Ik liep naar hem toe, maar bleef op een afstandje staan. Van dichterbij was hij nog groter dan hij al was.
'Ben jij ook eerstejaars?' vroeg hij. Ik knikte verlegen. De man ging door met roepen, tot dat er een klein groepje was ontstaan om de man en de andere leerlingen verdwenen in het pas door het licht beschutte bos.
'Alle eerstejaars hier? Da's mooi! Eerstejaars meekomen!' bulderde de man. We liepen achter hem aan, het pad op naar het meer. Toen we dichterbij het meer kwamen doemde er een kasteel op boven de bomen en het meer. Ik hoorde overal 'ooh's' en 'aah's'. Zelf wist ik niets uit te brengen. Het was gewoon het mooiste wat ik ooit gezien had. We waren intussen bij het meer aangekomen. We kregen instructies om in de bootjes te gaan zitten die bij het rand van het meer in het water lagen. Iedereen stormde de bootjes in. Ik wachtte tot er in een bootje nog een plekje overbleef waar ik bij kom. De bootjes kwamen daarna zelf in beweging en voeren naar het kasteel toe. Het werd steeds mooier en mooier hoe dichter we bij het kasteel kwamen. Het vulde het land, water en lucht. De lichten die uit de ramen van het kasteel kwamen, maakte het allemaal nog betoverender. De reis was korter dan verwacht, voor ik het wist stond ik weer op vast land. De grote houten deuren stonden open zodat we naar binnen konden. Van binnenin leek alles groter te zijn, en mooier. Aan kastelen dacht ik aan enge, met wedden versierde muren en aan kou, maar in Hogwarts was het warm, mooi met een familiare sfeer. Je kon de vreugde voelen van de leerlingen die in de grote zaal zaten te wachten voor de ceremonie. De vreugde om weer naar school te gaan, die had ik nog nooit gevoeld. We liepen naar de deuren voor de schoolzaal, daar stond professor McGonagall op ons te wachten. Ze glimlachte even kort naar mij toen ze mij zag. Ze vertelde over de test die we moesten ondergaan om bij een afdeling te komen. Er groeide een paniek gevoel in mijn maag die zich verspreidde over mijn lichaam. Een test? Wat moest je doen? Een vuur maken? Een toverdrank maken? Ik wist niet wat ik me erbij moest voorstellen. De paniek werd erger toen professor McGonagall verdween en niet vertelde wat de test inhield. Er onderstond een kleine onenigheid tussen het broertje van Fred en George, Ron Weasley, de jongen met het zwarte haar en ronde bril en een jongen met witblond haar. Hij kwam me bekend voor, hij leek op iemand die ik eerder had gezien, wat mij onwaarschijnlijk leek. Toen kwam professor McGonagall terug. Ik dacht dat ze ons meer ging vertellen over de test, het was meer hopen dan denken, maar dat deed ze niet. In plaats daarvan maakte ze de deuren open van de grote zaal. In de grote zaal stonden stonden vier lange tafels verticaal waar allemaal leerlingen achter zaten en klapten toen de deuren opengingen. Eén tafel stond horizontaal, die stond op een verhoging en daar zaten oudere mensen achter, de docenten. Het plafond was betoverend, het nam de buitenlucht met een diepe inzicht op de ruimte. Er zweefden overal kaarsen rond. We liepen tussen de tafels door, richting de verhoging waarvoor een kruk stond met een hoed erop. Ik dacht eerst dat hij of het het schoolhoofd was, maar dat was absurd. Zeker omdat er een oude man met een lange, witte baard op een soort troon zat aan de grote tafel voor docenten. Professor McGonagall die voor ons uitliep, stopte bij de kruk. Wij stonden netjes achter haar, wachtend op wat er zal komen. De oude, gerafelde hoed op de stoel begon zich te bewegen. Er verschenen rimpels die zich voor deden als de ogen en de mond. Toen kwam er geluid uit de hoed, hij begon te zingen.

''k Ben misschien wat sjofel
Maar dat is aan de buitenkant
Niemand weet zo goed als ik,
Van de hoed en van de rand
Op gebreide mutsen kijk ik neer
En ook op hoge hoeden
Ik ben de sorteerhoed van de school
En weet meer dan je zou vermoeden
Al puilen de geheimen uit je hoofd
De sorteerhoed ziet ze vast
Dus zet me op dan zeg ik je
Wat het beste bij je past
Misschien hoor je bij Gryffindor
Bekend om zijn dapperheid
Ja ridderlijkheid en durf en lef
Is wat Griffoendor onderscheidt
Misschien hoor je bij Hufflepuff
Vind je hard werken oké
Huffelpufs blinken uit door trouw
En hebben geduld voor twee
En bij het wijze Ravenclaw
Vinden mensen met verstand
Die geleerd en bij de pinken zijn
Vast een geestverwant
Misschien voel je je pas werkelijk thuis
Als je naam bij Slytherin prijkt
Die sluwe lui, schuwen echt niets
Als hun doel maar wordt bereikt
Dus raak vooral maar niet in paniek
En zet me op je kop
Al ben ik een hoed, ik heb van jou
Vast een vrij hoog petje op!'

Ik wist wat er aan de hand was, we moesten de hoed opzetten en die zou je dan vertellen bij welke afdeling je hoorde. Ik kruisde mijn vingers, ik wilde graag bij Gryffindor, daar kende ik tenminste iemand. Niet dat ik George of Fred veel zou spreken, omdat ze in een ander jaar zaten.
'Als ik je naam roep, kom je naar voren en ga je zitten,' zei professor McGonagall luid. De hele zaal was stil, wachtend op de eerstejaars om gesorteerd te worden. Ze riep ene Hermione Granger naar voren. Een meisje met een grote bos haar stapte zenuwachtig naar voren. Ze ging zitten op de kruk en de hoed werd door professor McGonagall op haar hoofd gezet. De sorteerhoed murmelde wat, en riep toen opeens:'Gryffindor!'
Een lange tafel begon hard te joelen en te klappen. Dat moest de tafel van Gryffindor zijn. Ik zag Fred en George zitten, die zich opeen groot maakten toen professor McGonagall weer een nieuwe leerling naar voren riep.'Ronald Weasley!'
De jongen met het vuurrode haar stapte naar voren, ik zag dat hij een brok weg slikte. Hij ging zitten en de hoed begon meteen te praten. Hij schrok.'Ah! Weer een Weasley! Zal ik je bij je broers zetten? Of zal jij de traditie verbreken? Het wordt Gryffindor!'
Ik vroeg me af hoeveel broer hij zal hebben, vast meer dan alleen Fred en George. De tafel van Gryffindor begon weer hard te gillen en voet te stampen. Fred en George stonden op en joelen toen Ron bij hen aan tafel kwam zitten, tegenover Hermione.
Er werden nog meer leerlingen ingedeeld. Een paar gingen naar Ravenclaw, Hufflepuff en Slytherin. De jongen met het witblonde haar werd bij Slytherin ingedeeld. Toen werd Harry Potter naar voren geroepen. De jongen met het zwarte haar en ronde bril kwam naar voren en ging zitten op de kruk en de hoed werd bij hem opgedaan. Ik zag hoe Dumbledore zijn adem in hield, net zoals de andere leerlingen en docenten deden. Ik snapte het niet, wat is er zo bijzonder aan hem? De sorteerhoed had het er moeilijk mee, hij wist niet waar hij hem zou plaatsen. Hij behoorde bij hen alle drie.
'Niet bij Slytherin, niet bij Slytherin,' hoorde ik hem murmelen.
'Weet je het zeker?' vroeg de sorteerhoed.'Je kunt grootse dingen bereiken bij Slytherin. Nou goed, dan als je het wilt... Gryffindor!'
De tafel begon nog harder te juichen dan ooit tevoren. Dumbledore klapte harder dan bij andere leerlingen. Vanaf dat moment wist ik dat ik ook bij Gryffindor wilde. De vreugde was overweldigender dan bij andere afdelingen. Daar waren de leuksten. De andere afdelingen stonden mij niet aan. Vooral Slytherin niet, hun boegeroep bij Harry was nergens voor nodig.
'Hayley Smith!' riep professor McGonagall uit. Ik was als enige over, ik wist dat ik nu was, maar toch kwam het al een schok aan. Ik zag hoe Dumbledore over zijn tafel heen boog en mij met geïntrigeerde blik aankeek. Ik vroeg me af, meer dan bij Harry. Ik liep zenuwachtig naar voren. Ik voelde het zweet opkomen. Ik voelde de tranen in mijn ogen prikken toen ik door had dat er honderden ogen mij aankeken. Met knikkende knieën ging ik op de kruk zitten. Ik voelde de hoed over mijn oren zakken.
'Dit is interessant! Bloed van een Slytherin, liefde gekregen van een Slytherin maar een hart van een Gryffindor. En mentaliteit van een Gryffindor, dat staat vast. Hmm... moeilijke beslissing, net zoals Potter. Ik denk dat ik jouw stamboom door elkaar schud. Gryffindor!' galmde de hoed. Ik was met mijn gedachten aan het worstelen. Mijn ouders waren ook tovenaars? En werden ze ingedeeld bij Slytherin? En heb ik liefde gekregen van een Slytherin, waren dat mijn ouders? Maar hij had het over één Slytherin, had ik alleen een moeder? Toen drong het tot me door dat ik bij Gryffindor was ingedeeld. Met een scheve glimlach haastte ik me naar de afdelingstafel van Gryffindor. George en Fred klapten luid voor me. Ze bogen over de tafel en mensen heen om mij een high-five te geven waardoor er toch een brede glimlach op mijn gezicht kwam. Ik hoorde hoe Dumbledore sprak. Het was beschamend, maar ik luisterde niet naar hem. Ik had geen interesse, ik was bezig met mijn gedacht over mijn Slytherin stamboom. Het legde een lok haar naar achter. Nadat ik die brief gekregen had, had ik in de spiegel gekeken. Ik had gekeken of ik er anders uitzag, als een tovenaars. Ik had gekeken naar mijn felblauwe ogen, klein wipneusje en glanzende lippen. Ik telde of ik meer sproetjes op mijn gezicht had. Ik zocht een andere kleur dan bruin in mijn haar. Ik keek of mijn haar stijler was en niet krulachtig. Zonder resultaat. Dat snapte ik nu. Iedereen hier leek zo normaal, afgezien de gewaden en uiterlijk van sommige docenten.
Dumbledore hield op met praten en schalen vol eten verschenen opeens. Ik schrok toen ik het zag en deinsde achteruit waardoor ik bijna van mijn plek viel. Ik zag hoe mensen om mij lachten, waardoor mijn gezicht weer rood werd. Ik proefde was van het eten: het was verrukkelijk. Door de verrukkelijkheid schepte ik als maar meer op. Dit was het lekkerste wat ik ooit had gegeten. Na het eten werden we geleid door de klassenoudste. Ik zag het rode haar en herkende het meteen: weer een broer van Fred en George.
'Gryffindor eerstejaars, volg mij!' schreeuwde hij door de menigte heen. Ik sloot me aan bij de groep eerstejaars. We liepen de schoolzaal uit richting een grote trap. Die liepen we omhoog. Er monden een paar andere trappen uit op de trap. Wij namen de rechter. Ik keek omhoog om te zien hoeveel trappen er waren en hoe ze liepen. Tot mijn verbazing zag ik de hele tijd trappen veranderen van richting. Aan de muren hingen schilderijen. Er kwamen steeds meer schilderijen hoe hoger we kwamen. Ik zag hoe de personen op de schilderijen zich bewogen en kletsen. Er vlogen witte gedaantes door het trappenhuis heen. Ik wist dat dat geesten waren.
'Welkom op Hogwarts, Gryffindor's!' riepen de schilderijen. Het was prachtig om te zien hoe de perfect geschilderde personen zich gladieus voort bewogen. We klommen steeds hoger en hoger het kasteel in. De klassenoudste stopte voor een schilderij waar een dikke vrouw opstond.
'Varkensscheet parfum,' zei hij. Het schilderij klapte open en er ontstond een doorgang. We liepen erdoorheen en kwamen uit in een kamer.
'Vergeet het wachtwoord niet, het wordt regelmatig veranderd, je zal het vanzelf door krijgen. Jongens slaapzalen links, meisjes rechts,' zei de klassenoudste. Ik keek de kamer rond. Er stonden een paar kleine tafels met stoelen. Er was een grote openhaard met een rood gekleurde bank ervoor. In de kamer overheerste de kleuren rood en goud, het was prachtig. Ik liep door naar de meisjesslaapzaal en ging door de deur waar 'eerste jaars' boven stond. Ik zag voor elk bed een grote koffer staan met initialen. Ik zag op een koffer "H. S." staan, ik ging op het bed zitten. Het was een mooi hemelbed, wat ik altijd al wilde hebben. Ik maakte de gordijnen los en liet ze hangen. Op dat moment kwam het meisje met het grote bos haar naar binnen, Hermoine.
'Hallo, ik ben Hermione Granger, wie was jij ook alweer?' vroeg ze. Ze had het bed naast mij en ging daar op zitten. Ze richtte zich op mij.
'Ik ben Hayley Smith,' zei ik.
'Heb je al spreuken geoefend?' vroeg Hermione.'Ik wel, ik heb elk boek al gelezen. Ik wilde me goed voorbereiden omdat mijn ouders allebei Muggles zijn.'
'Wat zijn Muggles?' vroeg ik. Ik bloosde erbij, ik wilde niet dom overkomen.
'Muggles zijn niet-tovenaars. Wist je dat niet? Dat leek me wel omdat je een Slytherin-stamboom hebt,' reageerde ze. Ze streek met haar vingers over de sprei.
'Ik, ehh, ben een wees. Ik heb zover ik weet in een weeshuis gewoond,' vertelde ik.
'O, het spijt me.'
Er kwamen nog een paar andere naar binnen, de bedden waren nu allemaal bezet. Ik sprong van mijn bed en liep naar mijn hutkoffer. Ik opende hem en zag daar allemaal spullen inzitten. Ik keek in een paar boeken, gleed met mijn vingers over de ganzen veren en het potje inkt. Ik vroeg me af.
'Hermione, zijn de veren voor het schrijven?' vroeg ik. Ik keek haar aan, ze knikte naar me. Ik wendde mijn blik af, voordat ze weer begon te praten. Ik zag dat mijn eigen boeken er ook in zaten, net zoals mijn pyjama en vrijetijdskleding. Er zat ook nog een wintergewaad met een bijpassende sjaal met de kleuren van Gryffindor. Ik zag ook een tinnen keteltje voor Toverdranken. Ik zag ook een briefje.
"Je toverstok zit er niet bij, wij gaan die morgen uitzoeken, dus vergeet je afspraak niet!
Dumbledore."
Een toverstok? Maar natuurlijk!
'Wat heb je daar?' hoorde ik Hermione vragen.
'Oh, niks,' loog ik en ik stopte het papiertje in een leesboek. Ik trok mijn pyjama aan en ging in bed liggen. Het gepraat van de andere in de slaapzaal stierven weg. Ik dacht aan hoe mijn leven tot nu toe veranderd was, heel erg dus. Het was fantastisch. Ik kon niet wachten tot mijn eerste schooldag begon, maar ook alweer wel. Ik kon niets, anderen vast wel. Zelf Hermione, zij heeft ook geen magische ouders. Ik dacht dat ik het niet aan kon. Maar ik kon ook niet wachten wat me te wachten stond.

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen