De brandweer, politie en ambulance waren vertrokken. Samen met de buurvrouw liepen we naar achter. We hielden onze harten vast en hoopten dat het allemaal meeviel. Het stonk echt verschrikkelijk. Daar stond hij dan, het monster. De ramen waren zwart, en het afdak was zo ingezakt dat het als een grote mond leek. Hij stond nog maar voor een klein deel overeind en de meeste spullen waren niet meer te herkennen.
Vol moet zijn we allemaal terug naar bed gegaan. Het was vijf over vier s'ochtends toen ik weer in bed lag.

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen