Hoofdstuk 4 - Don't let them show
Het moet in ieder geval de trainingszaal voorstellen;)
Maar het gaat om het hoofdstuk
Als ik weer wakker wordt, is het rond 8 uur. De zon begint al aan zijn klim om de hemel. Blij dat ik vannacht geen nachtmerries heb gehad, stap ik uit bed en loop naar de badkamer. Ik neem een snelle douche, en ik wordt bespoten met een heerlijke douche-gel die naar vanille ruikt. Daarna krijg ik een zachte spons om het eraf te wassen. Als ik klaar ben met douchen stap ik de douche uit en wordt meteen drooggeblazen door de föhns en als ik mijn hand op een kastje heb gelegd,wordt mijn haar door een elektrische stroom meteen gedroogd en ontward. Ik kleed me aan en loop dan naar de eetzaal.
In de eetzaal staan nu allemaal lange tafels tegen de muren aan, waar allemaal gerechten op staan. Ik schep mezelf een hele stapel kleine luchtige pannenkoekjes met ahornsiroop op en ga aan tafel zitten. Bear, Fiona en Henry zitten al te eten. Ik begin net aan mijn pannenkoekjes, als Bear begint te praten.
‘Even ter zake. Over anderhalf uur begint de training. Ik moet nu weten of jullie apart of samen willen worden getraind. Misschien heb je wel een geheim voor je districtspartner of kun je hem of haar niet uitstaan en wil je daarom apart. Nu beslissen.’ Bear zegt het zo snel dat het bijna niet te verstaan is, maar ik weet mijn antwoord al. En terwijl Henry al bezig is met de letter S van samen, zeg ik: ‘Apart.’
Henry kijkt me een beetje beteuterd aan, maar gaat er verder niet over door. ‘Oké,’ zegt Bear, en hij kijkt me onderzoekend aan. ‘Henry, jij mag na het ontbijt aan Fiona vertellen waar je goed in bent. Johanna, jij vertelt het aan mij,’ zegt Bear en hij eet verder. Ik eet ook verder, en merk dat ik enorme trek heb. Binnen een paar minuten zijn de pannenkoekjes op en ik schep mezelf een bord vol broodjes op, die gevuld zijn met jam. Ik ga weer aan tafel zitten en eet ze op. Daarna drink ik nog een kop thee en een glas jus d’orange en dan zit ik pas helemaal vol. Bear is ook klaar met eten en we vertrekken naar een andere kamer, zodat we mijn sterke punten kunnen bespreken.
Een tijdje later zijn we er en we gaan naar binnen. Na dat Bear de deur achter zich op slot heeft gedaan zodat niemand ons stoort, keert hij zich naar mij. ‘Je hebt een geheim, hè? Zo’n groot geheim dat Henry het niet mag weten. Iets waar ik rekening mee moet houden, maar waarvan de rest helemaal niks mag weten. Heb ik gelijk of niet?’
Ik kijk hem mat open mond aan, verbaasd dat hij dat allemaal heeft geraden. Dan herstel ik me en geef antwoord. ‘Ja, ik heb een geheim.’
Bear kijkt nieuwsgierig. ‘Vertel op.’
En ik begin te vertellen. Over die vreselijke boete, waar ik in huilen uitbarstte. Hoe mijn vader met de oplossing kwam, ook al vertel ik Bear nog niet welke. Dat komt straks. Hoe ik verder de hele tijd de rol van zielig meisje heb gespeeld, en niet mezelf ben geweest. Als Bear vraagt hoe ik dan wel ben grijns ik vreugdeloos. ‘Ik ben hard. Ik werk hard, leer hard en mijn gevoelens zijn hard. Ik ben vaker bot dan aardig, en de enige reden dat ik me aardig heb gedragen, is omdat ik moest huilen tijdens die verdomde Boete. Maar ik heb een plan. Ik zal me gewoon zielig gedragen, tot ver in de Spelen. De andere tributen zullen me niet komen zoeken, omdat ik nauwelijks een bedreiging vorm. Ik ben een geval van: ‘O, die pakken we nog wel een keertje’ maar ze hebben het mis. Want ik zal winnen. En ik weet dat ik tot dat ik mijn ware aard laat zien geen sponsors zal hebben, maar ik weet wel hoe ik moet overleven. Ik heb vaak genoeg een paar dagen alleen in de bossen doorgebracht omdat ik was verdwaald. En telkens kwam ik ongedeerd terug. Maar verder over mijn plan. Als er nog maar iets van zes tributen over zijn zal ik de ware Johanna laten zien. En dan zullen de sponsors voor me in de rij staan.’
Ik zie hoe Bear goedkeurend naar me kijkt en vraagt dan of mijn vader dat allemaal heeft bedacht. Ik knik en vertel hem hoe dankbaar ik daarvoor ben. Dan vraagt Bear waar ik goed in ben en of ik een wapen heb waar ik goed mee om kan gaan. Ik antwoord zonder aarzelen. ‘De bijl. Dat is mijn wapen. Door het werk in de bossen voelt het vertrouwd als ik het in mijn handen heb en ik hak het beste van alle vijftienjarigen. Snel, hard en gericht. Met messen kan ik ook wel omgaan. Ik heb je al verteld dat ik goed kan overleven. Ik weet van sommige planten of ze eetbaar zijn of juist giftig en ik weet hoe je snel en makkelijk water kan vinden.’
Bear knikt. ‘Dat klinkt heel goed. Ik denk dat je grote kans maakt als alles volgens je plan loopt. Wel moet je tijdens de trainingen niet laten zien waar je heel erg goed in bent, zelfs niet tijdens de privésessie. Als je een 5 haalt, kijkt niemand naar je om en zullen er maar weinig mensen op je letten. Je lengte helpt ook. Stel dat je enorm lang en gespierd bent, zullen niet veel mensen je geloven als je zielig doet. Maar jij bent perfect voor die tactiek, en na de boete is dat waarschijnlijk de enige kans om sponsors te krijgen en te winnen. De mensen uit het Capitool zullen denken dat de boete ook bij je tactiek hoorde en dat je dus gewoon heel slim was in plaats van dat je deze tactiek noodgedwongen toepaste en dan krijg je nog meer sponsors.’
Zo had ik het nog niet eens bekeken, maar het is best logisch dat ik dan meer sponsors krijg. Dan kijkt Bear op z’n horloge. ‘O, we moeten opschieten. Het is kwart voor tien en tien uur begint de training. Is er nog iets heel dringends wat je moet vertellen?’ zegt Bear. Ik schud mijn hoofd. ‘Oké, dan gaan we nu,’ zegt Bear en hij loopt weg. Ik loop achter hem aan.
Bij de lift staan Fiona en Henry te wachten. ‘Dat duurde lang, zeg! Henry en ik staan hier al 20 minuten te wachten,’ klaagt Fiona.
‘Sorry,’ mompelt Bear. Dan richt hij zich tot Henry en mij. ‘Fiona en ik gaan niet met jullie mee naar beneden, anders lijkt het net alsof jullie kleine kinderen zijn die overal hulp nodig bij hebben. Jullie moeten naar verdieping -2. Na de trainingen breng je verslag uit bij ons, Henry bij Fiona en jij bij mij, Johanna. Ga nu maar.’
Henry ik stappen de kristallen lift in en ik druk op het knopje. We schieten naar beneden en binnen vijf seconden zijn we er. We komen als één van de laatsten in de grote kamer voor de Trainingszaal aan en krijgen snel een stuk stof met ons districtnummer opgespeld. Niet veel later beginnen we. De Hoofdtrainster is een lange atletische vrouw die Atala heet en ze legt uit wat het trainingsschema is en wat er zoal te doen is. Daarna gaan de deuren die naar de Trainingszaal leiden open en de massa tributen stroomt naar binnen. Ik bekijk ze goed. De Beroeps zien er sowieso gevaarlijk uit, maar die jongen uit District 1, daar moet je heel erg voor uit kijken. Net als ik dat denk loopt hij naar hindernis baan, waar een paar houten palen rechtop staan van 10 centimeter dik en ongeveer anderhalve meter lang. De bedoeling is dat je erover heen loopt en dan verder gaat met de hindernissen, maar de jongen pakt één van de palen, rukt hem uit de grond en breekt hem in één keer doormidden. Ik kijk verbijsterd naar hem. Ik wist niet eens dat dat kon! Maar dan kijk ik weer verder naar de andere tributen. De boomlange jongen uit District 10 lijkt nog langer dan tijdens de openingsceremonie en ik krijg ook een goed beeld van de gespierde jongen uit 12, die heel goed overweg kan met een pikhouweel. De jongen van zeventien uit District 8 kan verrassend goed overweg met de pijl en boog. Het kleine jongetje van 12 uit District 11 neemt angstig een eerste les met een mes, net als vele andere tributen. Ik besluit om naar het knopen leggen te gaan. Als ik bij de trainer aan kom, zie ik dat ik de enige ben. Mooi, dan krijg ik extra veel aandacht en leer ik sneller een knoop.
Ik leer een paar knopen, en ik heb blijkbaar talent, want hij leert me daarna ook nog een paar strikken om klein wild mee te vangen en hoe ik een goede mat moet vlechten. Daarna leert hij me een hele ingewikkelde val, waarbij je als je tegen het gespannen draadje aankomt, je meteen twee meter de lucht in wordt gehesen met een net. Hij is lastig, maar na een kwartiertje ploeteren heb ik hem onder de knie en ik bedenk dat ik nu maar naar een ander onderdeel ga.
Ik bedank de trainer en loop naar het onderdeel eetbare planten. Dat gaat me ook best makkelijk af en niet lang daarna ga ik naar het volgende onderdeel, camoufleren.
Dan klinkt er een bel; het teken dat we mogen lunchen. De Beroeps gaan allemaal lachend bij elkaar zitten en praten over ‘die slappe tribuutjes die ze wel krijgen in de Arena’. Ik moet glimlachen. Wacht maar. Wat zul je straks verbaasd zijn als één van die zwakke tribuutjes toch niet zo zwak blijkt te zijn.
Nadat ik wat heb gegeten klinkt de bel weer en we gaan de zaal weer in. Ik ga verder met camoufleren, en ga daarna verder met het vuur maken.
Ondertussen let ik ook op andere tributen. Het kleintje uit 11 is blij verrast als blijkt dat hij goed met de slinger kan omgaan. De jongen uit District 10 kan goed messen werpen. De Beroeps zijn bijna overal goed in, al laten ze onderdelen als knopen leggen links liggen. Ik ben heel verbaasd over het meisje uit District 9. Mijn eerste indruk van haar was dat ze gewoon een arm hongerig kind was, zoals ongeveer de helft van de tributen zijn. Maar ze is ontzettend lenig en kan supergoed omgaan met twee kromzwaarden, waarmee ze met in elk hand één zwaard op bewegende oefenpoppen slaat. En altijd raak.
Ik blijf uit de buurt van de bijlen. En ook al denk ik omdat ik goed met bijlen om kan gaan, ook best met een zwaard om kan gaan, ik probeer het niet. Stel dat ik het kan, dan blijkt dat ik niet meer de zwakke tribuut ben en dan is mijn tactiek niks meer waard. Ik neem dus lessen met de kleine messen, en de werpmessen en ga dan gewoon weer verder naar het volgende onderdeel.
Dan gaat de bel weer, en dit keer om aan te geven dat de trainingen voorbij zijn. Ik loop de zaal uit en loop dan door naar de lift. Ik wacht niet op Henry. Waarom zou ik? Hij weet de weg terug.
Ik sta in de lift met het meisje uit 3 en de jongen uit 10. Het meisje staat schuw in een hoekje en als we bij haar verdieping zijn, rent ze er zowat vandoor. Nu ben ik alleen met de jongen uit 10. Ik kijk hem aan. Dat is niet zo eenvoudig als je denkt, want omdat hij zo lang is, moet ik mijn hoofd helemaal in mijn nek leggen. Hij ziet het en hij glimlacht. Ik wordt vuurrood en als we bij de zevende verdieping zijn stap ik snel uit. Ik hoor hem grinniken, maar de deuren van de lift gaan dicht en hij schiet verder omhoog naar de tiende verdieping. Ik loop snel door.
Op de gang kom ik Fiona tegen. ‘Johanna!’ zegt ze liefjes. ‘Hoe ging het? O nee, dat kun je straks vertellen als je verslag uit doet. We eten over een half uurtje!’ En met die woorden trippelt ze weg, op haar veel te hoge hakken. Ik vraag me af hoe lang ze is zonder, en grinnik een beetje als ik denk aan een Fiona die nog kleiner is dan ik.
Ik loop verder naar mijn kamer. Ik doe mijn deur open en tref daar een blond meisje aan in een wit pak, die bezig is met mijn bed op te maken. Ik wil haar net vragen wie ze is als ze een blocnote en een pen uit haar zak haalt en heel snel schrijft:
Ik ben een Avox. Ik kan niet praten, maar u kan me alles vragen wat u wil. Maar u mag alleen tegen me praten als het een bevel is.
Ik kijk haar verbaasd aan en vraag dan waarom ze niet kan praten. Ze schrijft snel weer een antwoord.
Ik heb de wet overtreden. Dit is mijn straf. Dat ik, net als andere Avoxen, niet kan praten.
Ik en kijk haar dan een beetje medelijdend aan. ‘Ik weet dat ik alleen tegen je mag praten als het een bevel is, maar ik wil je graag wat vragen. Wat heb je gedaan, dat zo erg was dat ze zorgden dat je niet meer kunt praten?’ vraag ik dan. Het meisje denkt even na maar schrijft dan:
Dat vertel ik liever niet. Wenst u nog wat anders?
Ik denk na. ‘Nee,’ zeg ik dan uiteindelijk. Maar plots bedenk ik me iets. ‘Nou eerlijk gezegd, ik zou wel iets willen hebben om te lezen, als dat kan.’ Het Avoxmeisje knikt en loopt dan snel weg. Een paar minuten later komt ze terug met een dun boek. Liefde in het Capitool, zo heet het. Ik kijk het meisje verbaasd aan. Ze begint weer te schrijven.
Ik kon niks anders vinden. Het spijt me.
Ik glimlach en zeg dat het niks geeft. Het meisje glimlacht terug en loopt dan de kamer uit. Ik plof neer op één van de luie stoelen en kijk op de achterkant waar het boek over gaat. Het gaat over een meisje, die verliefd is op een jongen, maar erachter komt dat die jongen van blond haar en het soort gezicht dat fotomodellen uit het Capitool hebben houdt. Waarna zij dus haar haar laat verven en haar gezicht laat veranderen, om erachter te komen dat hij verliefd is geworden op een ander. Ze sterft daarna van liefdesverdriet.
Het hele plot staat op de achterkant al beschreven en het verhaal heeft niet veel inhoud, maar het is beter dan niks en ik begin te lezen. Na een paar bladzijdes wordt er op de deur geklopt. ‘Johanna, we gaan eten!’ Het is de stem van Fiona.
‘Ik kom eraan!’ roep ik en ik leg het boek weg. Daarna loop ik mijn kamer uit. Fiona staat op de gang te wachten. ‘Een beetje snel lopen, anders wordt het eten straks nog koud,’ zegt ze en ze loopt razendsnel weg op haar enorm hoge hakken. Ik moet half rennen om haar bij te houden.
Als we in de eetzaal komen worden mijn ogen groot. Op de tafel staat een gebraden pauw, waar ze de veren weer overheen hebben gelegd zodat hij net echt lijkt. Ook de kop is nagemaakt en er weer op gezet en de groenblauwe staartveren steken fier omhoog. Het lijkt net of hij nog leeft.
‘Wat mooi!’ roep ik uit. ‘Hij lijkt net echt!’
‘Mooi hè,’ zegt Fiona. ‘Maar we moeten snel eten, anders wordt het koud.’
Ik vind het eigenlijk heel erg zonde, maar Fiona heeft al een Avox geroepen die het vlees in keurige stukken snijdt en verdeelt. Ik neem voorzichtig een hapje, en daarna schrok ik het snel naar binnen. Het is heerlijk! Nog lekkerder dan al het andere eten wat ik hier heb gegeten!
Als ik mijn stuk op heb, vraag ik of ik nog een stuk mag en meteen schept een Avox me nog een keer op. Ik eet me helemaal vol en heb dan eigenlijk geen zin meer in het toetje, een lekkere taart van slagroomsoesjes en een fruitsalade, maar eet het toch. Ik mag best nog wat pondjes aankomen voor de Spelen.
Als we klaar zijn met eten, ga ik met Bear in dezelfde kamer zitten als vanochtend en vertel over de training. Ik vertel over het meisje uit 9, wat zo goed overweg kon met de zwaarden. De jongen uit District 1, die zomaar een houten paal doormidden brak. Ik vertel over het kleine jongetje uit 11, en over alle andere tributen. Ik vertel wat ik heb gedaan vandaag en dat ik een talent heb voor knopen leggen. Bear knikt en zegt dat ik het goed gedaan heb, in verband met mijn tactiek. Daarna kan ik gaan.
Ik loop naar mijn kamer toe en ga douchen. Daarna trek ik dezelfde nachtjapon aan als gisteren, en dan duik ik mijn bed in. Ik lees nog heel even uit het boek, maar het boeit me niet genoeg om me wakker te houden. IK leg het aan de kant en doe het ligt uit. Na een tijdje val ik in slaap en ik droom over de jongen uit District 1.
In paniek ren ik weg. De jongen rent achter me aan. Ik heb gezien hoe hij de andere tributen als stokjes doormidden brak, en wil dat nu ook bij mij doen. Ik ren en ik ren, maar ik ben te langzaam. Hij komt steeds dichterbij en ik kan zijn akelige lach horen. En net als hij me wil pakken val ik in een afgrond, sneller en sneller. Ik kan de grond dichterbij zien komen en tel hoe veel seconden het nog gaat duren voordat ik tegen de grond aan zal komen. 3, 2, 1…
Ik schrik wakker en kijk om me heen. Het is nog steeds donker en de klok geeft aan dat het 2 uur is. Veel te vroeg om op te staan. Ik doe mijn ogen dicht en val in een onrustige slaap.
Als ik weer wakker wordt is het half negen, en ik sta op. Ik fris me op en kleed me aan. Daarna ga ik naar de eetzaal, ontbijten. Ik schep mezelf van alles en nog wat op en ik eet me helemaal vol. Dan is het al kwart voor tien en ik ga naar de Trainingszaal. Ik wacht niet op Henry, hij komt zelf maar.
Even later ben ik beneden en ik loop de trainingszaal in. Ongeveer de helft is al aan het trainen, maar de rest is er nog niet. Niet dat het mij iets uitmaakt. Ik loop naar een onderdeel waar ze laten zien hoe je een dier moet villen. Ik oefen met een nepbeest, waarmee het villen net echt lijkt, maar dan zonder al het bloed. Daarna loop ik weer naar het knopen leggen en de trainer is blij met te zien. Hij laat me zien hoe ik een net moet maken, en een strik waarmee je herten en ander groot wild kan vangen. Daarna loop ik naar het vuur maken, en omdat ik gister geleerd heb hoe je met lucifers een goed vuur stookt, leer ik het nu met vuursteentjes en tondeldozen. Daarna ga ik naar het volgende onderdeel. En daarna weer naar het volgende onderdeel.
Zo slepen de dagen zich voort, trainen, lunchen, trainen, eten, slapen. En voor ik het weet is het tijd voor de privésessies. De bel gaat voor de lunch en we lopen allemaal naar de eetzaal. In de eetzaal wordt door een vriendelijke stem omgeroepen dat de privésessies nu beginnen en dat we allemaal omstebeurt worden omgeroepen.
De jongen van District 1 wordt omgeroepen, even later het meisje. District 2, 3, 4, 5,6…
Henry wordt omgeroepen. Straks ben ik aan de beurt.
Een kwartiertje later wordt ik omgeroepen. Ik heb een kwartier om te laten zien wat ik kan. Maar ik zal niet alles laten zien. Nee, ik blijf bij m’n plan.
Ik loop de zaal in en kijk naar de Spelmakers in hun paarse mantels. Een paar zijn er al dronken.
De hoofdspelmaker geeft met een knikje aan dat ik mag beginnen en ik loop naar knopen leggen. Ik vlecht een mat en leg die vlak voor de Spelmakers neer. Daarna loop ik naar de eetbare planten. Ik kies een paar eetbare en een paar giftige en leg ze op de mat. De giftige links en de eetbare rechts. Met bessensap van het camoufleren schrijf ik op de mat giftig bij de giftige planten en eetbaar bij de eetbare planten. Daarna stook ik een vuurtje.
Mijn kwartier is voorbij en de Spelmakers zeggen dat ik kan gaan. Ik loop naar de lift en druk op het knopje. Ik schiet omhoog naar de zevende verdieping. Ik loop rechtstreeks naar de kamer van Bear en klop aan. ‘Binnen,’ hoor ik Bear zeggen en ik loop naar binnen. Hij ziet dat ik het ben en glimlacht. ‘En Johanna, hoe ging het?’ vraagt hij.
‘Ik heb een mat gevlochten, eetbare en giftige planten aangewezen en een vuurtje gestookt. Ik denk dat de trainer van het knopen leggen ook nog wel zal vertellen hoe ik het heb gedaan met de training.’
Bear knikt goedkeurend. ‘Als ik het zo hoor, dank ik dat je een vijf of een zes zal halen. Geen enkele tribuut die dan achter je aan zal komen in de Spelen. Tenminste, niet zonder reden. Goed gedaan.’
Ik glimlach en loop dan de kamer uit. Ik loop naar mijn eigen kamer. Het duurt waarschijnlijk nog zo’n twee uur voor we gaan eten, dus ik ga maar verder lezen in het boek. Na ongeveer twee uur komt Fiona me halen voor het eten.
We eten een heerlijke visschotel en een pudding als toetje. De hele maaltijd praat Fiona over wat voor score we zullen krijgen. Om gek van te worden.
Na de maaltijd kijken we naar de bekendmaking van de trainingsscores. De presentatoren kletsen nog wat maar dan komen de cijfers.
De jongen uit District 1 heeft een 11. Niks om verbaasd over te zijn na wat ik tijdens de training heb gezien. De rest van de Beroeps zit in de 8 tot 10 zone. De rest van de tributen zitten bijna allemaal in de 5 tot 8 zone. Dan komt District 7. Henry’s cijfer komt in beeld. Een 2. Ik wist dat Henry slecht was, maar zo slecht? Ik kijk naar Henry en zie dat de tranen hem in de ogen staan. Fiona slaat een arm om hem heen. Dan ben ik. Ik heb een 6. Ik grijns en draai me om naar Bear. Hij geeft me een goedkeurend knikje.
Ik kijk verder. De jongen uit 8 heeft een negen, net als het meisje uit 9 en de jongen uit 10. Het jongetje uit 11 heeft net als ik een zes en de jongen uit 12 heeft een 8. Ik wordt gefeliciteerd met mijn 6 en ga daarna naar mijn kamer. Ik neem een douche en ga in mijn bed liggen. Ik denk na over mijn 6 en ben blij, ook al had ik een beter cijfer kunnen halen. Maar alles loopt precies volgens plan. Ik glimlach en val in een diepe slaap.
Reageer (1)
Ik hou van dit verhaal!
1 decennium geledenIk heb net alle 4 de hoofdstukken gelezen.
En ik neem zeker wel een abo. Echt je schrijft geweldig!
Snel verder?