01. This ain't a love song.
Het was de eerste keer dat ik het winkeltje zag, had ik net mijn verloving uitgemaakt. Mijn verloofde en ik pasten niet zo ernstig bij als we dachten. Het duurde nog lang voordat we het door hadden. Vandaar dat iedereen er nogal kapot was. Behalve wij. Hij en ik gingen gewoon als vrienden uit elkaar in de wetenschap dat we gewoon niet voor elkaar geschikt waren. Die dag stormde het. De bladeren vlogen als cirkeltjes door de lucht voor mijn ogen. Ik had me stevig aangekleed voor een goede wandeling, mijn kastanjebruine muts was stevig op mijn hoofd gezet en mijn knalrode sjaal lag lekker rond mijn nek. Mijn bruine lange jas zorgde ook voor warmte en ik had ook zin in een fikse wandeling. Toen me het winkeltje opviel. Het was een blok verderop van mijn huis. Het was net nieuw, maar het zag er toch oud en vervallen uit. Het winkeltje trok me. Ik wilde naar het winkeltje toe. Mijn hand sloot zich om het oude en verkreukte handvat, ik opende de deur en een geur van bloemen en hout ging door mijn neus. Het rook heerlijk, de geur trok me aan. Het maakte dat ik verder de winkel in ging. Vanbinnen zag het er nog indrukwekkender uit dan het er van buiten uit zag. Op houten kastjes lagen schitterende sieraden te glimmen in hun vitrines. Exotische kostuums hingen aan fluwelen kleerhangertjes in een prachtige eikenhouten kast. Ik hield nu al van de winkel van hoe hij was. Ik struinde verder door de gangetjes tussen de spulletjes door en ik werd getrokken door allerlei geweldige facinerende spulletjes. ‘Kan ik je ergens mee helpen?’ een meisje van ongeveer mijn leeftijd was achter me verschenen. Ze had glanzend krullend bruin haar en had een lief jurkje met rozen erop aan. Haar gezicht stond vriendelijk en haar ogen waren echt chocoladebruin. Ze was beeldschoon. Ik glimlachte verlegen ‘Nee dank je, ik kijk gewoon een beetje rond’ Ze knikte en ging weer achter haar bureau zitten met een kopje thee. De thee rook lekker en ik had de neiging om er een slok uit te nemen. Maar ik hield me in en snuffelde verder. Ik had mijn oog net laten vallen op een prachtige oude ketting. Het was zo’n ronde vorm waar je een foto in kon doen, en het leek verdomd veel op een medallion. Het was prachtig, het schitterde uitnodigend naar me en ik wou het vast hebben in mijn handen. Ik wilde de ketting om mijn nek hangen, ik wist nu al hoe mooi ik me met die ketting zou voelen. Die ketting was liefde op het eerste gezicht. Ik draaide me om naar het meisje om te vragen hoeveel de ketting kostte. ‘AAAH’ ik deinsde achteruit, er was een rochelend geluid vanuit de hoek te horen en een oud gekreukt vrouwtje kwam tevoorschijn uit het hoekje. Mán ik was me rot geschrokken van die oude vrouw. ‘Jij… Jij bent het’ zuchtte de vrouw. Ik haalde een wenkbrauw op ‘Ik? K-kent u mij?’ ‘Jij.. Jij bent de uitverkorene, jij kan het redden.’ De vrouw hapte naar lucht, haar ogen rolden in haar kassen. Ik schoot in paniek nog meer achteruit tegen het tafeltje aan. ‘Fuck’ gilde ik in een opwelling van paniek, het tafeltje lag helemaal niet meer zo netjes als het was en ik was bang dat ik ontzettend op mijn kop hierdoor zou krijgen. ‘Oma! Foei, u moet niet mensen lastigvallen’ het meisje was haastig komen aanlopen en schoot haar oma snel te hulp. ‘Sorry hoor, mijn oma is een beetje oud en vergeetachtig en roept wel eens rare dingen. Sorry’
‘M-maar nu is het tafeltje door de war’ ik stond er een beetje beduusd bij te kijken.
‘Geeft niks, ruim naar eventjes op en dan zien we wel verder’ glimlachte het meisje terwijl ze haar oma terug naar haar huis bracht. Mijn oog was weer gevallen op de ketting. De ketting die zo schitterde op het tafeltje. ‘Wacht! Ik wil graag deze ketting kopen!’ ik rende naar de toonbank met de ketting in mijn hand. Het meisje draaide zich lachend om. ‘Die ketting, ha, die is nog van mijn oma geweest.’
‘Oh echt waar, want.. als het niet erg is, zou ik hem graag willen kopen’ vroeg ik blozend. Ik schoof mijn voet ongemakkelijk heen en weer en liet mijn blik zakken.
‘Tuurlijk mag je hem hebben, want anders zou ik hem niet verkopen’ riep het meisje vrolijk.
Ik zuchtte opgelucht ‘Oké, dan wil ik graag betalen’ Gelukkig had ik wat geld in mijn jaszak zitten voor als ik wat ging drinken op de hei van mijn dorp Cotswald. De thee van mevrouw Cretal was altijd verrukkelijk. Maar goed, dit keer zou ik terug naar huis moeten voor een nieuw bedrag voor het drinken, want ik ging een ketting kopen.
‘Dat wordt dan 20 pond’ glimlachte het meisje.
Ik grabbelde wat in mijn jaszak en tussen alle bonnetjes, paperclips en mijn Ipod vond ik een briefje van 20 pond.
‘Alsjeblieft’ ik overhandigde haar grijnzend mijn 20 pond in ruil voor mijn ketting. Eindelijk, eindelijk was hij van mij!
‘Nog een prettige dag’ wuifde het meisje toen ik uit de winkel stapte de kou in. Ik stak mijn hand vrolijk op ‘Insgelijks!’
Eenmaal buiten griste ik de ketting uit het zakje en maakte het vast om mijn nek. Even leek de wereld om mij heen te tollen en maakte het me duizelig, maar verder was alles normaal. Tot er opeens een wezen naar me toekwam waar ik nog nooit van had gehoord of had gezien. Waar was ik?
Reageer (3)
Het is super geschreven! Snel weer verder!
1 decennium geledenWauw! Super mooi!
1 decennium geledenSnel verder!
Je hebt er weer en abootje bij!!
Droomt ze zo snel al? Of kijk ik er gewoon omheen? Snel verder toettie
1 decennium geleden