Foto bij 02

Write to be understood, speak to be heard, read to grow.

Lawrence Clark Powell

'Ramee. Die naam kom je niet vaak tegen.' Ik grinnik. 'Zeker niet. Volgens mij hebben mijn ouders het gewoon ter plekke verzonnen.' Ik vind dat ik nu ook het recht heb om naar zijn naam te vragen. Dat doe ik ook. Als antwoord pakt hij mijn boek af. Ik wil al protesteren, maar hij houd zijn vinger bij wijze van bladwijzer tussen de pagina's waar ik gebleven ben en bladert door naar de laatste bladzijden en wijst me een klein fotootje op het schutblad aan. Het duurt even voor ik het begrijp. Wat doet een foto van hem in mijn boek? Wat moet ik zien? 'Jij bent de schrijver! The Anonymous Writer!' Hij knikt trots. 'Wil je het signeren? Alstjeblieft!' De schrijver grinnikt ook. 'Als ik een pen had, zou ik het doen.' Gretig vis ik een afgekloven podloodstompje uit mijn kontzak. Ik kijk er even bedenkelijk naar. 'Als je dit niet aan wilt raken, haal ik wel een ander, hoor. Ik woon vlakbij.' Hij schud zijn hoofd en pakt mijn podloodje aan. 'Het is wel goed, hoor. Ik woon hier ook niet zo ver weg.' Mijn ogen worden groot van verbazing. 'The Anonymous Writer woont bij mij in de buurt?' Hij krabbelt verder in mijn boek zonder op te kijken. Verlegen. Normaal gesproken zijn alleen boekpersonages zo schattig. Mensen in deze wereld zijn vaak enkel klootzakkerig. Ik merk dat ik The Anonymous Writer aardig begin te vinden. 'Waarom noem je jezelf zo?'
'Anonymous Writer? Ik was gewoon ongeinspireerd. Mijn echte naam is Daniël. De Bruin. Niet echt een naam die op de kaft van een boek zou zetten, toch? Ramee alleen al zou boeken verkopen alsof het warme broodjes zijn. Maar Daniël de Bruin? En een Dan Brown bestond al.' Hij kijkt me schuins aan. 'Vind je mijn boek echt leuk?' Ik ben nog steeds verward van het idee dat de schrijver van het boek dat ik net op dat moment aan het lezen ben ineens voor mijn neus staat. Het zou net zoiets zijn zoals wanneer bij een ander meisje haar favoriete filmheld ineens voor haar neus staat en verklaart dat hij bij haar in de straat woont. Mijn moeder zegt altijd dat ik nog steeds single ben omdat ik alleen maar oog heb voor mijn boeken. In feite zijn boeken ook mijn vrienden. De schepper van een van die werelden ontmoeten... Het zou net zoiets zijn als god zelf tegenkomen. Dus merk ik mijn fout pas op als ik het al gezegd heb. 'Heel leuk, echt! Je hoofdpersoon is heel aardig.' Geschrokken houd ik mijn mond. Niet zo'n grote fout, gelukkig. Ik heb tenminste niet midden op straat verklaard dat vrouwe Moirhanna de mooiste jurken draagt die ik ooit heb gezien, of ik nog nooit een boek heb gelezen waar de personages zo goed lijken op het beeld dat je krijgt bij de beschrijving, of zelfs dat het eten in herberg Ariadne's Draad echt beter is dan in het koninklijk paleis, hoewel het wel allemaal waar is. Hopelijk denk hij dat het een verspreking is, wat het natuurlijk ook is.
'Aardig?'
Goddank, hij klinkt alleen maar vermaakt. Ik voel dat ik rood word. 'Ja, nou ja, heel lief van hem natuurlijk, geld geven aan de armen en rovers bestrijden en die keer dat hij opkwam voor die ene slavin die ze in elkaar wilden slaan omdat ze haar geld.... was kwijt geraakt.' Had ik bijna 'Aan mij had gegeven' gezegd! The Anonymous Writer kijkt me achterdochtig aan. 'Je lijkt mijn boek beter te kennen dan ikzelf.' Ik word nog roder dan mogelijk. Dat hele stuk kwam natuurlijk niet in het echte boek voor! Dit gesprek is plotseling heel onaangenaam geworden. Ik probeer stuntelig uit te leggen dat ik vast in de war was met een ander boek, maar ik verpruts het helemaal en struikel over mijn woorden om het maar zo snel mogelijk recht te zetten. Verdomme, hij moet net zo duidelijk als ik zien dat dit me veel meer aangrijpt dan bij een gewone verspreking het geval zou moeten zijn! Iets in mijn broekzak steekt en brandt in mijn huid, alsof ik op een gloeiend kooltje ben gaan zitten. Geschrokken spring ik op, en voor ik het weet ren ik door het park, van streek, met moeite mijn tranen bedwingend. Verdomnme! Verdome verdomme verdomme! De volgende keer dat die man mij ziet, zal hij zeker een verklaring willen! Een die ik niet kan geven. Hij woont hier dichtbij. Dat betekent dat ik er nooit meer zeker van kan zijn of hij niet hier op het monument op me zit te wachten! Misschien kan ik de komende maanden maar beter gewoon binnen blijven, of nee, komende jaren! In de veiligheid van de schaduw van het steegje naast mijn huis haal ik de afgekoelde ring uit mijn zak. Hij ligt lauwwarm en glanzend in mijn hand, zachtjes oplichtend alsof het ding ineens een eigen wil heeft. Ik kijk er boos naar. Het is jouw schuld,' zeg ik ertegen, 'allemaal jouw schuld.'

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen