Chapter 9
“Shit man!” roept Fenna na het verhaal. Ik knik en kijk wazig voor me uit. George. Carlo. George. Carlo. “Wat ga je doen? Wie ga je kiezen?” Fenna vuurt allemaal vragen op me af waar ik het antwoord toch nog niet van weet. “Fen! Ik weet niet wat, wie, hoe enzovoort! Ik weet het gewoon nog niet.” Treurig kijk ik voor me uit. Ik voel de tranen al lopen. Wat een huilebalk ben ik geworden zeg. Fenna slaat haar armen stevig om me heen. “Ik ben er altijd voor je en sta altijd achter jou zijde!” fluistert ze. Ik kijk haar dankbaar aan en veeg de tranen weg. “Buiten weer?” Ze knikt onzeker en samen lopen we naar buiten. “Ik ga het bos eventjes in, ik heb hierna weer een tussenuur.”
Verontschuldigend kijkt ze me aan. “Ik heb hierna wel weer les, dus ik ga niet mee.” Ik lach en knik even. Ik loop naar de anderen en pak me tas. Ik voel alle blikken op me gericht maar trek me er niks van aan en loop stug door naar het bos toe.
Zuchtend laat ik me zitten op een boomstam in het bos.
“Caitlin?” Door de bomen heen zie ik Roy lopen. Ik zwaai even naar hem maar ga dan weer levenloos voor me uit zitten staren. “Ben je weer in een…?” “Nee.” Ik vervloek mezelf, waarom doe ik zo stom tegen Roy. Hij heeft niks gedaan! Hij kan het niet helpen dat ik zo’n slet ben. Hij heeft gelijk ik ben een probleemkind. Ik voel de tranen opkomen, maar houd ze met alle kracht tegen.
Beheers je Caitlin, je wilt niet het probleemkindje zijn. “Je mag huilen hoor.” Roy ploft naast me neer en slaat een arm om me heen. “Als je moet huilen, dan ga je huilen. Anders dan prop je het allemaal maar op en dat is al helemaal niet goed.” Fluistert hij in me oor. “Huil.” Op zijn commando stromen alle tranen eruit. “Brave meid.” Grinnikt hij. Ik kijk hem onbegrijpelijk aan. “Waarom ben je hier?”
Hij trekt een wenkbrauw op en kijkt me raar aan. “Mag het niet? In het bos lopen.”
Heftig schud ik me hoofd. “Hier, naast mij.” Hij snapt wat ik bedoel en kijkt me medelevend aan. “Sorry, dat had ik helemaal niet mogen zeggen. Ik weet niet eens wat er allemaal echt aan de hand is en was. Het spijt me echt en ook dat ik me gek liet maken door me vrienden.” Ik knik en leg me hoofd op zijn schouder. “Het is al goed.” Snik ik. “Ga je me vertellen wat er is? Of straks pas? Of niet?”
Ik knik met me hoofd. “Maar jij bent de laatste, want Lena en Fenna weten het al en ik wil niet dat iedereen het weet.” Hij belooft dat hij het niemand zal vertellen en ik begin met me verhaal.
Er zijn nog geen reacties.