Hij zat tegenover me. Koude zwarte ogen die elke seconde heen en weer flitsten, zwart haar dat overal om zijn hoofd heen zat behalve op de plek waar het hoorde te zijn. Ik wist dat ik er ook zo uitzag. Na die dagen trainen vloog mijn haar alle kanten op. Mijn groene ogen flitsten ook heen en weer. De reden was simpel: zelfs op de meest vreemde momenten kom je een aanval verwachten. Ik sprong op en weerde een aanvliegende stok af met de muis van mijn hand.
‘Het leek of je even weggezakt was.’ Mijn trainer. Hard. Keihard. Onverzettelijk, als een berg.
‘Jullie weten waarom jullie hier zijn. De test.’ Hij keek de groep rond, maar elk van ons staarde voor zich uit. ‘jullie gaan in groepen van twee straks de kelder in. Doe wat je wilt daarbeneden. Anderhalf uur. Geen klok.’
Met de stok wees hij de jongen tegenover me aan. Ik sloot mijn ogen. Bang was ik niet, ik wist wat daarbeneden huisde. Het tikje op mijn hoofd was bijna een opluchting. De jongen trok me overeind. Hij wilde het luik naar de kelder openen, maar wachtte even. Ik liep naar hem toe.
‘Als je het waagt, Yuki.’ Mijn stem was ijskoud. ‘als je het waagt je wapens mee naar beneden te nemen, kan dat het laatste zijn wat je doet.’ Ikzelf legde mijn boog en mes neer en deed het luik open. Hij aarzelde even en legde toen zijn messen neer, toen liep hij naar beneden, de trap af. Ik liep achter hem aan en liet het luik dichtvallen.
Het was donker. Alsof het niets ons omsloot liepen we naar beneden; het leek alsof er nooit een einde kwam aan de tunnel.
Langzaam liepen we de treden af, de treden die ons scheidden van wat er beneden rondwaarde. Opeens struikelde ik bijna omdat de treden ophielden. Ik haastte me even en ging naast Yuki lopen. Ik viel tegen hem aan, ik had niet gedacht dat hij schuin voor me liep.
‘Gaat het?’ vroeg hij, met een stem die ik niet van hem kende.
‘Ik ben niet van suiker.’ Hij pakte mijn hand en trok me overeind. Even schoot een schok door me heen, die verdween maar een warmte in me vasthield die ik hier beneden niet thuishoorde. Ik voelde diezelfde schok door hem heen trekken. Hij schrok zichtbaar.
je kan er niet aan ontkomen, Yuki… je bent het al… en zij straks ook… de stem golfde door de ruimte. Ik hoopte dat ik het dacht, maar Yuki keek me aan me een angst in zijn ogen die ik niet van hem kende.

Reageer (1)


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen