But never doubt I love... 6*
Doubt thou the stars doth move,
Doubt truth to be a liar,
But never doubt I love.
Lees allemaal Hamlet! En mijn gedichten. ><
We stonden nog even aan elkaar geklemd in de jongens-wc.
Ik hield hem stevig vast met mijn hoofd op zijn schouder zodat ik hem niet hoefde aan te kijken.
‘Waarom... waarom deed je dat?’ Ik was nog niet helemaal in orde na zijn vurige kussen en liefdevolle ogen. Waarom zou hij mij zijn liefde tonen? Hij haatte en minachte mij, hij was te eermoedig. Ik was bang, verlegen en koppig. ‘Ach, laat ook maar. Morgen ben je het weer vergeten.’
Geschrokt duwde hij me van zich af en keek mij een ogenblik vol ongeloof aan. Daarna gleed zijn hand onder mijn kin en hij duwde mijn hoofd een beetje naar boven zodat ik hem aankeek:
‘Twijfel aan der sterren klaarheid,
Aan ’t vuur dat onze hemel tooit,
Twijfel aan de hoogste waarheid,
Maar twijfel aan mijn liefde nooit.’
‘O, lieve, ik kan slecht overweg met de maat; ik versta de kunst niet om mijn zuchten te tellen, maar dat ik oneindig veel van je hou, o allerbeste, geloof het. Vaarwel. De jouwe voor eeuwig, dierbaarste jonkvrouw, zolang deze aardse klei hem omhult...’
‘Hamlet.’ vulde ik aan, van mijn stuk gebracht. ‘Maar hoe onthaalde zij zijn liefde?’ citeerde ik.
‘Wat is uw oordeel over mij?’ zei hij de woorden van Polonius.
We keken elkaar lang aan. Dat hij het mooiste stukje uit mijn lievelings toneelstuk citeerde was al meer dan genoeg.
‘Ze waren wreed. Ze wilden het niet. Daarom is ze verdronken.’ Ophelia was mijn favoriete persoon. Ik herkende mezelf een beetje in haar.
‘Het was een vage liefde, dat moet ik toegeven.’ Draco keek mij glimlachend aan.
‘Oh, man. Zoals dit zeker? Jij haat mij! Waarom kus jij mij opeens en kijk je mij aan alsof we gelukkige getrouwd zijn en we altijd beste vrienden zijn geweest?’ Ik duwde hem van mij af en keek hem kwaad aan. ‘Ik zei je al eens dat ik niet op mijn knieen ga smeken om jouw vergeving en vragen of jij van me wil houden, want nooit! Jij haat mij?!’ Tranen kon ik jammer genoeg niet tegenhouden dus stroomden ze nu over mijn wangen als een mini-waterval.
Draco stond mij alleen maar stil aan te kijken. Daarna nam hij me weer in zijn armen en wiegde me zachtjes heen en weer tot ik weer kalm werd. Dan zei hij weer: ‘Maar ik houd wel van jou. Twijfel nooit aan mijn liefde, zoals Hamlet niet wilde dat Ophelia aan de zijne twijfelde.’
‘Hmpf. Draco. Je bent een verschrikkelijke leugenaar.’ Mompelde ik tegen zijn schouder.
Hij grinnikte, wat ik niet verwacht had. ‘Wanneer heb ik ooit tegen jou gelogen?’
Ik glimlachte tegen mijn wil. ‘Wanneer heb jij ooit tegen mij gesproken?’ Ik hoefde niet te kijken om te weten dat hij zijn lach niet kon inhouden.
Dat was me nog een tweestrijd.
Reageer (8)
Ahw wat lieffig!
1 decennium geleden*Hart vult zich met vreugde en warme kriebels*
Hoe gaat het verder met die tweestrijd?
I'm curious.
<3xo.
Geweldig ^^
1 decennium geledenSnel verder
Prachtig,echt waar. Snel verder doen!
1 decennium geledenx