vervolg hoofdstuk 2

Het portier werd opengedaan door meneer Molenaar. Hij is de man die elke keer een familie voor mij zocht en daarom de man die mij het beste kent. Tot zover hij mij doorgronden kan. Hij wenkt mij vriendelijk dat ik uit mag stappen. Eenmaal uitgestapt pakt hij mij bemoedigend bij de schouders. “Maak er deze keer iets moois van meid! Het leven is niet bedoeld om te treuren. Geniet ervan” zegt meneer Molenaar. Dit is niet de eerste keer dat hij dit zegt en ik vermoed ook niet dat dit de laatste keer is. Toch vind ik het bemoedigend en heb ik het gevoel dat iemand echt nog een beetje om mij geeft.
Samen lopen we over het grindpad naar de voordeur. Meneer Molenaar drukt op de bel en nog geen seconde later wordt de deur geopend. Voorspelbaar. Meestal staan ze al een half uur van tevoren al zenuwachtig te wachten bij de deur. Een slank stel staan mij afwachtend en benieuwd aan te kijken. Ze nemen mij even goed op. “Eh, mevrouw en meneer Hendriks? Dit is dus Theresa. Mogen we misschien binnenkomen?” zegt meneer Molenaar voorzichtig. De vrouw glimlacht. “Oh ja, natuurlijk! Natuurlijk!” Terwijl de vrouw dat zei maakte ze deur verder open en deed een stapje opzij. Ook de man deed een stapje opzij. “Kom binnen, kom binnen!” zei de vrouw verontschuldigend. Ze benadrukte haar woorden door een handgebaar te maken dat we naar binnen konden komen. De man leidde ons naar de woonkamer en gebaarde dat we konden gaan zitten op een stoel. Hij glimlachte voorzichtig en zei “Zo, jij bent dus Theresa en jij komt voorlopig een tijdje bij ons wonen. En heb je er al zin in?”. Dit waren de standaard openingszinnen. Ik kon al bijna voorspellen wat erna gezegd werd. Toch ergerde ik me voor de verandering niet aan deze openingszin. Het leek me op een vreemde manier wel gerust te stellen. Waarom dit zo was, was me totaal onduidelijk. Ik glimlachte voorzichtig en bevestigde dit. Het bleef even stil en even later kwam de vrouw binnen met een dienblad. Op het dienblad stond een theepot met thee, kopjes en wat koekjes. De vrouw zetten het op de tafel en ging zo zitten dat ze erbij kon. “Ik dacht jullie lusten vast wel een kopje thee en een koekje. En? Theresa en meneer Molenaar? Lusten jullie een kopje thee en een koekje?” zei de vrouw luchtig. Ik knikte en kreeg het aangereikt net zoals meneer Molenaar. Ik merkte dat de vrouw zenuwachtend was en nieuwsgierig was naar mijn persoon. Terwijl de stilte voort borduurde dronk ik rustig van mijn thee. Ook de rest van het gezelschap deed dit. Toen meneer Molenaar zijn kopje terug op tafel zetten, nam hij het woord. “Zullen we beginnen? Theresa, dit zijn meneer en mevrouw Hendriks en zij zullen voorlopig even voor jou zorgen.” Meneer en mevrouw Hendriks keken mij vrolijk aan en mevrouw Hendriks nam het woord over van meneer Molenaar. “Oh noem ons maar Eva en Jan. Dat gemeneer en gemevrouw dat wordt uiteindelijk lastig en is zo onpersoonlijk! Zo, dus jij heet Theresa. Wij zijn blij dat je bij ons komt wonen. We weten van jouw verleden en we zullen zo goed mogelijk voor jou proberen te zorgen. Nou, ik zal iets over ons vertellen. Jan en ik zijn al 20 jaar getrouwd en nog zeer gelukkig met elkaar. Wij hebben een zoon die Dave heet. Dave is net als jij net 17 en een leuke jongen. Momenteel is hij een weekendje naar zijn vrienden. Hij komt zondagavond weer terug. Dus dan zal je kennis met hem maken. Voor de rest zal je wel merken hoe alles hier te werk gaat en we hopen dat je graag bij ons komt wonen. Heb je nog vragen of wil je nog iets vertellen?”. Eva, zo zal ik maar voortaan noemen, beëindigde haar woorden met een warme glimlach. Om de een of andere reden leken deze mensen wel anders dan de andere stellen tot nu toe. Misschien zou het hier nog niet zo slecht zijn. Oh nee, ik kan en mag me niet hechten aan deze mensen! Ik gaf aan dat ik het graag zou willen proberen en bedankte ze voor deze kans. Jan gebaarde met een vriendelijk gebaar dit bedankje van de hand en zei dat hun vooral dankbaar waren dat ik het wilde proberen. Hierna nam het gesprek een serieuzere wending en werden een aantal onderwerpen onderling besproken. Toen alles besproken was, nam meneer Molenaar vriendelijk afscheid en liep naar de deur. Met zo’n drieën liepen we achter hem aan. Eva maakte de deur open en meneer Molenaar stapte naar buiten. Hij draaide zich voor de laatste keer naar ons om en wenste ons allen veel succes en gaf mij nog een knipoog. Daarna liep hij naar zijn auto en reed weg.

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen