Foto bij OO9. Again in Wonderland?

Zodat jullie weer iets hebben om van te smikkelen hier weer een nieuw hoofdstuk xoxox

(flower)

pleas kudo als je mooi vind

Wat gebeurde er met me? Dit voelde niet goed. Ik probeerde mijn ogen open te maken maar ik zag maar niets. Toen voelde ik een harde klap. Ik was gevallen. Maar dat kon toch niet, ik zat nog steeds op het luchtbed in mijn kamer. Toch? Ik wist het niet meer zeker. Ook voelde ik mijn gitaar die voorheen nog in mijn schoot had gelegen niet meer. Ik probeerde nog een keer mijn ogen open te maken. Deze keer lukte het wel alleen moest ik even wennen aan de overweldigende kleuren die me tegemoet kwamen. Ik zag Madeliefjes zo wit ik had maar een keer in mijn leven ze zo stralen gezien. Ook de rozen roken weer zo lekker en de zon wauw. Dit was net alsof ik een deja vu had. Dit had ik toch al een keer meegemaakt. Snel ging ik rechtop zitten en keek rond over het betoverende grasveld. Dat nu bedekt was met kleine dauw druppels waardoor het schitterde als diamanten. Ik ging rechtop staan en keek of misschien het hert van gisteren er was. Ik hoorde iets ritselen in de bossen en liep erop af. Ik hoorde iemand heel zacht huilen. Mijn adem stopte even toen ik zag dat er een niet normaal mooie jongen op de zacht grijs gekleurde steen zat. Hij had niet door dat ik achter hem stond. ‘Hallo’ zei ik zo zacht mogelijk zodat hij niet zou schrikken. ‘Laat me met rust Geneviéve, jouw wil ik al helmaal niet in mijn buurt hebben nu’ zei hij op een harde toon tegen me die ik alleen van mijn moeder gewend was. ‘Uhm, ik ben Madison’ zei ik zacht, ‘wie is Geneviéve als ik het mag vragen?’ De onbekende jongen keek om. Ik zag dat hij geschrokken keek. ‘Hoe, wat, huh? Hoe kom jij hier ik dacht dat ik het enigste mens hier was?’ zei hij. ‘Dat dacht ik ook’ zei ik. Ik keek hem verontschuldigend aan. ‘Waar is Geneviéve?’ zei de onbekende jongen tegen mij. ‘Ik zou het niet weten wie is Geneviéve? Ik dacht dat jij de enigste was die een mens was hier?’ Hij stond op van de steen en ging rechtop staan. Hij had geen T-shirt aan en ik moest mijn best doen om niet naar zijn geweldig six pack te kijken. Ik rechte mijn schouders en keek hem recht in zijn ogen. Ik voelde dat ik warm werd van binnen. ‘Ik ben Blake’ zei hij met een fluwelen stem. ‘Maar wat doe jij hier uhm…’ zei hij. ‘Madison’ zei ik snel. Opeens vond ik zijn schoen erg interessant. Ik durfde hem niet meer in de ogen te kijken bang dat hem raar aan zou kijken, of dat ik helemaal niets meer durfde te zeggen. ‘Ik weet niet hoe ik hier ben gekomen, of waarom ik hier ben. Het gebeurt gewoon’ zei ik tegen hem. Ik keek waar naar hem hij was zeker twee koppen groter dan mij, en had stralende licht groene ogen. Ik kende die kleur ergens van. ‘Wat is er?’ vroeg hij. ‘Die kleur van je ogen stralend gewoon. Maar ik denk dat ik die kleur ergens van herken.’ zei ik. ‘Dat kan niet. Ik ben de enigste op de hele wereld of tenminste in de wereld met deze kleur ogen.’ zei hij verbaasd. ‘Maar toch ken ik deze kleur ergens van.’ zei ik zacht. En toen opeens ‘Ik weet het!’ riep ik net iets te hard. ‘Wat weet je?’ hij keek me verbaasd aan. ‘Die kleur, er zit een steen op mijn gitaar die ik van mijn vader heb gekregen met exact dezelfde kleur.’ zei ik opgewonden. Ik wou naar mijn zak grijpen maar in plaats van de steen voelde ik het hartje het was alweer ijskoud. Ik trok aan het geschakelde kettinkje en trok deze uit mijn broekzak. ‘Dat, dat, dat kan n-niet!’ stotterde Blake. ‘Dat is de ketting van mijn moeder. Hoe kom jij daaraan’ zei hij. ‘Ik weet het niet’ zei ik geschrokken van zijn reactie. Ik keek nog een keer naar het hartje. Mijn maag draaide zich om en in een keer was hij weg. Snel als de wind was hij vertrokken. Ik keek nog een keer goed om me heen maar zag hem nergens meer. ‘Auw!’ schreeuwde ik van de pijn. Tranen rolde over mijn wang. Ik greep naar mijn buik. Ik zakte door mijn knieën ik moest gaan liggen ik kon niet meer rechtop staan van de pijn in mijn buik. Opeens werd het weer zwart voor mijn ogen. Ik wist wat dit te betekenen had ik ging weer terug naar huis. Maar ik wou niet en vocht tegen het duister dat op me af kwam en me verzwolg. Mijn strijd was voor niets geweest. ik zat weer in mijn kamer op mijn luchtbed met mijn gitaar in mijn schoot. Bang voor het feit dat ik die geweldige jongen nooit meer terug zou zien.

Reageer (2)

  • Unbroken13

    oeoeoeoeoe snel verder!!!

    1 decennium geleden
  • Carojans

    Verdurr x

    1 decennium geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen