10. Recapturing the day
Ik lig al een tijdje naar het plafond te staren, maar kan niet slapen. De irritatie van de poison Ivy is bijna ondragelijk, maar behalve dat, spoken de gebeurtenissen van de vorige dag ook nog door mijn hoofd. Het is zo vreemd en frustrerend dat ik me niets kan herinneren.
Ik blijf nog even naar het plafond staren tot ik me bedenk dat Alex misschien iets weet.
Ik pak mijn telefoon en staar even naar zijn nummer. Zal ik hem bellen? Als Evan gelijk heeft en hij was hier, dan moet hij weten wat er is gebeurd. Maar als Alex hier gister niet was, dan zal hij denken dat ik gek ben!
Ik besluit toch maar te bellen. Als er wordt opgenomen, weet ik even niet wat ik moet zeggen.
‘Jasey?’ Alex stem klinkt bezorgd. ‘Jasey, is alles goed met je?’
‘Ja… Ja alles is prima.’
Er klinkt een zucht van opluchting. ‘Gelukkig.’
‘Hoe bedoel je?’
Het blijft even stil aan de andere kant. ‘Gister in het bos struikelde je en viel met hoofd tegen een boom. Je was bewusteloos en ik ging hulp halen, maar toen ik terug kwam, was je weg.’
‘Maar hoe ben ik dan thuisgekomen?’
Na een korte stilte antwoord hij, ‘Ik hoopte eigenlijk dat jij mij dat kon vertellen.’
‘Ik heb geen enkele herinnering van gister.’
Ik hoor Alex weer opgelucht zuchten. ‘Gelukkig ben je oké, ik was zo ongerust. Ik moet nu gaan, maar ik zie je snel weer, oké?’
‘Oké. Doei.’
‘Dag.’
Als hij heeft opgehangen vraag ik me nog één ding af, als hij zo bezorgd was, waarom hij zelf niet gebeld? Resoluut schuif ik die gedachte van me af, Evans zorgen maken me nog eens paranoïde. Net als mijn eigen zorgen. Ik kijk onwillekeurig naar mijn dagboek, dat ik net heb doorgelezen.
De volle maan is over twee weken en ik ben blij dat ik me voorlopig geen zorgen hoef te maken over weerwolven. Misschien hoef ik me daar nooit zorgen over te maken. Misschien wel en dat is dus het probleem.
Ik laat me nog eens achterover vallen in bed en sluit vermoeid mijn ogen. Langzaam zak ik weg in een diepe slaap.
Er zijn nog geen reacties.