23.
Noémi.
Na een laatste slok gooide ik de lege fles mede voor me uit op het ijs. Het meer was vannacht volledig bevroren zodanig dat het dik genoeg was om op te staan. Het was prachtig om te zien hoe een dun laagje sneeuw alles om me heen bedekte, maar de lucht zag er grauw en grijs uit. Ik liet me achterover op het ijs vallen en staarde naar de lucht. Waarom begreep Draco het niet gewoon? Het zou beter zijn dat ik alleen verder ging. Hij werd nu verblind door het vooruitzicht om bij me te blijven, maar de werkelijkheid zou hij nooit aankunnen. Ik leefde in een harde wereld. Ik kon me niet veroorloven om aan iemand gehecht te raken, want uiteindelijk moet ik ze toch weer achter laten of zien sterven. Ik moest steeds weer vluchten zodat hij me niet zou vinden, de man die alles verpest had. Maar het ergste was dat ik niet meer kon voelen, niet echt toch. Ik wou dat ik weer kou en warmte kon voelen, dat ik kleine pijntjes kon ervaren. Ik wil niet meer vervloekt zijn. Want dat is wat ik was, vervloekt. Anderen zouden dit als een gave zien, iets fantastisch. Maar het tegendeel was waar. Ik wilde niet nog iemand anders vervloeken, het was al erg genoeg dat Najim door mij ook vervloekt was. Hoewel ik het eerst verschrikkelijk vond dat hij zijn krachten op wilde geven, dacht ik daar nu anders over. Ik was blij voor hem. Blij dat hij eindelijk liefde had gevonden, blij dat hij eindelijk het geluk gevonden heeft. Als ik er niet geweest was, zou Najim nooit deze krachten gekregen hebben, dan zou hij gewoon gestorven zijn samen met onze familie, miljoenen jaren geleden. Misschien was het maar goed dat we nu uit elkaar zouden gaan. Hij moest mijn pijn niet langer voelen, niet langer deze verantwoordelijkheid dragen. Maar als ik eerlijk was leek het vooruitzicht om de rest van mijn leven in mijn eentje door te brengen niet echt aanlokkelijk. Misschien was het wel beter om me over te geven aan Areanos, om met hem naar de goden wereld te trekken. Misschien zou ik daar nooit echt helemaal gelukkig zijn, maar ik zou in ieder geval niet alleen zijn, ik zou gezelschap hebben.
‘Noémi?’ Najim plofte naast me neer en keek me onzeker aan. ‘Heb je er ooit over nagedacht hoe het zou zijn geweest als ik me van het begin bij Areanos had gevoegd?’ vroeg ik hem. ‘Dan zou je voor de rest van je bestaan vervloekt zijn geweest.’ Antwoordde hij.
‘Maar dat zijn we nu toch ook? Wat zou het verschil zijn?’
‘Het verschil is dat je nu nog kan gaan en staan waar je wilt, dat je nu zelf kan beslissen wat je doet met je leven.’ Zei hij.
Ik schudde mijn hoofd. ‘Hij zou van me gehouden hebben.’
‘Dat doet Draco nu ook.’
‘Hoe is dit gesprek plots op Draco gekomen?’ vroeg ik me af.
‘Luister, Noémi. Waarom zie je nu niet in dat Draco de ware voor je is? Jullie passen perfect bij elkaar, en hij houd van je. Zoveel dat hij alles voor je zou willen opgeven. Zijn vrienden, zijn familie. Hij wilt de eeuwigheid met je doorbrengen, maar je laat hem gewoon niet toe. Waarom kwel je jezelf zo?’
Ik kwam zuchtend overeind en maakte cirkeltjes op het ijs met mijn vingers.
‘Ik wil hem niet vervloeken zoals ik jou heb vervloekt.’
Zijn wenkbrauw ging omhoog en hij keek me sceptisch aan.
‘Je denkt dat jij me vervloekt hebt? Noémi, waar haal je die gedachte toch vandaan? Onze familie heeft ons vervloekt, Areanos heeft ons vervloekt. Maar jij niet. Jij hield me al die eeuwen staande, jij zorgde ervoor dat ik nog met mezelf kon leven. Jij gaf me meer tijd met jou dan ik ooit had kunnen wensen. Hoe kan al die tijd die we samen hebben doorgebracht een vloek zijn? En nu heb ik Patty leren kennen, dat zou nooit gebeurd zijn zonder jou. Jij hebt me niet vervloekt, Noémi. Ik ben gezegend dankzij jou. Laat je nooit wat anders wijs maken.’
Hij legde zijn hand op mijn wang en dwong me hem aan te kijken. ‘Jij hebt mij gezegend, en nu is er iemand die jou vrede kan brengen.’ Ik sloeg mijn ogen neer.
‘Ik weiger iemand zoveel pijn en ellende toe te brengen.’
Najim schudde zijn hoofd en sprong kwaad op. ‘Ik ben het zat, Noémi. Je kwelt jezelf omdat je hem geen pijn wilt doen. Maar je doet hem juist pijn door hem af te wijzen! Ik voel zijn liefde, ik voel zijn oprechtheid en pijn. Hij houd van je! En of je het nu wilt of niet, ik zal mijn krachten aan Draco geven! Aan jou de keus of je hem daarna gaat helpen om zijn krachten te leren begrijpen of niet!’
‘Dat kan je niet maken!’ riep ik verbaasd.
‘O nee? Wacht maar af. Vanavond na het eten geef ik hem mijn krachten door aan het meer. Misschien zie ik jou daar dan ook om hem te steunen.’ Snauwde hij en daarna beende hij kwaad weg.
God, dit kon hij toch niet menen? Maar ergens in mijn hoofd wist ik maar al te goed dat hij het meende. En ik wist ook dat ik helemaal niets kon doen om hem tegen te houden.
Reageer (3)
moooi,
1 decennium geledenheeel snel verder <33!
Kan Najim niet voor de helft zijn krachten aan Draco geven en Noémï voor de helft haar krachten aan Patty? Dan zijn ze met z'n vieren! Dat is veel gezelliger (:
1 decennium geleden<333
1 decennium geleden