Foto bij 9.3 Try Again

Aliance.

Maandag. Wauw, ik had het hele weekend overleefd. Pap had niet veel woorden met me gewisseld. Helaas was hij er wel constant om me in de gaten te houden. Het was om gek van te worden. Op het laatst had ik de hele zondag doorgebracht met mijn laptop op mijn kamer. Gewoon doelloos wat spelletjes spelen. Ik haatte het leven. Het was nog beter bij mijn kwaadaardige moeder en mijn gemene tante. Zij zouden de hele dag tegen me schreeuwen en me van alles laten doen alsof ik Assepoester was. Pap was stil en volgde me stilletjes overal. Ik snapte waarom hij een goede rechercheur was.
De ochtend was vreselijk. Alles leek mis te gaan voordat ik naar school vertrok. Ik struikelde over mijn eigen voeten, over mijn tas, over de gelijkmatige vloer, over paps voeten… Ik zou bijna zweren dat pap medelijden met me ging krijgen en mijn straf op wilde heffen. Maar hij weerhield zich ervan met zijn meedogenloze gevoelens als rechercheur. Op het bureau mocht hij ook geen mensen sparen. En die mensen waren criminelen. Crimineel was een goed woord om mij te omschrijven, net als Paloma Brady. Ergens verdacht ik ons ervan dat we uiteindelijk in de bak gingen belanden als we zo doorgingen. En mijn eigen vader die me aangaf.
Ik zei niets toen ik uit huis ging. Ik wist niet wat ik moest zeggen. ‘Tot na schooltijd?’ Dat kon niet, want hij werkte. Hoe ging hij me dan in de gaten houden? Of vertrouwde hij me plots weer? Of hij nam gewoon vrij, maar dat leek me erg onwaarschijnlijk.
Mijn eerste les was wiskunde. Toen ik op school kwam, wierpen Paloma en ik geen dodelijk blikken naar elkaar. Wat me ontzettend verbaasde. Ik had er ook geen zin meer in, maar dat moest ik maar niet laten merken. Ik wilde niet als watje overkomen. Van de directeur hadden we een kleine straf gekregen. Hoezo een softie? We hoefden maar één middag wc’s te schrobben. Op mijn vorige school was het minstens zes hele maanden schrobben. En dan niet alleen de wc’s. We mochten daar meteen de hele dienst overnemen van de schoonmaaksters.
Bij wiskunde hadden Paloma en ik elkaar begroet! Dat viel me nog mee eigenlijk. Gewoon een korte, neutrale begroeting. Niet aardig, niet niet aardig.
Ik wist niet, maar ik voelde me niet goed. Er leek een betonblok in mijn maag te zitten dat de hele tijd drukte en drukte en drukte, maar het wilde er niet uit. Het gaf me de rillingen en een wee gevoel over mijn hele lichaam. Het kwam door Forks en Paloma. Zeker weten. Hier had ik anders nooit last van. Ik had nooit spijt van iets wat ik had gedaan. Nooit. En ik was even in Forks, ontmoette een gelijke (ja, een gelijke, ik meende mijn woorden met heel mijn hart en tegelijkertijd vervloek ik mezelf nu) en alles ging mis. Alles was anders dan het had moeten zijn. Eigenlijk zouden Paloma en ik nu Isabeau moeten overheersen. Maar wat waren we nou opgeschoten? Helemaal niets.
“Even uw aandacht hier!” De wiskunde leraar zei het zo dat de hele klas met geschokte gezichten stil was. Hij had een hoge, kinderlijke stem opgezet en het was niet om aan te horen. Ik werd spontaan bang voor die man. Terwijl hij me op het eerste gezicht nog wel aardig leek. Wat was zijn naam ook alweer? Ik wist het niet meer, ik was het volgens mij vergeten nadat Edward en Jasper in beeld waren gekomen en zijn uiterlijk in één oogopslag hadden overtroffen. “Jullie hebben het vast al allemaal gehoord, maar de dochter van de chief is terug!” De man gebaarde ‘sierlijk’ naar een meisje die verbaasd naar de man keek. “Isabella Swan!”
Het meisje stond een beetje verlegen voor de klas. Ze was helemaal niet verlegen van nature. Dat zag je toch zo? Ze had roodbruin haar, bruine ogen en een slank lichaam die niet graag sportte. Uiterlijk zei niet altijd alles. Ik mocht haar meteen niet.
Paloma snoof naast me diep in. “Fake,” siste ze zo zacht dat ik het enkel kon verstaan.
“Ben het met je eens,” mompelde ik bot.
Ons tweede gesprek van vandaag. Al een stuk meer woorden dan net. Het was tot nu toe het record van vandaag. Gingen we die nog verbreken?
“Bella,” mompelde het meisje voor de klas. “Ik heb liever Bella.”
De klas bleef haar stil aanstaren. De jongens keken haar bewonderend aan. Ze hadden een nieuw speeltje gevonden. Wij waren te eng voor ze geworden. De meisjes keken jaloers naar het meisje. Zo’n blik die ze ook kregen bij Isabeau.
“Vertel eens iets over jezelf,” glimlachte de wiskundeleraar.
“Ik ben Bella Swan dus.” Ze zei Bella met een nadruk. “Ik ben zeventien jaar, kom uit Phoenix. Ik hou niet van het weer hier, maar het is voor een goed doel. Mijn vader beter leren kennen.”
“Leugenaar,” lispelden Paloma en ik tegelijkertijd.
We keken elkaar even aan en daarna keken we weer weg. Alsof er niets was gebeurd.
“Was dat het?” vroeg de wiskundeleraar nieuwsgierig.
Isabella knikte en ze zocht een plekje in de klas. Haar blik viel op de twee lege plekken voor me. Wow, waar waren Edward en Jasper gebleven? Waren ze te laat?
“Nog even wachten, heeft de klas nog vragen voor Bella?” De leraar keek nieuwsgierig de klas in.
Een paar handen schoten direct de lucht in. De eerste vraag was nog niet gesteld en twee jongens kwamen kleddernat de klas in gestormd. Ze wierpen een korte blik op Bella en ik zag wat verafschuw in hun ogen. Hmm, misschien waren ze het wel met ons eens. Edwards hoofd schoot mijn kant op. Nieuwsgierig bekeek hij me even, maar concentreerde zich daarna op de leraar.
“Wacht even Liam.” De leraar kapte de jongen die zijn vraag stelde af en keerde zich naar Edward en Jasper. Hij trok zijn wenkbrauwen op. Alsof hij wilde zeggen; komt er nog wat van met dat excuus?
“Sorry meneer. Het is Edwards schuld. Hij had zich verslapen en hij is degene met een auto die Alice, mij en zichzelf naar school brengt,” vertelde Jasper droog.
Edward perste zijn lippen op elkaar. Hij nam een hap lucht. “Dat klopt meneer. Het is mijn schuld.”
“Ga maar zitten.” De leraar wuifde ze weg.
De jongens keken elkaar even aan en gingen toen naar hun plek toe. Ze ploften voor ons neer en ze begonnen ongeïnteresseerd ieder een kant op staren. Geen enkele blik wierpen ze op Isabella. En Isabella leek er niet heel erg blij mee te zijn. Aangezien haar gezicht op onweer stond.
“Wedden dat Isabeau en dat kind bij elkaar gaan klitten?” siste ik meer tegen mezelf dan mijn buurvrouw.
Paloma reageerde met een knikje en daarna bleef het stil.
Wat had Forks nou weer aan de haak geslagen?

Reageer (4)

  • Inger1234

    snel verder!!

    1 decennium geleden
  • Fenris

    _O_

    1 decennium geleden
  • xMagnifique

    verder(H)(H)(H)(H)(H)(H)

    1 decennium geleden
  • xWOLF

    Ahahaaa verder (A)

    1 decennium geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen