Max loopt koppig weg en ik zucht. “Goed we gaan dus opzoek naar verzet`s groep 1.”zeg ik droog. “Oke Frankrijk en Engeland zijn ingenomen. Duitsland wordt morgen ingenomen, we moeten dus naar Nederland.”zegt Mike. “Ja, maar ik denk niet dat verzet`s groep 1 in de vrije landen is. Ik denk dat ze zich schuilhouden ergens in de bezette landen. Misschien in Zwitserland of in Oostenrijk. Bij de hoge bergen.”zegt Tina. “Nee, ze bevinden zich ergens in de bergen of onder de grond. Er is een hele wirwar van gangen stelsels onder de grond. De meeste leiden van en naar de bergen. Schuilplaatsen gemaakt voor de oorlog uitbrak. De russen weten daar echt niks vanaf.”zeg ik zacht.

“Wij wisten dat dus ook niet.”zegt Blik. “Ik weet veel.”zeg ik droog. “Ja, ja maar we moeten die stelsels zien te bereiken.”zegt Lisa. “Nederland, plaats A-H gebouw V-O-M, verdieping -1.”zeg ik. “Geen idee wat dat betekent.”zegt Tim. “Ze bedoelt Nederland en de A-H staat voor een plaats, en dat V-O-M staat voor een gebouw in die plaats.”zegt Blik. ‘We spreken dat soort dingen in code voor het geval we afgeluisterd worden.’zeg ik. Ze knikken bergrijpend en we zetten de bespreking voort. Plannen hoe we gaan reizen worden snel gemaakt. Voedsel vinden wordt geen probleem, dieren genoeg.

De raadsleden stemmen daarmee in, om te overleven moeten we eten. Dus zullen we moeten jagen. Ik kijk omhoog naar de donkere wolken. Mazzel dat al onze wapens waterproof zijn. “Het gaat straks stormen.”zeg ik zacht. Blik en Roest maken wat geluiden. “Wij zijn wel waterproof.”zeggen ze dan. “Mooi.”zeg ik droog. “Laten we verder gaan.”zegt Tim. Ik knik en we zetten weer beweging in. We lopen verder en lassen geen pauze`s meer in. Als het begint te regenen trekt iedereen een muts over zijn of haar hoofd heen en lopen we verder. Na een flink aantal uren lopen is het gestopt met stormen.

We lopen zeker uren door, als de zon opkomt. “De russen zullen nu wakker worden en naar het kamp trekken.”zegt Tim zacht. Ja, daar had ik ook al aan gedacht. “Gelukkig zijn ze niet zo slim om ook in de nacht te reizen.”zeg ik zacht. Tim knikt en we lopen zwijgend verder. De eerste tekenen van Nederland komen in zicht. We zetten voort en stoppen even om te eten en uit te rusten. Na een half uur gaan we verder. Onderling wordt er zacht gepraat. Max is waakzaam en speurt de omgeving elke seconden af.

Na een week lang gelopen te hebben komen we aan in Almere- Haven. We stoppen en laten iedereen eten. Het is donker en we zoeken een plaats om te slapen. Hier en daar zien we kinderen die we mee nemen. We kloppen aan bij een oud gebouw. Er wordt open gedaan door twee mannen, zwaarbewapend. “O, nee een bende vluchtelingen. We hebben niet genoeg voedsel om ook hen te voeden.”zeggen ze geërgerd. “Geen zorgen we hebben zelf voedsel, we zoeken alleen een slaapplaats.”zegt Roest. “Robot`s! ze zijn dus nog niet uitgestorven. Dat betekent dat het verzet het goed maakt.”zegt de een tegen de ander. “Ik moet je teleur stellen alle verzet`s groepen zijn gevallen, behalve groep 1.”zegt Tim.

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen