Chapter 3. The look in her eyes
Setiap kali dia dilahirkan kembali,
Everytime she is born again,
Everytime she is born again,
Toen hij en zijn vriend aankwamen stonden zowel de wolven als de bloedzuigers allemaal bij de grens. Tussen hen in, precies op de grens, lag een in elkaar gedoken hoopje dat was besmeurt met modder. 'Wij nemen haar mee,' zei de lelijkste parasiet dreigend. Hij moest zijn ogen afgewend houden wilde hij niet direct de kop van de parasiet eraf slaan. Sam lachte spottend. 'En haar daarna zeker weer laten vermoorden.' De parasiet begon gevaarlijk te sissen en de jongens stonden meteen klaar om aan te vallen. 'Edward, houd op. We moeten met een oplossing komen, want als ik zo naar haar kijk is ze buiten bewustzijn,' zei de hoofd bloedzuiger. Ondertussen staarde hij naar het hoopje op de grond. Het moest een meisje voorstellen, maar het was zo klein. Vreemd genoeg had ze ook geen geur en liet geen enkel teken van leven zien. 'Ik haar opknappen, aangezien ze waarschijnlijk erg verzwakt is,' stelde de hoofd bloedzuiger voor. 'Jullie laten haar direct gaan zodra ze genezen is,' dreigde Sam. 'Is goed, maar ze mag er ook voor kiezen om bij ons te blijven.' Sam knikt met duidelijke tegenzin. Met een grijns op zijn lelijke gezicht liep de parasiet naar het hoopje toe. Zijn "zusje" was hem voor en wikkelde haar vest om het meisje. 'Edward, ik draag haar wel, aangezien ze geen kleren aan heeft,' zei ze. De meisjes parasiet tilde het meisje op waardoor het lange bruine haar van het gezicht wegviel. Ze had een mooi, fijn gezicht met een egale huid. Plotseling opende ze haar ogen en staarde hem aan. Het was alsof zich een nieuwe wereld opende alsof alleen zij nog bestonden. Hij wilde bij haar zijn, haar vasthouden en haar beschermen. Ze verbrak het magische moment door haar ogen weer te sluiten. Toen had hij pas door dat iedereen hem aankeek. Snel renden de bloedzuigers weg, waardoor alleen hij en zijn vrienden daar nog stonden. Hij probeerde de kleur van haar ogen te herinneren. Hij wist hoe ze eruit zagen, maar kon ze geen naam geven. Ze waren niet rood, niet zwart, niet groen, niet blauw, niet bruin. Ze waren kleurloos.
~
Plotseling herinnerde ze zich iets. Tranen en ogen. Bruine ogen. Ze herinnerde zich gevoelens. Verdriet en pijn. Haar buik leek samen te knijpen en bracht en naar gevoel met zich mee. Ze probeerde zich tevergeefs meer te herinneren, maar het lukte niet.
~
Plotseling herinnerde ze zich iets. Tranen en ogen. Bruine ogen. Ze herinnerde zich gevoelens. Verdriet en pijn. Haar buik leek samen te knijpen en bracht en naar gevoel met zich mee. Ze probeerde zich tevergeefs meer te herinneren, maar het lukte niet.
Reageer (1)
verder (K)
1 decennium geleden