{Narnia}When 2 enemies fall in love[Part Sixty-nine.]

Peter voelde een zacht duwtje in zijn arm.Langzaam opende hij zijn ogen en staarde recht in die van Lucy.’Goedemorgend broertje!’kirde ze,’Lekker geslapen?’’Best wel’mompelde hij terug,’Jij?’’Ja,goed,dankje...gaan we naar de anderen?’vroeg ze lief,’Ik heb mensen gehoord dus moeten er al wakker zijn.Ik denk Susan en Caspian.’Ze trok Peter uit bed.Hij draaide zich om wanneer ze zich waste en aankleedde en zij deed hetzelfde bij hem.En ja hoor,Lucy had gelijk.Susan en Caspian zaten knuffeldend te wachten.Peter floot plagend.’Hé Pete!’zei Susan lacherig,’Dat weet je toch al!’’Zijn Bella en Edmund nog niet op?’vroeg Lucy.’Klaarblijkelijk nog niet,’deelde Susan mee.Caspian kreeg een duivels lachje op zijn gezicht.’En wat als we hen eens gaan bespioneren?’grijnsde hij.’Ach neen!Dat mag niet!’zei Lucy geschokt.Caspian knipoogde naar Peter en trok hem mee.Lucy en Susan bleven achter.Peter en Caspian stonden voor de slaapkamer van Bella en Edmund.’Waarom wil je dit eigenlijk doen?’vroeg Peter bijna geluidloos.’Zij hebben mij zitten pesten dus ik bespioneer hen!’fluisterde Caspian meedogeloos.’Maar zij hebben mij niets gedaan!’’Ach Peter..Je gaat toch geen mietje worden!’’Neen maar..Oké dan!’Caspian grijnsde triomfantelijk omdat hij zijn zin had gekregen.Samen gluurden ze door het sleutelgat.Bella lag in Edmunds armen,te praten over koetjes en kalfjes.’Hij denkt echt dat hij een romanticus is,’zei Caspian afkerend.’Je hebt de bloementruc van hem.’zei Peter.Net toen ze hun hoofden naar elkaar toe bewogen deed Caspian de deur ruw open.Bella slaakte een klein gilletje en Edmund verschoot.’Slaapkoppen,opstaan!’zei hij triomfantelijk.’Hé Caspian!’zei Bella geïrriteerd,’Het moet jou weer zijn!’’Neen,zie je Peter dan..Hé!Waar is Peter?’Caspian keek verward om zich heen.’Ik zie geen Pete,’zei Edmund die zijn schouders ophaalde,’Ben je wel zeker dat je geen waanbeelden zien?’Caspian keek hem nijdig aan:’Hij wàs hier!’Peter was er stilletjes onderuitgeluisd om op zijn kamer de brief te gaan halen.Dit was een goed moment om die aan Rateltak te geven,niemand lette op.Snel liep hij naar buiten,naar het bos waar hij om Rateltak riep.Snel kwam de vosbruine eekhoorn met de vele woorden tevoorschijn.’Oh,majesteit.Wat kan ik voor u doen?’’Ik zou graag hebben dat je deze brief aan prinses Selena van Andalusia brengt.Wanneer zij hier terecht kwam samen met haar zus was ze bij ons.Zij weet dus hoe we echt zijn en is te vertrouwen.Maar je moet het alleen maar bezorgen als dat past,’legde Peter uit.Rateltaks ogen begonnen te glinsteren:’Maar natuurlijk,hoge koning.’Peter bezorgde hem de brief,bedankte hem en Rateltak zoefde weg.Toen Peter terugging,hing er een ongemakkelijke sfeer tussen Bella,Edmund en Caspian.