What Did I Miss?!?
Ik voelde de haat en de spanning tussen hun in hangen, zag hoe ze opgesteld waren als een leger in het midden van een veldslag. Ik was deze keer het deel dat ze moesten overwinnen. Ik haalde diep en duidelijk adem zodat ze niet vergaten dat ik er nog steeds was. Ik bleef dicht bij Carlisle staan, keek toe hoe de 2 jongens voor elkaar stonden met hun eigen manschappen achter hun. Ze glimlachten vaag, gewoon zodat ik me geen zorgen zou maken maar dat was niet echt mogelijk. Ik zag Jake iedere keer even naar me omkijken, voelde hoe hij bang was dat hij me nooit meer zou terug zien als er iets mis ging. Ik voelde hoe de lucht warmer werd en regen zacht neerviel op het schouwspel. Ik voelde hoe ik mezelf versmachte in eigen berouw maar wist niet hoe te ontsnappen. De jongens probeerde hun trots te bewaren zonder hun belofte aan mij niet te vergeten. Ik wilde graag huilen, gewoon om duidelijk te voelen dat ik nog steeds bestond. Alles kon goed of fout gaan maar wat het ook zou zijn, het zou een deel aan mij liggen. De druk en de hoofdpijn terwijl ik hun langzaam aanstaarde, frunnikend aan de mouw van Carlisle's jas. Ik wilde tussen hun in gaan staan, wilde zeker weten dat geen van hun iets fout kon doen of iemand bezeren.
Ik zag hoe Jasper heel diep adem haalde en zijn trillende hand omhoog reek, naar hem toe. De stilte doorbrak door een luide ademstoot die vanuit mijn borst kwam terwijl ze elkaar de hand schudde. “Ik denk dat we weer aan een stem nieuwe regels toe zijn...” zei Carlisle vlak. Ik knikte, verborg mezelf tegen zijn arm. Hij streek langs mijn rug en probeerde de spanning niet te voelen die door me heen schoot. De wolven gaven een zachte grom en Jasper sprak. Het zachte geluid van zijn stem was als een symfonie in mijn oren, het gevoel van rust binnenin mijn hart. “Het spijt me echt, Jacob!” zei hij oprecht. Ik hoorde het in de schuld in zijn stem, ik kende hem beter dan ik dacht. Ik rolde mijn nek, voelde een steek door me heen gaan terwijl ik daar over na dacht. De beelden flitste terug aan me voorbij en mijn adem raakte langzaam op uit mijn longen. Ik herkende ieder gevoel van zijn huid onder mijn vingers en zijn stem als hij sprak. Het was net als het moment waar hij duizenden keren tegen me gezegd had dat het hem speet. Ik wist hoe iedere krul in zijn haar liep en hoe hij nooit merkte dat als hij naar me keek mijn hart een slag oversloeg. Ik liet langzaam Carlisle los, mijn gedachten als een web dat verstrikt raakte met wat ik wist en in geloofde. Iets klopte nog steeds niet! Leyna... Ik griste naar mijn mobiel, zocht naar haar nummer. Zij bestond, haar nummer bestond. Ik hoopte dat niemand het merkte maar ik zag hoe Alice en Edward twijfelend naar me opzij keken. Ik drukte op de beltoets en legde het trillend tegen mijn oor aan.
“Dit nummer is niet meer in gebruik, bel naar de inlichtingendienst voor meer info...”
Iedereen leek zijn aandacht nu terug tot mij gericht te hebben, het onzichtbare deel dat altijd weer moest opvallen. Ik keek ze allemaal aan, fronste bij iedere herinnering die ik had. Een coma? Hoe kon ik me dit alles herinneren?
“Edward?”
Hij beet op zijn onderlip en keek vragend naar Jasper. Het ongeval... Ik kon het voor me zien maar voelde de pijn niet die ik hoorde te voelen. Jacob siste,”zeg het haar, bloedzuiger!”
Mijn hart bonsde en de wereld draaide te snel om me heen.
“Ik was niet zolang in coma...”
Ik zag een stel ogen voor me, ogen die ik nergens leek te kunnen plaatsen. Ze waren in mijn gedachten, vlak voor ik mijn wagen over kop zag gaan. De gedachten waren niet van mij. Ik kon mezelf in de wagen zien, kon Jasper en Emmett zien aanlopen. Het waren gedachten van iemand anders. “Leyna...” zei Rosalie opeens. Ik fronste, keek haar vragend aan en zag Jasper naar de grond staren. “Toen ze jullie aanviel, heeft Jasper geprobeerd... Hij was te zwak en jij duidelijk ook. Hij had je bijna vermoord door je bloed te drinken..."
De wereld viel in elkaar. Leyna was dood, vermoord door Jacob. De pijn in mijn nek die ik al dagen probeerde negeren had eindelijk een plaats gekregen. Ik liet mijn vingers onder mijn haar glijden en voelde de koelte die daar te voelen was. Jasper had me gebeten maar was niet gestopt. Ik was te zwak. Hij had me bedrogen. Alles was echt gebeurd en toch wilde ze me doen denken dat ik het gedroomd had! Waar was het mis gegaan?
“Jake?”
Hij keek schuldig weg net als de anderen. Ze wisten er allemaal van. Alles was echt, dit was echt, mijn leven was echt. Wat had ik over het hoofd gezien?
Edward zuchtte en deze keer zei ik mijn gedachten hardop,”... vertrouwen, dat zag ik over het hoofd. Ongelofelijk...”
Ik keerde me van hun weg en snelde door de bomen heen, wist dat niemand me zou volgen. Wie was ik nu precies en wat was nog echt in mijn hoofd.
Reageer (2)
ik snap het ook niet..
1 decennium geledenik snap het inderdaad niet.
1 decennium geledensnel verder!