Foto bij 10. Do You think We're Alone, Miss?

Haar moeder sloeg haar hand voor haar mond. “Dat klonk zo serieus.” Ze keek naar Katherine. “Zou het negatief zijn? Dat moet haast wel.” Haar moeder keek een beetje gepanikeerd. “Moeder, het zal wel meevallen.” “Zijn gezicht stond streng, wat als hij nu zegt dat zij uit zijn buurt moet blijven? Oh nee.” “Moeder, houd u rustig. Myreille kan goed voor haarzelf zorgen.” “Oh nee, ik moet naar daar toe.” “Moeder, kalm aan. Als u zich in de buurt gaat begeven dan valt het hard op. Myreille komt vanzelf wel terug.” Haar moeder luisterde maar oppervlakkig, zich teveel zorgen makend over Myreille.

Na enkele minuten zuchten van haar moeder aan te horen die zich veel te veel zorgen maakte, verscheen Myreille weer in de verte. In Sixton zijn armen geklemd, begaf ze zich dichter naar Katherine en haar moeder toe. Haar moeder kon het bijna niet houden van de zenuwen. Met een glimlach verscheen Myreille terug bij de dames. Heer Sixton liep verder. “Hij heeft het me gevraagd.” Hyperactief klonken de woorden uit haar mond. Katherine en haar moeder onderschepten ieder een klein gilletje. “Hij gaat nu om vaders zegen vragen.” Katherine had haar zus nog nooit zo opgewonden gezien. “Kom, we gaan meteen naar je vader. Ik wil het meteen weten.” De moeder nam in elk hand één dochter en baande zich een weg naar haar vader.

“Waarom duurde het zolang?” De vreugde was in Katherine’s stem te horen. “Hij was zelf verlegen. O wat een lef om dat te zeggen, wat een man!” Katherine lachte om het dromerige antwoord van haar zuster. Aangekomen zagen de vrouwen beide mannen in gesprek. Bij ieder af en toe een glimlach, maar op zijn tijd ook weer een serieuze knik. Op veilige afstand konden de dames maar enkel wachten.
Op een gegeven moment draaide beide mannen zich naar de dames toe. Glimlachen kwamen elkaar tegemoet en de dames wisten meteen welk antwoord hun vader had gegeven. Het stond vast, Myreille Odema zou snel een nieuwe naam krijgen.

Later die avond kon het geluk van de dames niet op. Myreille danste heel de avond met haar aanstaande, haar moeder stond bij de andere vrouwen al meteen te pochen met de verloving. Katherine vermaakte zich op haar eigen wel. De dans en drank waren leuk, maar de omgeving was magisch. Ze liet haar voeten zich door de wondermooie kamer een weg banen naar buiten. Kaarsen gaven voldoende licht om het terras te zien. Enkele tafeltjes stonden er, net zoals mensen. De meesten vermaakten zich binnen. Ze kwamen alleen naar buiten voor de afkoeling.

Katherine bewonderde de zwarte hemel met de witte fonkelende sterren. Het had iets fascinerends, zoals heel de ruimte. “Mooie sterrenhemel vannacht, vind u niet mejuffrouw Odema?” Katherine schrok van de stem naast haar, Nathan. “Inderdaad, jongeheer Darcy. Het contrast is heel mooi deze nacht.” Nathan knikte. “Denkt u dat wij de enigen zijn in deze ruimte mejuffrouw?” Niet wetend at te antwoorden, keek ze naar hem. “Als wij de enige zouden zijn, dan zou het zonde zijn van al die ruimte.” Katherine moest lachen om zijn opmerking. “Lacht u mij uit mejuffrouw?”

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen