~41

Jamie kijkt ook verwonderd en rent daarna de trappen af. Na mijn mond gesloten te hebben, draai ik me om naar Yu en geef hem een kus op zijn mond. ‘Het is prachtig hier! Hoe heb je dit gevonden?’ Yu kijkt even weg. ‘Nou de vrouw die je net sprak, is de oma van een ex van me. Eliza haat me nu, hoe logisch, nadat ik like 5 keer vreemd ben gegaan, maar haar oma heeft er blijkbaar geen problemen mee…’ Ik lach. ‘Niemand kan toch lang boos blijven op zo’n lieve jongen!’ fluister ik en ik knijp hem zacht in zijn wang. Yu lacht en drukt een kus op mijn slaap. ‘Ik ben blij dat je het mooi vindt.’ Yu pakt mijn hand en loopt samen met me de trap af. Jamie rent ondertussen vrolijk achter de vlinders aan. Af en toe kijkt hij met grote ogen naar een vlinder, die dan ineens wegvliegt en dan rent hij daar weer achter aan. Ik glimlach blij. Yu loopt met me naar een nep waterval met een bank ervoor. Na een paar vlinders van de bank te hebben gehaald, gaan we er zitten. ‘Wat is dit voor plek?’ fluister ik na rond te hebben gekeken in de kas met allerlei exotische bloemen en vlinders. Yu grinnikt om mijn reactie en strijkt langs mijn wang. ‘Een soort vlindertuin, waar ze onderzoek doen naar verschillende soorten vlinders en het effect op van planten op vlinders.’ Ik knik begrijpend en lach, als er een in zijn haar land. Yu merkt het blijkbaar ook, want hij stopt met bewegen. Na een tijdje krijgt Yu er genoeg van en begint hij met zijn hoofd te schudden, om de vlinder kwijt te raken. Alleen de vlinder denkt er anders over, die blijft gewoon zitten. ‘Hè, vlindertje.’ Fluister ik en ik glijd met mijn vingers Yu’s haar in. ‘De bloem waar je op zit, is van mij en ik ga hem niet met je delen, sorry.’ Voorzichtig ga ik verder zijn haar in dichter naar de vlinder toe. Die trekt zich er echter niets van aan tot ik aan hem kom. Het kleine gekleurde beestje vliegt op en landt dan in mijn haar. Yu lacht zacht. ‘En nu zit je op mijn bloem. Ach, ik deel haar wel met je. Je maakt haar toch alleen maar mooier.’ Ik bloos en kijk verlegen weg. Hij is echt veel te lief. Yu tilt zacht mijn kin op en drukt een kus op mijn lippen. Terwijl ik mijn armen om zijn nek sla, vliegt de vlinder weg. Alsof hij ons niet langer wil storen. Langzaam likt Yu over mijn lip en ik laat gelijk zijn tong binnen. ‘Mama! Papa! Kijk!’ Ik schrik en laat Yu’s lippen gaan. Jamie komt op me af gerent met een grote blauwe vlinder in zijn haar. Het staat hem echt verschrikkelijk lief. De vlinder vliegt echter weg en Jamie komt op mijn schoot zitten. ‘Waarom loopt mama niet rond?’ vraagt mijn zoontje me. Ik lach zachtjes. ‘De vlinders komen wel naar mij.’ Mijn zoontje schudt zijn hoofd. ‘Deze niet!’ Jamie springt van mijn schoot en begint te rennen. Ik kijk hem na en dan naar Yu. Die komt ook overeind en pakt mijn handen vast. ‘Kom.’ Fluistert hij en hij trekt me mee. Met een glimlach op mijn gezicht, volg ik de twee jongens tussen de vlinders door. Het lijkt hier wel een tropisch eiland, met al die bloemen en vlinders. Jamie geniet en wijst zijn vader op een paar opgezette vlinders. En op de een of andere manier, kan Yu hem vertellen wat voor vlinders het zijn. Ik kijk eens goed om me heen. Ik zou hier eeuwen kunnen blijven. Het is hier zo mooi. ‘Vind je het mooi?’ Ik kijk op en zie de oude vrouw bij Jamie staan. ‘Geef me je handje eens.’ Zegt ze tegen Jamie en ze pakt een klein glazen buisje uit een doos die ze bij zich heeft. Dan pakt ze Jamie’s hand en druppelt er wat van de vloeistof uit het buisje op. ‘Laat dat maar aan de vlinders ruiken.’ Zegt ze en gelijk schiet Jamie weg. Al snel zit hij helemaal onder de gekleurde vlinders. Ik moet erom lachen, net als Yu en de vrouw. Mijn zoontje rent echter weg met een aantal vlinders nog op zich. Yu pakt mijn hand weer en we lopen terug naar de bank. Daar ga ik tegen Yu aan liggen en geniet van alle kleuren om ons heen.

De hele dag zitten we tussen de vlinders. Maar uiteindelijk moeten we toch naar huis. We bedanken de vrouw en gaan dan naar de auto. ‘En nu jullie spullen halen.’ Ik knik en kijk naar de achterbank. Daar ligt Jamie al te slapen. Het is ook een vermoeiende dag geweest. Vlot rijden we naar huis en ik haast me naar mijn kamer. Daar pak ik wat spullen in en, zonder iemand te zeggen waar ik heen ga, loop ik weer naar buiten. Ik voel me vrij als ik in Yu’s auto zit en geniet dan ook van de rit naar zijn appartement. Als hij de auto heeft geparkeerd, pakt hij Jamie op en loopt naar de liften. Ik volg en fluisterend gaan we naar boven. Voor de deur houd ik Yu echter tegen. Zwakjes voel ik drie aura’s. Twee maken me niet uit, want dat zijn Shin en Romeo, maar de laatste. Die maakt me nerveus, en een irriteert me vreselijk.