Alexis June POV.
We reden door Forks. Het was echt precies wat ik verwachtte. Kleine huisjes, de meeste van hout, stonden aan de rand van het dorp. Daarna kwamen de gewone rijtjes huizen, en de 2-onder-1-kapwoningen. Binnen 2 minuten waren we in het centrum, met een bibliotheek, een supermarkt, een snackbar en een kledingwinkel. Wauw. Wel vier hele winkels.
Wat een hel.
Desondanks was ik verbaasd dat we niet terugreden naar de 2-onder-1-kapwoningen. We waren niet echt rijk, nooit geweest ook, maar dat had ik geen probleem gevonden. Thuis – in LA, verbeterde ik mezelf – woonden we in een bescheiden, maar gezellig huis, met veel witte kleuren. Maar waarom reed pap nou door? Toen kwam de gedachte bij me op dat hij ons waarschijnlijk het hele dorp wou laten zien. Wat zou het toch een ramp zijn als zijn vrouw en kinderen niet iedere vierkante centimeter van zijn geliefde Forks zouden hebben bestudeerd. Ik snoof.
We reden naar de huizen die een beetje op die van LA begonnen te lijken, maar daar alsnog wat klein voor waren. We reden ook dichter naar het bos, en ik voelde me ineens prettiger. Ik had altijd al van de natuur gehouden, het had een bepaalde aantrekkingskracht die ik niet kon negeren. We reden het bos in, en ik bestudeerde de bomen goed. Ze waren bedekt groene zooi, en het was geen mos. Ik vroeg me af hoe dat zou komen. Misschien was hier een alien geweest en had groen slijm over het bos gegooid. Of er groeide hier een zeldzame, giftige plant die eerst Forks, en daarna de hele wereld groen kleurde. Ik schudde met mijn hoofd. Doe normaal, Lexie. Ik merkte toen pas dat we stilstonden. Met grote ogen keek ik naar het huis voor me.
“Zo,” zei mijn vader op een gespannen, verwachtingsvolle toon. “Wat vinden jullie ervan?”

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen