Foto bij [4.4] The Reason

Mia

Verbazend dat er nog zoveel mensen buiten zijn op dit uur. Nog verbazender is dat niemand 2 kleine kinderen opmerkt, waarvan 1 onder bloed besmeurt. Ik vraag me af waarom we blijven wandelen. Kiara kan toch vliegen? Ik heb het haar al eerder zien doen. Wil dit nu zeggen dat ik ook kan vliegen? Ik ben zo diep in gedachten verzonken dat ik niet merk dat ik tegen Kiara aanloop. Ze is abrupt gestopt. Ik zie niet waarom.

Ze blijft een groot raadsel voor me. Haar gezicht loopt van verbaasd naar kwaad. Wat ziet ze? Ik kijk naar dezelfde richting. Ik zie niets opmerkelijk. “Kom.” Beveelt ze me boos. Boos om wat ze gezien heeft? In een snelpas lopen we een steegje in. Het einde nadert snel. Ze laat me weer abrupt stoppen. “Sla je armen om mijn nek en doe je ogen toe.” Ik kijk haar even vreemd aan. “Nu!” Roept ze. Verbluft sla ik mijn armen om haar nek en doe mijn ogen dicht. “Houd je ogen dicht, waag het niet ze te openen!” Ik knijp mijn ogen dicht en voel haar lichtjes bibberen. Wat gebeurt er? Langzaam aan voel ik de grond onder mijn voeten verdwijnen, we vliegen.

Ik kan het niet laten om even 1 seconde mijn ogen te openen. Meteen doe ik ze weer dicht. Haar spierwitte vleugels werken op volle kracht. Het is eng om zo hoog te vliegen. Het lijkt of we nog steeds hoger gaan aan de koude te voelen. Als snel voel ik dat we weer dalen. Wanneer ik terug vaste grond voel, durf ik mijn ogen weer te openen en haar los te laten. Meteen klampt er een mist rond mijn ogen. Ik wrijf eens, maar kom tot de conclusie dat de mist rond mij hangt. Kiara loopt door. Ik draai me om en wil haar volgen tot ik zie waar we beland zijn.

Reageer (1)


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen