~23
Na een paar uur, laat ik me zwaar hijgend op mijn bed vallen. Het trainen valt me zwaarder dan gedacht. Ik heb van alles moeten proberen. Gedachten lezen en veranderen, dingen uiteen scheuren met mijn klauwen en allemaal dat soort dingen. Dingen die ik niet wil leren, maar echt veel keuze heb ik niet. Na een paar minuten zakken mijn ogen dicht, en val ik in een diepe droomloze slaap.
~
De dagen erna waren niks bijzonders. Ik stond op om een uur of 4 s’middags trainde en werd ‘gevoerd.’ Daarna was de dag wel weer om en ging ik weer naar bed. De regelmaat irriteerde me enorm. Ik kon, en kan, het nog steeds niet geloven. 4 dagen lang al word ik behandeld als een baby. Als niks. Het voelt ontzettend slecht. En bovendien putten de trainingen me enorm uit. Een zachte klop op de deur, laat me opschrikken uit mijn gedachten. Rose steekt haar hoofd om de hoek van de deur, en kijkt me vragend aan. “Kom je?” Ik kijk haar aan en knik. We gaan jagen, en met we bedoel ik Yami en ik. Het stelt me niet gerust, integendeel het maakt me nerveuzer dan ooit. Een beetje mokkend sta ik op en loop naar mijn kledingkast. Daar haal ik wat kleding uit, een broek met scheuren en een korte mouwen shirt. Ook gris ik mijn lange zwarte jas me. Yami heeft me die gegeven. ‘Zodat ik niet zo erg opval in de mensen wereld’, of zoiets. Met een zucht trek ik hem aan en doe ook vingerloze handschoenen aan. Daarna loop ik mijn kamer uit. Beneden staan Yami en Rose al te wachten. Een immense drang om eindelijk naar buiten te gaan, neemt het over en ik spring over de gang balustrade. Op een knie land ik voor Yami. Yami glimlacht naar me en tilt mijn kin op. Ik staar hem fel aan. Het kan me niet schelen, dat hij sterker is dan ik. Ik kan er gewoon niet tegen dat hij me hier opgesloten heeft. Snel kom ik overeind en loop naar de deur. Gelijk wordt echter mijn weg alweer versperd door Yami. “Er zijn wat regeltjes, meisje”, fluistert hij bijna liefkozend. Ik walg er een beetje van, maar knik toch maar. “Ten eerste: ik jaag, jij eet en ten tweede: je blijft ten alle tijden in mijn buurt.” Waarom zou ik? Hij is mijn baas niet. Ik knik een beetje star. Alsof je een eikenboom door wilt laten buigen. “Goed, dan gaan we. Ga je mee?” Ik knik en volg hem de deur uit. Rose glimlacht nog even, maar ik negeer haar. De frisse lucht doet me goed, net als de bosgeur. Dat je dat na 4 dagen al kunt missen. Yami is blijkbaar hongerig, want hij begint gelijk te rennen. Ik besluit er ook maar gelijk achteraan te gaan. Hoe moe ik ook ben. En hoe slecht ik zijn hoge tempo ook bij kan houden. Al snel staan we op de eerste daken van de stad. Het is nacht, maar de stad bruist van het leven. Er is een of ander festival, dus alle straten zijn vol. Yami had dit blijkbaar niet gepland, want hij vloekt zacht. “Kom mee,” gromt hij na een tijdje. Ik knik niet eens, maar volg hem gelijk. We beginnen door de straten te lopen, alleen niemand kan Yami bevredigen in zijn verwachting. Mijn hart slaat echter in mijn keel van opwinding. Zoveel mensen heb ik in tijden niet meer gezien. Zouden de jongens hier ook rondlopen? Yami vindt het blijkbaar maar niks dat ik zo in de mensen menigte staar, want hij slaat snel een steegje in. Daar merk ik gelijk, dat zijn humeur verbetert. Als ik wil kijken waarom, krijg ik de schrik van mijn leven. Daar staan de jongens gewoon wat te praten. Verschrikt ga ik naast Yami staan en bekijk zijn gezichtsuitdrukking. Hij onderzoekt ze met zijn ogen. En wat hij ziet vindt hij prima. Zijn ogen glijden als eerste over Yu’s gestalte, maar dat bevalt hem niet zo. “Iets te gespierd kan moeilijkheden geven, als je niet snel genoeg handeld,” mompelt hij fluisterend. Ik luister er niet echt heel erg naar, mijn hart slaat alleen maar in mijn keel van spanning. En eigenlijk ook van geluk. Ik zie Yu weer. Hij had me in de afgelopen dagen wel gesmst en gebeld, maar ik mocht nooit opnemen. Hij zal wel teleurgesteld in me zijn, me nooit meer willen zien… Gelijk is mijn stemming bedompt. Mijn gedachten gaan nog even zo door en ik besef hoe graag ik Yu zou willen zoenen. Hij lijkt zo dichtbij, maar hij is zo ver weg. “Goed, die kleine is het makkelijkst, lijkt me.” Fluistert de zwartharige vampier naast me “Kijk en leer.” Ineens schiet Yami weg en ik kijk hem verschrikt na. Nee, dit mag niet gebeuren!
Reageer (1)
ohshit o_o
1 decennium geledenniet Kiro :c
snel verder ;o