8.4 A tree with a secret
Met een zwaai werd ik door Jacob het gat uit geslingerd. Door de kracht van de beweging viel ik tegen hem aan waardoor we allebei op de grond belandde. Het zweet brak me uit. Hoe kon die jongen toch zo warm zijn? Zou dat een wolvending zijn? Met een grijns staarde Jacob me aan.
‘Lig je lekker? Je mag best nog wel even blijven. Voelt toch veel beter dan een Cullen?’
Zijn vraag negerend rolde ik van hem af. Zachtjes zuchtend sprong hij op en greep mijn hand.
‘Kom we moeten nog maar een klein stukje.’
En zwijgend liepen we hand in hand door totdat we bij een kleine grot kwamen. Voorzichtig kropen we erdoor heen en al snel kwam ik erachter dat het geen grot maar een tunnel was. Aan de andere kant kwam je midden in een rotswand uit. De wand liep steil naar beneden richting honderden vissen. Met een plof ging ik zitten en liet mijn benen over de rand bungelen. Aan het geschraap naast me kon ik horen dat Jacob ook was gaan zitten. Een diepe zucht kwam over zijn lippen terwijl hij steentjes het water in liet schieten.
‘Hoe?’
‘Dat kan ik ook vragen.’
Met een pijnlijk gezicht keek hij me aan. Zijn ogen waren nog steeds het aller donkerste bruin en gaven me het gevoel dat hij me nooit in de steek zou laten.
‘Mila! Maak het nou niet moeilijker dan het al is. Alsjeblieft?’
‘Ik zie het in je ogen. De manier waarop je je beweegt, hoe je ruikt, hoe je lacht.’
Aarzelend keek ik hem aan.
‘Ben je nu bang?
‘Waarom zou ik bang zijn? Ik heb op internet gezocht en daar staat dat weerwo, Dat jou soort erg bloeddorstig is maar dat kan nooit over jou gaan. Jij zou nooit iemand iets aandoen. Dat weet ik heel zeker.’
Onderzoekend keek hij me aan, alsof hij erachter probeerde te komen of ik wel de waarheid vertelde. Opeens knikte hij alsof hij iets besloten had.
‘Het komt door mijn bloed. Mijn overgrootvader had het ook. We kunnen er niets aan doen. Het is er gewoon opeens. Soms zou ik willen dat het niet zo was, Maar het is wel zo.’
Hij lachte zijn blaffende lach.
‘Het heeft natuurlijk ook voordelen. Ik ben sneller dan ik ooit geweest ben, heb het nooit meer koud en genees sneller dan wat dan ook. Maar de nadelen, het niet ouder worden, iedereen waarvan je houdt zien sterven, de roedelgeest, geven me ook het gevoel dat ik niet normaal ben. Dat ik een monster ben’
‘JAKE. Dat mag je niet zeggen. Nooit meer! Als er iemand geen monster is dan ben jij het wel.’
Even staarde hij me aan terwijl hij zachtjes mompelde ‘Wat hebben al die vrouwen toch? Is het vallen voor monsters opeens de nieuwe Hollywood-trend ofzo?’
Ik grijnsde en trok hem overeind terug de donkere tunnel in. Halverwege stopte hij. Ik zag helemaal niet maar ik wist zeker dat hij nu net zoveel zag als ik zou zien als er grote lantarenpalen stonden.
‘Moet jij mij nu niet iets opbiechten?’
‘Wat dan?’
‘Iets over je.. euh werk?’
‘Dat weet je toch al.’
‘WAT!? Hoe weet jij dat ik het weet?’
‘Hoe weet jij wat je weet? Dat mag je helemaal niet weten.’
‘Okey dan antwoorden we allebei niet.’
Even pruilde ik
‘Wil je het me niet vertellen dan?’
‘Ik zou niets liever willen maar ík mag je het niet vertellen.’
Met een zucht trok Jacob me verder. Aan het einde van de tunnel zag ik de buitenlucht. Het was nu of nooit.
‘Weet je nog wat je in mijn kamer zei? Dat hier iets aan de hand was wat niet menselijk was? Had je het toen alleen over jezelf?’
Jacob gezicht lichte op in het zonlicht dat naar binnen scheen, Maar het stond niet vrolijk zoals het normaal stond. Het stond ernstig
‘Nee, dat had ik niet. En daarom moet je hiermee ophouden. Je loopt gevaar. Ik wil niet dat jouw iets overkomt. Kan je er niet gewoon mee ophouden? Misschien hoor je sommige dingen wel niet te weten. Misschien zijn ze wel te gevaarlijk.’
‘Ik kan niet stoppen. Het is een soort van verslaving. Ik moet achter dingen komen die ik eigenlijk niet mag weten.'
Reageer (5)
Snel Verderr!
1 decennium geleden'xx <3
Oeh! Verder! Wat gaat er nu gebeuren! Verdeeeeeeeeeeeeeeeeer
1 decennium geledenSnel verder!
1 decennium geledenVerderrrrr!!
1 decennium geledenSnel verder <3
1 decennium geleden