'Misschien.' Ik gaf half eerlijk antwoord. 'He. Kijk eens niet zo sip!' Jessica probeerde mijn mondhoeken omhoog te trekken, missie mislukt. Ze snapte niet dat ik niet weg wilde, pap wel. 'Eu. Jessica.' ik keek haar aan. 'Misschien voel ik me daar niet thuis.' Voor haar was het een raadsel dat ik me zo voelde. Misschien wilde ik wel hier blijven. 'We hebben geen tijd te verspillen.' zei Jessica enthousiast en trok me mee naar de auto. Met papa. Jessica ging achter het stuur zitten, tot grote protest van pap. Maar toen ze hem duidelijk maakte dat hij de weg niet wist, en zij wel, ging hij akkoord. Ik zuchtte hoorbaar in de auto, nog steeds iets in mijn hersenen dat niet geloofde dat het echt was. 'Vertel nu over de campus.' zei ik en trok mijn schoenen uit. Ik ging met mijn voeten op de achterbank van de auto zitten, met mijn hoofd op mijn knieën. Met een autogordel aan, weliswaar, of pap zou gek worden. 'Het is lang geleden opgericht.' zei Jessica en was blij, alsof ze eindelijk terugging naar haar geboorteplaats, een plaats waar ze het liefste was. ' Het was voor halfgoden, dus de kinderen van een god en een aards mens. Omdat halfgoden moeite hadden met de gewone school en hun krachten niet konden beheersen door woede of andere emoties.' 'Zoals?' Ik moet ongegeneerd lachen toen ik me verschillende taferelen voorstelde in mijn hoofd. 'Zoals een juf bijna opblazen en andere dingen.' Ik lachte en leek al wat meer positiever: op de campus zouden dan toch wel veel dingen te beleven zijn, ookal waren mijn vrienden er niet. 'Dus.' Jessica ging voort. 'Of de halfgoden werden bedreigd door iets, en daar waren ze veilig. Want alleen mensen met goddelijk bloed kunnen de campus binnen. Of andere wezens, maar al zeker geen gewone mensen.' Ik knikte. 'Het zal je wel bevallen.' ze glimlachte wanneer ze dat zei, want ik zag dat haar kaken boller werden. 'En ik ga mee.' Mijn gezicht klaarde op: 'Echt?' 'Zou ik daar grappen over maken?' Ik lachte:'Niet echt, neen.' Pap keek naar buiten, triest maar probeerde positief te blijven. 'Wat zijn die beesten daar?' Ik keek naar buiten en zag een mensje van ongeveer kleiner dan een meter en met een donkerbruine mantel met kap achter een boom springen. Jessica zuchtte:'Hades houdt ons in de gaten.' 'Wat zijn dat?' vroeg ik met opgetrokken wenkbrauwen. 'De doden- Nee, eerder de ondoden. Ze houden Rose in de gaten. Voor te zien dat ze een keer helemaal alleen is en hij haar kan meenemen.' Ik slikte. 'Maar op het campus ben je veilig.' Ze lachte terug. Na een hele tijd sloeg Jessica het bos in en na een tijd daar, stopte ze. We waren er.

Reageer (2)

  • Thundershock

    Heel mooi <3.

    1 decennium geleden
  • HARREH

    Mooooooi. (flower)
    EN IK VERTEL DE WAARHEID, DUS GEEN WELLUS-NIETUS MEER DOEN. (krul)
    haha. :3
    x

    1 decennium geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen