Orpheus en Eurydice
Orpheus was de zoon van de koning van Thracië en de muze Calliope. Van haar had hij de gave van de zang geërfd. Van Apollo had hij een lier gekregen. Als hij op die lier speelde en zong, kon niemand zijn muziek weerstaan. Alle mensen, dieren, planten, zelfs stenen kwamen naar hem toe om te luisteren.
Op een dag ontmoette Orpheus de prachtige nymf Eurydice. Ze werden verliefd en besloten te trouwen.
Op de trouwdag wilden de fakkels niet branden, een teken van ongeluk. Iedereen hoopte dat er niets zou gebeuren, maar natuurlijk was het onvermijdelijk. Terwijl Eurydice met haar vriendinnen danste op het veld, trapte ze op een slang. De slang schrok op en beet Eurydice in haar enkel. Toen Orpheus zijn vrouw zag vallen, rende hij naar haar toe. Maar het was al te laat.
Orpheus was niet te troosten. Hij kon niet geloven dat de goden zijn Eurydice van hem hadden afgenomen. Hij moest en zou haar terugkrijgen. Hij zou een reis maken die elke sterveling voor onmogelijk hield. Hij zou naar de onderwereld afdalen, en zo zijn geliefde Eurydice terughalen.
Na een lange reis kwam Orpheus bij de poort naar de onderwereld aan. Daar was Kerberos, de hellehond met de drie koppen. Hij bewaakte de poort. Zijn instructies waren simpel: laat alleen doden naar binnen en laat niemand naar buiten. Hij wilde Orpheus dan ook niet doorlaten. Maar Orpheus pakte zijn lier en begon te zingen. Hij zong Kerberos in slaap, en betrad de onderwereld. Alle geesten liepen naar de oever van de Styx. Een aantal geesten haalden alvast een munt onder hun tong vandaan. Geesten die geen eervolle begrafenis hadden gehad, en dus geen munt, konden de Styx niet over. Ze moesten de munt betalen aan Charon, de veerman. Waar zijn boot aanmeerde, dromden alle geesten samen. Ook Orpheus moest de Styx over, maar hij was niet dood en had ook geen munt. Charon hield hem tegen. "En wat ga jij betalen voor de oversteek?" vroeg hij. Orpheus dacht na. "Ik zal je opvrolijken." zei hij toen. Want Charon zag er niet bepaald vrolijk uit. Hoe kon het ook anders, met al die verdrietige geesten als enige gezelschap? Charon haalde zijn schouders op. Orpheus begon te zingen, een vrolijk en prachtig lied. En Charon glimlachtte. Hij vond het niet eens meer erg om Orpheus mee te nemen, zolang hij maar bleef zingen.
Zo kwam Orpheus dus de onderwereld in. Hij liep gestaag door naar het paleis van Hades. Uiteindelijk kwam hij terecht in de troonzaal. Daar zaten Hades en Persephone, zijn vrouw. Daar hoort ook nog een mythe bij, maar die ga ik nu (nog?) niet vertellen "Hades," zei Orpheus, "zoals u ziet ben ik geen geest, en u vraagt zich vast af hoe waarom ik hier ben. Nou, dat zal ik u vertellen. Ik ben hier om mijn vrouw terug te halen, Eurydice." Hades keek hem verbaasd aan. Hij wilde Orpheus beleefd de deur wijzen, hem te vertellen dat hij niet moest spotten met de goden, maar deed het niet. Want Orpheus begon te zingen. Het was het mooiste lied dat hij ooit had gezongen. Hades en Persephone waren beiden ontroerd, en Hades besloot Orpheus te helpen. "Luister goed," sprak hij, "want ik zal je één kans geven om Eurydice terug te krijgen. Vertrek weer uit de onderwereld; Hermes zal je de weg wijzen. Eurydice zal achter je aan lopen, maar je mag absoluut niet omkijken. Als je omkijkt voordat je de onderwereld uit bent, zal Hermes Eurydice weer hier terugbrengen." Orpheus knikte dankbaar.
Het was een lange wandeling. Hermes vloog vooruit met zijn gevleugelde sandalen, en Orpheus klom gestaag omhoog. Hij zag al licht aan het einde van het pad, en hij versnelde zijn pas. Hij wilde graag omkijken, gewoon om haar gezicht weer te zien, om te kijken of ze nog achter hem liep - liep ze nog wel achter hem? Hij had haar de hele reis niet gehoord... was dit gewoon een truc van Hades om hem weg te krijgen? Of was Eurydice gestruikeld, had ze haar enkel verstuikt en kon ze niet meer verder? "Eurydice?" vroeg hij aarzelend. Geen antwoord. "Eurydice?" riep hij nu. Hij bleef stilstaan en luisterde. Geen antwoord, nog niet het minste geluid hoorde hij. Orpheus kon het niet meer aan, hij moest wel omkijken. En toen hij omkeek zag hij dat Eurydice hem inderdaad gevolgd was. Ze keek hem treurig aan, en werd toen door Hermes meegenomen. Orpheus was haar nu echt kwijt...
Orpheus was ziek van verdriet. Eerst probeerde hij zelfmoord te plegen, maar al zijn pogingen mislukten; Hades had de poort naar de onderwereld voor hem gesloten. Orpheus zonderde zich af, zong alleen nog maar voor de dieren en planten. En hoewel er talloze vrouwen waren die met hem wilden trouwen, vermeed hij elk contact. Op een dag zat Orpheus alleen in het bos, en een aantal vrouwen zag hem zitten. Het waren Maenaden, volgelingen van de god Dionysos (god van de wijn), altijd in extase. Ze waren woest op hem, omdat hij niets meer van vrouwen wilde weten. "Vrouwenhater!" riepen ze hem toe, maar kregen geen reactie. Ze begonnen hem met stenen te bekogelen, maar Orpheus bleef rustig zitten. Toen een steen hem akelig raakte op zijn hoofd, glimlachte hij. Zijn geest verliet zijn lichaam, en eindelijk, eindelijk kwam hij in de onderwereld terecht en kon hij Eurydice weer in zijn armen houden.
Reageer (4)
Ik vind dit veel te leuk
8 jaar geleden<3
1 decennium geledenHet verhaal is goed geschreven. Tijdens mijn latijn lessen heb ik het verhaal ook gehoord alleen het eide was anders. De Maenaden waren zo boos dat Orpheus niets meer te maken wou hebben met vrouwen dat ze Orpheus levend verscheurde en zo aan zijn eind kwam. Ik vindt die van jou net wat gezelliger, niet?
1 decennium geledendat laatste deel kende ik niet
1 decennium geledenen het is een goede versie
indrukwekkend