My Soul is lost in Darkness **2**
Het bos wordt verlicht door heldere zonnestralen. Een beekje stroomt rustig door het stille dalletje. Op de hellingen staan veel bomen die voor schaduw zorgen. En in die schaduw zat Nera. Haar bleke huid wassend in het smalle beekje, verstopt in de schaduw. Haar rode jurk gekreukeld en versleten. Haar lange vieze, zwarte haren hingen vettig voor haar groene ogen.
Waar is het toch...waar is het..Ik dacht diep na maar kon geen antwoord vinden opmijn vraag. Wie ben ik? Waar kom ik vandaan? Hoe oud ben ik? Ik weet het niet meer. Teveel tijd is heen gegaan. Te lang ben ik weggeweest. Nu ben ik zover heen dat ik niet terug kan. Een woede vlamt op in mijn zwarte hart. Hoe kon dit gebeuren?! Boos kijk ikk om me heen. Het lichte bos lijkt me uit te lachen. Ik wil duisternis, alleen daar voel ik me thuis. Ik trek mijn jurk uit en loop het ondiepe beekje in. In de schaduw is het water koud, maar ik voel het niet. Ik was mijn lichaam in het beekje en zie het water langs mij heen stromen. Vaag zie ik er wat visjes in zwemmen, maar ik let er niet op. Ik ga in het water liggen en kijk naar boven. De groene bladeren ritselen in de wind en even komt de zon tussen de bladeren door. Het licht schijnt in mijn ogen en ik schreeuw het uit. Snel spring ik uit het water terug in de schaduw. Mijn ogen zijn verblind, maar vederop hoor ik iets bij de beek. Ik luister nog eens en ruik. Een konijn. Ondanks dat ik niets kan zien sluip ik richting de geur. het konijn hoort mij niet aankomen en ik sluip op hem af. Als ik dichtbij genoeg ben neem ik een sprong en val kermend van pijn op de grond. Ik hoor het konijn vluchten, maar kan er niet achteraan rennen. Zo snel als ik kan kruip ik weer naar de schaduw.
Dat verdomde zonlicht. Ik bekijk mijn lichaam, het is roodverbrand en het doet pijn. Ik doe mijn jurk weer aan en loop door de schaduwen verder het bos in....
Ergens in de verte hoorde hij geschreeuw, niet zomaar geschreeuw. Hij herkende de soort schreeuw. Snel rende hij terug naar zijn kampplaats en ruimde zijn spullen op. Hij deed zijn rugzak weer op zijn rug en stak zijn mes in een riem om zijn middel. Met snelle passen liep hij in de richting vanwaar het onmenselijke geschreeuw vandaan kwam...
Reageer (1)
Oeh
1 decennium geledenMooi geschreven, zou 'mallen nog even nalezen op typfoutjes