Foto bij 1.1 Differences:

Aliance.

Vermoeid gooide ik mijn schooltas op de grond van de kantine. Met een plof kwam ik op de stoel aan één van de vele tafels terecht en keek eens goed om me heen. Iedereen lachte, praatte en at met elkaar. En ik? Ik zat weer eenzaam aan één van de vele tafels hier. Sinds mijn vriendengroep was overgeplaatst naar de school een paar kilometer verderop, was alles een stuk saaier geworden. Ik had verder niemand. Mijn vriendengroep kon het niet meer opbrengen met de ladingen toetsen, overhoringen en verslagen die we kregen. Ze moesten nu naar de mavo. Het deed pijn, maar het was het beste voor ze. Anders bleven ze zitten en dat wilden ze allemaal niet. Ik was de enige die het zonder enige moeite opredde. En ik deed er niet veel aan. Ik hielp ze alleen maar, een poging tot dan. Die pogingen waren verspilde tijd, want je kon ze gewoon niet helpen. Ik wilde niet zeggen dat ze dom waren, want gemiddeld waren ze wel slim.
Ik wilde me naar mijn tas buigen om mijn broodbak te pakken, maar ik voelde me totaal niet goed. Ik boog me weer terug en keek nogmaals om me heen. Alsof ik hier voor het laatst was. Zo voelde het. Het was raar, maar zo voelde ik me.
Met een zucht sloeg ik mijn ogen neer en keek naar het tafelblad. Dit was de standaard tafel waar we aan zaten. Overal was op geschreven en gekrast. We waren erg… creatief op de tafels van deze school. Ik glimlachte en streek met mijn vinger over de letters. Over de zin: Aliance, mijn beste vriendin ever<3. Ik balde mijn vuist en sloot verbitterd mijn ogen. Waarom moest het nou gebeuren? En waarom had ik het gevoel dat er meer ging komen en dat ik ze nooit meer zou zien?
Ik stond weer op en verliet de kantine. Ik ging naar mijn kluis en wisselde mijn boeken vlug voor de komende lessen. De laatste lessen van deze dag. Nog twee te gaan en daarna was het weekend. En ik moest die twee hele dagen doorbrengen met mijn verschrikkelijke moeder, Christina en tante, Fiona. Mijn vader was er vroeger vandoor gegaan. En weet je? Ik begreep hem helemaal! Alhoewel ik wenste dat hij me had meegenomen. Christina vertelde me altijd dat hij me niet wilde, maar zij wist niet dat hij me eens per week belde. Hij was rechercheur. Hij kon al snel mijn mobiele nummer achterhalen. Hij woonde ergens in Amerika, daar had hij onder andere nu ook een zaak die hij moest oplossen. Maar ik kon niet bij hem wonen, omdat dat te gevaarlijk was. Al zou hij nadenken over mij in huis nemen.
De bel ging en ik moest naar de les. Rustig wandelde ik naar tekenen, tot ik plots werd omgeroepen.
“Zou Aliance Carter zich nu bij de directeur willen melden. Ik herhaal: Zou Aliance Carter zich nu bij de directeur willen melden?” schalde er door de boxen – die over de school waren verspreid.
Ik kreunde. Dat was onmogelijk, ik had al wekenlang niets meer uitgehaald. Rechtsomkeert ging ik richting de kamer van de directeur. Gelukkig kenden de mensen hier op school mij niet. Hoopte ik, want ik had geen zin om constant nagestaard te worden door iedereen hier.
Ik klopte op de deur van de directeur en ging naar binnen. “Meneer, ik verzeker U dat ik niets heb uitgehaald. Wat het ook is, ik was het niet!” zei ik direct. Totdat ik naast de directeur nog een man zag staan. En niet zomaar iemand. Het was pap! “PAP!” gilde ik euforisch uit en ik sprong hem in zijn armen.
“Mijn meisje,” mompelde hij. “Ik heb je gemist.”
“Ik jou ook. Wat doe je hier? Ik ben zo blij je te zien,” zei ik blij en keek hem in zijn gezicht.
“Ik kom je ophalen. Je gaat met mij mee naar Forks,” glimlachte hij lief. Hij streek wat haar uit mijn gezicht. “Ik heb je al ingeschreven daar op school en hier zit je niet meer op school. Net geregeld. Nu nog een confrontatie aangaan met je moeder.” Hij grimaste. “Maar ik neem je mee. Ik kan aan je horen aan de telefoon dat je hebt gehuild. En ik vind het genoeg geweest. De komende zestien jaar ben je van mij.”
Ik lachte en knuffelde hem stevig. “Eindelijk.”
“Kom mee, schat.” Hij nam mijn hand vast.
“Dag meneer de directeur,” glimlachte ik liefjes naar de directeur en gaf hem een hand.
“Waag het eens terug te komen Carter,” zei hij met een strenge glimlach.
“Ik zal het niet proberen,” grijnsde ik. Ik liep samen met pap de school uit naar zijn auto. Wat echt een dikke bak was. Jeez, ik wou dat ik ook zo’n auto had. Maar van mijn moeder mocht het niet, ze vertikte het om mij een auto te geven. Vast bang dat ik mijn spullen ging pakken, wegreed naar de boot die van Engeland naar Amerika ging en nooit meer terug kwam en bij haar ex ging wonen. Mijn lieve vader, Arlen. We stapten in en ik moest hem de weg wijzen naar mijn huis. Even later reed er ook een busje achter ons aan.
“Wie is dat?” vroeg ik terwijl ik achterom keek.
“Daar komen je spullen in die je mee wilt. Als je wilt, mag je bij mij nieuwe spullen uitzoeken,” glimlachte hij. “Aangezien ik iets verstond over dat jij niet echt verwend word.”
“En jij hebt zeker geld teveel?” grinnikte ik met een brede glimlach.
“Misschien,” zei pap schijnheilig en hij parkeerde de auto op de oprit van mijn moeders huis en hij schudde afkeurend zijn hoofd. Hij hield vast niet van roze kozijnen, felgroene deuren en allerlei soorten bloemen in de tuin. Waarin ik hem helemaal gelijk in gaf. Ik vond het ook niet mooi. Maar als mijn moeder en tante het mooi vonden, moesten ze het vooral zo laten en uitgelachen worden. Ook al werd ik ook uitgelachen tot mijn spijt met mijn huis. Door sommige mensen onder andere mijn beste vrienden. Maar dat was ik wel van ze gewend.
“Op naar je moeder,” zuchtte pap en hij drukte op de deurbel met een chagrijnig gezicht. Op naar de dood zou hij bedoelen.

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen