Foto bij Hoofdstuk 1 deel 1

Chayenna.

Ik weet het, ik heb hele lange hoofdstukken.
Hopelijk vind je dat fijn en zo niet..
Jammer dan (A)

Een diepe zucht verlaat mijn mond. Ik kijk treurig naar mijn oude kamer. Ik zal hem missen. Ik heb hier alles meegemaakt. Ik zat eigenlijk mijn hele leven al op deze kamer, van baby tot nu. Mijn ogen vullen zich met tranen. Ik sluit snel de deur en ren de trap af. Mijn moeder, Jennifer, en mijn vader, Eric, kijken me hoofdschuddend na. ‘Schat,’ begint mijn moeder maar ik schudt mijn hoofd al. ‘Nee mam, ik wil dit echt!’ roep ik en ik geef ze een knuffel. ‘Wij gaan mee hoor!’ roept mijn vader beledigd. Ik kijk hem dankbaar aan en we lopen de deur uit. ‘Chayenna?’ hoor ik achter me en ik draai me om. Daar staat Rick, mijn ex-vriendje. ‘Rick!’ roep ik en ik vlieg hem om zijn hals. Ik had geen contact meer met hem gehad sinds het uit was, hij had al mijn telefoontjes weggedrukt. Al mijn mailtjes genegeerd. En nu ging ik eindelijk weg, staat hij voor mijn neus. Ondanks dat ik hem moet haten, vlieg ik hem toch om zijn hals. ‘Jij bent echt ongelofelijk!’ roep ik en ik geef hem een kusje op zijn wang. ‘Ik moest afscheid van je nemen, je laatste mailtjes,’ hij wacht even en kijkt me dramatisch aan. ‘Ze waren zo depressief Chayenna.’ zegt hij en ik kijk naar mijn voeten. ‘Waar ga je eigenlijk heen?’ vraagt hij met een waterig glimlachje. ‘Naar Brittannië.’ zeg ik met een warme glimlach. ‘Daar helemaal!’ kreunt Rick. Ik geef hem nog een laatste knuffel. ‘We bellen!’ roep ik terwijl ik naar de auto loop. Mijn moeder slaat beschermend een arm om me heen. ‘Het komt allemaal goed meisje,’ zegt ze terwijl ze me een kus op mijn kruin geeft. ‘Ik hoop het.’ zucht ik en ik stap in de auto. Mijn moeder slaat de deur dicht en loopt om de auto om in te stappen. Ze opent de deur als mijn buurvrouw, Jenette, gillend het huis uit komt gerend. ‘Wat is er loos?’ vraagt mijn moeder vriendelijk. ‘O Jennifer!’ roept Jenette huilend. ‘Sophie is weg!’ ik kijk haar ongelovig aan. Sophie, mijn buurmeisje, was altijd mijn beste vriendin geweest. ‘Ik heb een brief, dat op haar bed lag, gekregen en het was aan Chayenna geadresseerd.’ zegt ze. Ik open mijn portier en stap uit. ‘Aan mij?’ vraag ik met opgetrokken wenkbrauwen. Jenette knikt droevig en overhandigt de brief aan mij. ‘Dank u.’ zucht ik en ik ga weer in de auto zitten. Sophie, ze was de liefste en beste vriendin die je ooit kon hebben en nu was ze weg. Mijn ogen vullen zich met tranen. Ik bewaar de brief in mijn zak. Mijn vader start de motor en ik zwaai treurig naar Jenette, die even treurig terug kijkt. Een traan rolt al over mijn wang maar even later volgen er al meer. Ik probeer ze voor mijn moeder te verbergen maar het lukt niet. ‘O schat!’ roept ze geëmotioneerd. Ik zucht en kijk haar met betraande ogen aan. ‘Dit word nog gevaarlijker dan ik dacht.’ mompelt mijn vader vanachter het stuur. Ik kijk alleen maar uit het raam. Ik denk aan de leuke tijden die ik had met Sophie. Mijn 14de verjaardag bijvoorbeeld. Ze kocht het mooiste cadeau die ik ooit kon krijgen, een mooie ketting van puur goud. En er stond een boodschap in. “Hou van je!” Ik kijk ontroerd naar de ketting die ik omheb. Er hangt een hangertje in een vorm van een hartje. Daarin kan een foto, ik heb er een in. Van Sophie natuurlijk. Ze kijkt me daar aan met de warmste glimlach die je maar kan hebben. Ik voel de tranen weer over mijn wang stromen. Straks was ze dood. ‘Probeer maar te slapen.’ zegt mijn moeder. Ik knik en sluit mijn ogen. Langzaam val ik in slaap en droom ik over Sophie en haar “ontvoerder”. Haar ontvoerder is een man, van een jaar of 20. Hij heeft een kwaadaardige grijns om zijn mond en een mes in zijn hand. Sophie staat tegen een paal vastgebonden met een stuk doek in haar mond. Haar blonde haren staan verward overeind en haar blik is verscheurend. Het is zo angstig en depressief. Alsof ze weet dat dit haar laatste moment is. De man kijkt haar grijnzend aan. ‘Nog een laatste boodschap?’ mompelt hij. Sophie slaat haar ogen neer en ik schrik gillend wakker. ‘Rustig maar!’ zegt mijn moeder die opeens naast me staat. ‘We zijn er,’ mompelt ze een beetje beduusd. ‘Gaat het wel?’ voegt ze er uiteindelijk aan toe. Ik knik een beetje angstig en maak mijn gordel los. Ik stap de auto uit en kijk naar het grote huis. Het is een grijze huis en het straalt treurigheid uit. Ik zucht en neem mijn koffers aan. ‘Mam?’ vraag ik terwijl ik me naar haar toedraai. ‘Ja?’ vraagt ze terwijl ze een beetje in gevecht is met de koffers. Ik zucht nogmaals en help haar. ‘Waarom dit huis?’ vraag ik terwijl ze me een koffer overhandigd. ‘Dit is groot genoeg.’ fluistert ze en ze kijkt om haar heen. Ik neem voor even genoegen met dit antwoord en loop het huis in. Ik kies het grootste kamer uit en plaats mijn koffer daar neer. In het midden van de kamer staat een hemelbed met een lichtroze denkbed erop. Er staat helemaal tegen de muur een kast waarin je je kleren kwijt kunt. Ik pak alvast een koffer uit. Als ik daarmee klaar ben roept mijn moeder me al voor het eten. ‘Ik kom!’ roept ik terug. Ik verlaat mijn kamer en loop de trap af. Beneden ruikt alles muffig. Vast al lang vrijstaand. Ik kan het me best voorstellen. Het huis straalt een en al droevigheid uit. Ik ga aan de grote eettafel zitten en mijn ouders nemen ook plaats. ‘En hoe bevalt je kamer?’ vraagt mijn vader me. ‘Een beetje droevig maar ik kan er mee leven.’ zeg ik glimlachend. Ik krijg een bord met spinazie en biefstuk voor me geschoven. Ik begin te eten en voel me net een of andere prinses waar op gelet moet worden. Ik grinnik zachtjes en zet die gevoel van me af. Ik schuif mijn stoel naar achteren en verlaat de eetkamer. ‘Chayenna?’ roept mijn moeder mij na. Ik draai me weer om. ‘Ik heb je ingeschreven op een leuke school.’ zegt ze met een schuldige blik in haar ogen. ‘O fijn.’ mopper ik en ik loop door naar mijn kamer waar ik de laatste spulletjes uitpak. Ik ga in het raam zitten en staar naar buiten. Het schemert al en vanaf de raam kan ik net de zonsondergang zien. Het is zo’n mooi gezicht. Ik voel de wind in mijn gezicht en er glijdt een rilling over mijn rug. De zon is inmiddels onder en ik spring uit het raam. Ik sluit het af en doe de gordijnen ervoor. Het is erg donker in mijn kamer. Ik zucht en loop naar mijn kledingkast. Ik trek er een pyjama uit en loop naar de badkamer. In de badkamer is alles erg ouderwets en vertrouwd. Ik pakt de brief uit mijn zak en begin te lezen.

Beste Chayenna,
Zoals je waarschijnlijk al weet hebben we Sophie.
Het was altijd je beste vriendin.
Dit is nog maar het begin totdat je je overgeeft.
Maar bedenk wel, de wereld hangt aan jou beslissing over.


Ik vouw trillerig de brief dicht en leun op het badrand. Wie was dit en wat wou hij hebben? Ik kleed me snel om en ga in bed liggen. Met miljoenen vragen in mijn hoofd val ik langzaam in slaap

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen